21 januari, 2025

357: Veilingvondst: bijzondere opdrachtexemplaren

Zoals zo vaak in de afgelopen jaren sloeg ik mijn slag op de veiling van Bubb Kuyper, altijd speurend naar pareltjes van aanwinsten voor mijn bibliotheek. Eén van de kavels waar ik dit keer mijn hand op legde, bestond uit een grote hoeveelheid uitgaven van 'private presses', waarvan er een aantal werden beschreven maar veel ook niet. Wat mij vooral triggerde was de vermelding dat het kavel ook nieuwjaarswensen van Chris Leeflang en Stichting de Roos bevatte, zoals bekend een verzamelgebied van mij. Dit kavel bood mij dus niet alleen de kans om mijn collectie nieuwjaarsuitgaven van De Roos compleet te  maken, maar had ongetwijfeld ook nog verschillende mooie bibliofiele verrassingen in petto.


En inderdaad, dat was ook zo. Ik kan nog wel een paar blogs wijden aan de leuke vondsten die ik deed. Zo zijn er nu nog maar weinig gaten in mijn collecte nieuwjaarsgeschenken van De Roos. Slechts de nieuwjaarswens voor 1989 mis ik nog. Wie die heeft liggen, kan zich bij mij melden. 
Voor wat betreft de andere vondsten begin ik met twee bijzondere opdrachtexemplaren. Ik hou sowieso van gesigneerde werken zoals de lezer van dit blog weet, en dan zijn opdrachtexemplaren natuurlijk helemaal leuk. Als de auteur niet alleen willekeurig signeert, maar ook nog een extra tekst schrijft, is dat bijzonder. Die opdrachten kunnen trouwens evengoed aan een willekeurige liefhebber zijn gericht, bijvoorbeeld doordat de auteur tijdens een signeersessie net wat meer moeite doet dan alleen een krabbel zetten. Daar heb ik ook verschillende voorbeelden van. Maar soms is de opdracht van de auteur gericht aan iemand die van betekenis was voor de auteur of het werk, of die anderszins een bijzondere relatie had met de auteur. Dan schijnt het werk met opdracht ineens een bijzonder licht op deze auteur en de relatie met die ander. Dit soort exemplaren wordt in biografieën nogal eens gebruikt om het netwerk rond een bepaalde auteur te reconstrueren, of met wie hij relaties onderhield. Zo schrijft Bart Slijper (zie hieronder): "Een biograaf moet zijn verhaal zien te bouwen van wat snippers papier, die maar min of meer toevallig bewaard zijn gebleven. Het is niet gek dat hij soms niets te weten komt over zaken die toch heel belangrijk kunnen zijn geweest." Dat maakt het boek met een betekenisvolle opdracht extra bijzonder. De volgende twee werken laten dit zien.

De vos opgemerkt

In 1933 verscheen Het verhaal van den vos van Martinus Nijhoff, “een vroolijke vertooning met zang en dans”. Dit libretto was gebaseerd op het werk Renard van Igor Stravinsky. Stravinsky (1882-1971) was een in Rusland geboren componist en dirigent, die in 1934 Frans en in 1945 Amerikaans staatsburger werd. Tijdens de Eerste Wereldoorlog woonde hij in Zwitserland, waar hij zich wijdde aan het schrijven van Renard, een op het verhaal van Van den vos Reynaerde gebaseerde burlesque. In het werk van Stravinsky neemt de vos tot twee keer toe de haan te pakken, die wordt gered door zijn vrienden de kat en de ram. Het werd in 1922 voor het eerst opgevoerd.
Nijhoff vertaalde dit libretto in het Nederlands. Het was niet de eerste vertaling door Nijhoff van Stravinsky’s werk. Eerder vertaalde hij De geschiedenis van de soldaat dat oorspronkelijk in 1918 verscheen (en waarvan ik een door Nijhoff vertaalde versie uit 1954 heb die verschenen is als een Model voor den uitgever van Corvey). In een artikel uit 2022 van Mathijs Sanders wordt betoogd dat dit werk van Stravinsky een belangrijke invloed had op Nijhoff:
Stravinsky, de apollinische avantgardist, had Nijhoff ontbolsterd. Nu durfde hij de spreektaal in zijn poëzie te brengen (Awater, Het uur u, de bijbelse spelen, zijn psalmberijmingen), in een voortdurende dialectiek van traditie en vernieuwing. Als vertaler droeg hij bij aan het overdragen van het waardevolle uit het verleden.
Ook in de mooie biografie over Nijhoff van Bart Slijper wordt benoemd hoe belangrijk Stravinsky en het modernisme in Parijs voor Nijhoff was. Slijper vertelt nog veel uitgebreider over de de vertaling van De geschiedenis van de soldaat en hoe Nijhoff het werk vertaalde. En Nijhoff vertaalde vervolgens dus ook Renard
Nijhoff was een bekwaam vertaler, niet voor niets is de bekendste Nederlandse vertaalprijs naar hem genoemd. Nijhoffs vertalingen zijn dan ook veelal bewerkingen, hij zet de tekst naar zijn hand. Dat geldt ook voor Renard dat Het verhaal van den vos werd.
Het is niet de eerste bijzondere Nijhoff die ik kocht. Eerder kocht ik een titel uit de bibliotheek van de Nijhoffs. Nijhoff leverde ook de tekst voor drie nieuwjaarsgeschenken van de De Roos waar ik zojuist over schreef, en hij vertaalde een tekst van T.S. Eliot dat ook nieuwjaarsgeschenk werd. 
Het boek dat ik nu heb gekocht kent zoals gezegd een bijzondere opdracht. Nijhoff schreef het aan de danser en regisseur Abraham van der Vies (1899-1961), die hij bedankte omdat deze hem voor het eerst opmerkzaam had gemaakt op dit werk van Stravinsky. Wanneer dat was weten we niet, maar wellicht was dit al gebeurd toen Nijhoff De geschiedenis van de soldaat vertaalde. Die vertaling verscheen in 1930. Nijhoff zal bij het vertalen van De geschiedenis van de soldaat toch ook al op Renard zijn gestuit, via Van der Vies dan kennelijk? In zijn biografie wordt aannemelijk gemaakt dat hij beide stukken goed kende uit zijn Parijse tijd, maar de naam Abraham van der Vies komt in de hele biografie niet voor. Is deze opdracht wellicht een van "de snippers papier" die Slijper nog miste bij het schrijven van de biografie? Of is de opdracht van veel minder belang en zei Nijhoff dit uit beleefdheid tegen Van der Vies terwijl hij Stravinsky allang kende?
Van der Vies was mede-oprichter van de Stichting de Vijf Kunsten, een groep kunstenaars die onder meer aan de wieg stond van het Scapino ballet (Van der Vies bedacht ook de naam Scapino voor dit gezelschap). De opzet van De Vijf Kunsten was om met een groep jonge kunstenaars uit diverse disciplines ongewone, moderne of nieuw te maken theater-, dans- of operawerken te laten opvoeren. Dit alles had een sterk experimenteel karakter. Toneel, dans, muziek, literatuur en beeldende kunsten zouden moeten samengaan. Dat experimentele en modernistische zal Nijhoff aangesproken hebben, maar al ruim voor de oorlog en voor het ontstaan van De Vijf Kunsten had hij dus al contact met Van der Vies, zo blijkt uit deze opdracht. Heel kort door de bocht en zonder enige feitelijk grond geformuleerd: zonder Van der Vies geen Stravinsky voor Nijhoff, en zonder Stravinsky misschien dus een andere ontwikkeling van het dichterschap van Nijhoff. Het zou allemaal vast wel goed gekomen zijn met Nijhoff, maar dit opdrachtexemplaar toont ons wellicht even hoe belangrijke inspiratie in Nijhoffs leven tot stand kwam.

Over het Vlaams genie

In 1946 verscheen bij uitgeversmaatschappij Standaard Over het Vlaamsch genie van J.A. Goris (1899-1984), oftewel Jan-Albert Goris, beter bekend onder zijn literair pseudoniem Marnix Gijsen. Goris was in het dagelijks leven ambtenaar en universitair docent. Hij schopte het onder meer tot kabinetschef van verschillende ministers en ook was hij oorlogspropagandist voor België tijdens de Tweede Wereldoorlog in de Verenigde Staten. Hij zou tot 1963 in de VS blijven. Maar hij was ook poëziecriticus en wilde na de oorlog als Marnix Gijsen weer deel uitmaken van het culturele leven. Sindsdien schreef hij een grote hoeveelheid romans. Zie voor een uitvoerig levensbericht hier
Tijdens de oorlog hield Goris verschillende lezingen, waaronder één met de titel Du génie Flamand, dat na de oorlog verscheen onder de titel Het Vlaamsch genie. In het werkje gaat Goris in op de Vlaamse volksaard en hij is daarin niet per se positief. Dat vond ook mede-Vlaming Ivo Michiels (1923-2012), die eveneens in 1946 in het tijdschrift Golfslag inging op de tekst. Hij noemde het "de grofste, de wansmakelijkste caricatuur die ooit door een Vlaming over zijn volk werd geschreven". 
Wat ik grappig vind is dat Goris zijn vertaalde lezing vooraf laat gaan door een citaat van… Marnix Gijsen, namelijk uit zijn gedicht Het onbegrepen gesprek. Goris die Goris citeert in zijn eigen werk dus…
Dit exemplaar is afkomstig uit het bezit van Firmijn van der Loo, zo blijkt uit het ingeplakte ex-libris. De Antwerpenaar Firmijn van der Loo (1913-1997) was schilder, pianoleraar en dichter en publiceerde onder meer een bibliografie over de Vlaamse auteur Maurice Gilliams. Als schilder vereeuwigde hij het huis waar Gilliams zijn jeugd doorbracht. Een groot deel van zijn collectie boeken werd in 1983 geveild bij Beijers in Utrecht, waaronder vele met het karakteristieke ex-libris dat ook in mijn exemplaar zit. Grappig genoeg vond ik dat waarschijnlijk exact dit exemplaar in oktober 2022 als onderdeel van kavel 365 in de veiling van Van der Wiele is verkocht. Als één van de zes boeken in dat kavel staat namelijk dit boek, inclusief de opdracht van de auteur aan Van der Loo. De koper heeft er kort plezier van gehad, want in het najaar van 2024 is het dus alweer geveild bij Bubb Kuyper en door mij gekocht. Zou dit exemplaar destijds ook in de veiling van Beijers hebben gezeten? Ik bezit die catalogus niet (in tegenstelling tot de Beijers-catalogus Johan Polak) dus ik kan het niet nazoeken.
De opdracht van Goris (als Marnix Gijsen) spreekt van “oprechte hulde” aan Van der Loo. De opdracht is niet gedateerd, de hulde hoeft dus niet in 1946 gebracht te zijn maar kan ook van later datum zijn. Er is weinig online te vinden over het leven van Van der Loo en ik kan dan ook niet duiden wanneer hij eventueel gehuldigd is (Als schilder? Als dichter?). Maar wellicht gaf Goris/Gijsen hem dit werkje in 1976, toen Van der Loo zijn bibliografie over Gilliams publiceerde, en had de titel daar betrekking op. Immers, Gilliams kan als Vlaams genie worden beschouwd en Goris heeft zich altijd ingezet voor Vlaamse cultuur en literatuur - en was mogelijk heel blij dat Van der Loo zich zo voor Gilliams  had ingezet. Maar het kan net zo goed iets anders zijn geweest. Waarschijnlijk zullen we het nooit weten.

29 december, 2024

356 - 20 boeken die indruk maakten: wat zegt dit over mij?

In mijn vorige bijdrage schreef ik hoe ik op Bluesky postte over 20 boeken die betekenisvol voor mij zijn geweest en die mij hebben beïnvloed in mijn leesgewoontes, verzamelbehoefte of anderszins. Ik gaf in mijn blog een korte toelichting op de boeken en waarom ik die keuze had gemaakt - iets wat op bluesky niet gebeurde omdat dit niet bij de challenge paste.

Ik begon mij vervolgens af te vragen wat deze boeken nu eigenlijk écht over mij zeggen, en wat deze specifieke keuze dan betekent. Want: iemands voorkeur in boeken, vertelt uiteindelijk ook iets over de persoonlijkheid van die persoon. Daar is al het nodige over geschreven uiteraard, want die analyse ligt voor de hand. AI-tooltjes duiken overal op. Maar zelf had ik er nog niet eerder bij stilgestaan, behalve dat ik mij realiseer dat mijn smaak in boeken nu eenmaal mijn smaak is, en ik maar zelden mensen tegenkom wiens boekentips ik overneem. En andersom: mensen die mij vragen ‘welk boek zou ik moeten lezen’, omdat ik nogal veel boeken heb en lees, worden steevast teleurgesteld. Vooral als blijkt dat zij van Nederlandse thrillers houden en ik vervolgens een vuistdikke klassieker uit de wereldliteratuur aanbeveel.
 
Nu kan ik natuurlijk zelf diep over mijn persoonlijkheid nadenken nu ik de lijst van 20 boeken heb gemaakt, maar tegenwoordig beschikken we over assistentie in de vorm van AI, het orakel van de 21e eeuw. Eerder liet ik al een blog door ChatGPT schrijven, maar dit is ook een interessante analyse om daar AI te laten maken. Wat zou er gebeuren als ik die lijst met boeken en toelichtingen zou invoeren, en reflectie zou vragen op wat dit allemaal betekent? En: wat zijn boeken die mij op basis hiervan worden aangeraden? Ik heb dit zowel aan ChatGPT als aan Claude gevraagd. Dit zijn de antwoorden die ik kreeg (waarbij ik beide reacties een beetje gehusseld heb omdat ze aanvullend waren). O ja, en uiteraard zijn de bijpassende plaatjes vervolgens ook overduidelijk AI. Ik gebruik de taal en de woorden van beide sites, de superlatieven en de toon zijn dus niet van mijzelf. Ik zeg het maar even, want beide hebben de neiging erg complimenteus te zijn. Of misschien is dat niet de standaardinstelling maar ben ik het gewoon waard…

Wie ben ik als persoon?

De lijst van 20 boeken geeft een rijk en gelaagd beeld van mijn persoonlijke voorkeuren, interesses en de culturele en intellectuele invloeden. Ik ben een diep geëngageerde lezer: intellectueel nieuwsgierig, empathisch, met een sterke behoefte aan zingeving door literatuur. Boeken zijn voor mij niet slechts entertainment, maar vensters op de menselijke ervaring. Mijn karakter en mijn smaak laten een persoon zien die diep nadenkt over menselijke relaties, morele vraagstukken en het belang van verhalen als dragers van cultuur, taal, en identiteit. Ik waardeer literaire diepgang, historische context, filosofische reflecties en een vleugje absurdisme, maar ook de toegankelijkheid en schoonheid van taal.

  1. Karakter en leesvoorkeuren
    • Intellectueel en reflectief: Ik houd van boeken die diepgaande maatschappelijke thema's verkennen, zoals oorlog, sociale dynamiek, en menselijke kwetsbaarheid. Ik zoek boeken die uitdagen en prikkelen, zoals De stad der blinden van Saramago of Bouvard en Pecuchet van Flaubert. Dit wijst op een interesse in existentiële en maatschappelijke thema's. 
    • Historisch bewust: Werken als De verloofden van Manzoni en The Mayor of Casterbridge van Hardy tonen een fascinatie voor historische context en hoe deze de menselijke conditie beïnvloedt.
    • Taalgevoelig: Opperlandse Taal- en Letterkunde en Het leven en de opvattingen van de heer Tristram Shandy laten zien dat de schoonheid en speelsheid van taal belangrijk zijn. Ik heb een scherpe blik voor schrijvers met een unieke stem. De heldere stijl van Nescio en de literaire bravoure van Laurence Sterne tonen uw bewondering voor taal die niet alleen informeert, maar ook inspireert. Ik zoek boeken die niet alleen een goed verhaal bieden, maar ook geschreven zijn met een uitzonderlijk gevoel voor taal.
  2. Levensinstelling en culturele aspecten
    • Zoeken naar zingeving: Boeken zoals De belofte en Odyssee geven aan dat ik graag nadenk over ethische vragen, persoonlijke groei en de zoektocht naar betekenis in een groter geheel. Boeken zijn voor mij meer dan verhalen; ze zijn belevenissen. Mijn toelichting bij De boekendief laat zien hoe literatuur mij emotioneel raakt. Ik zoek boeken die menselijke ervaringen tot leven brengen, of dat nu in fictie is of in reflecties op culturele en maatschappelijke thema's.
    • Breed cultureel perspectief: De diversiteit aan auteurs (bijvoorbeeld Eco, Bassani, en Homerus) toont een waardering voor internationale verhalen die verschillende culturele en historische achtergronden verkennen. Van het introspectieve werk van Europese auteurs zoals Thomas Hardy tot de filosofische verkenningen van Zuid-Amerikaanse schrijvers, ik ben altijd op zoek naar boeken die nieuwe culturen, tijdperken en denkwerelden ontsluiten.
    • Open voor het onverwachte: De combinatie van absurde werken zoals Joe Speedboot en filosofische meesterwerken als De naam van de roos wijst op een flexibele geest die verrast wil worden.
  3. Behoeften en onderliggende patronen
    • Rijke verhalen die verbinden: Ik zoek boeken die complexe verhalen en personages bieden, waarin ik mij kan verliezen.
    • Kennis en inspiratie: Ik ben iemand die boeken ziet als bronnen van zowel intellectuele verrijking als persoonlijke inspiratie. 
    • Een vleugje ironie en absurdisme: De keuze voor werken als Tristram Shandy laat zien dat humor en relativering belangrijk voor mij zijn.

Aanbevolen lijst van boeken 

Gebaseerd op deze analyse volgt hier een lijst die volgens het duo Claude en ChatGPT aansluit bij mijn interesses en behoeften:

  1. Austerlitz - W.G. Sebald. Een zoektocht naar identiteit en herinnering tegen de achtergrond van de Europese geschiedenis.
  2. Honderd Jaar Eenzaamheid - Gabriel García Márquez. Een magisch-realistische kijk op liefde, verlies en familie.
  3. De man zonder eigenschappen - Robert Musil. Een monumentale roman over de Europese samenleving aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog.
  4. Tram 83 - Fiston Mwanza Mujila. Een rauwe en poëtische verkenning van het stadsleven in Afrika.
  5. Wolkenatlas - David Mitchell. Een literaire puzzel over het lot en de verbanden tussen levens door de eeuwen heen.
  6. De bibliotheek van Babel - Jorge Luis Borges. Een fascinerende verzameling verhalen die reflecteren op kennis, oneindigheid en de menselijke conditie.
  7. De wereld van gisteren - Stefan Zweig. Een nostalgische blik op de Europese cultuur vóór de Tweede Wereldoorlog.
  8. De Grand Meaulnes - Alain-Fournier. Een romantisch en melancholisch verhaal over jeugd en verloren idealen.
  9. De gevangene - Marcel Proust. Een intieme en complexe blik op liefde, jaloezie en menselijke relaties.
  10. De schaduw van de wind - Carlos Ruiz Zafón. Een betoverend verhaal over boeken, geheimen en passie.
  11. Watership Down - Richard Adams Een episch verhaal over vriendschap, overleving en hoop, verteld door de ogen van konijnen.
  12. De blikken trommel - Günter Grass. Een satirisch meesterwerk over de geschiedenis van Duitsland in de 20e eeuw.
  13. Norwegian Wood - Haruki Murakami. Een melancholisch verhaal over liefde en verlies in de moderne Japanse samenleving.
  14. De levens van anderen - Neel Mukherjee. Een meeslepend verhaal over familie, politiek en persoonlijke keuzes in India.
  15. De verborgen geschiedenis - Donna Tartt. Een psychologische roman over vriendschap, ambitie en morele grenzen.
  16. De overgave - Arthur Japin. Een diep menselijk verhaal over verlies en veerkracht.
  17. Het eiland onder de zee - Isabel Allende. Een episch verhaal over slavernij, vrijheid en de kracht van vrouwen.
  18. Nooit meer slapen - Willem Frederik Hermans. Een indringend verhaal over ambitie, falen en zelfreflectie.
  19. De gebroeders Karamazov – Fjodor Dostojevski . Een diepgravende roman over moraal, geloof en menselijke conflicten. 
  20. Het verdriet van België – Hugo Claus. Een rijke vertelling vol historische, culturele en psychologische lagen. 
  21. Gilead – Marilynne Robinson. Een ingetogen en prachtig geschreven reflectie op familie, geloof en verlossing. 
  22. Een klein leven – Hanya Yanagihara. Een intense en ontroerende roman over vriendschap, pijn en overleven.
  23. De mensheid zij geprezen, Lof der Zotheid – Erasmus. Een humoristische en scherpzinnige kijk op menselijke dwaasheid. 
  24. De meester en Margarita – Mikhail Bulgakov. Een mix van satire, filosofie en magie in een van de meest originele romans ooit geschreven.
  25. De tovenaar van Lublin – Isaac Bashevis Singer. Een diep menselijk verhaal vol morele dilemma's en culturele diepgang. 
Deze lijst biedt, aldus de opstellers, een evenwichtige mix van literaire diepgang, historische context, culturele diversiteit en speels absurdisme. Het zijn boeken die intellectueel uitdagen, maar ook uitnodigen tot reflectie en verbeelding. Deze keuzes sluiten perfect aan bij de rijke literaire smaak en het brede culturele perspectief van de oorspronkelijke lijst.

Reflectie op het bovenstaande

Ik vind de analyse die gemaakt is mooi, maar ook weer niet heel erg verrassend. Toch herken ik mij in de beschrijving - maar het is allemaal minder diepgravend dan gedacht. Ik weet ook niet wat ik eigenlijk verwacht had, maar AI weet in elk geval niet dezelfde emotionele diepgang en taalvirtuositeit te bereiken die ik kennelijk van de literatuur wel verwacht.

Als ik kijk naar de lijst met aanbevolen boeken dan zitten daar ook weinig verrassingen bij, al kende ik de schrijver Mujila niet. Maar voor de andere 24 geldt dat ik er 14 zelf al heb en ook gelezen heb, en de andere 10 in elk geval ken. Maar de lijst vormt in elk geval een aansporing om die andere 10 met wat meer voorrang te gaan lezen.

Interessant is dat ook bij deze op zich overzichtelijke vraag er toch sprake was van hallucineren bij de AI’ ers. Er werden mij namelijk ook diverse boektitels aangereikt die niet bestaan, maar die ik op zich best had willen lezen:
  1. De man die boeken wilde redden van Geert Mak - Past bij uw bibliofiele passie 
  2. Allemaal boeken van Alberto Manguel - Reflectie op lezen en verzamelen
  3. Het geheugen van de wereld van David Lodge - Over literatuur en menselijke ervaring 
  4. Oorlog en taal van Arnon Grunberg - Verbindt uw interesse in taal en maatschappijkritiek
  5. Het recht van de sterkste van Chris de Stoop - Een aangrijpend verhaal over identiteit en sociale onrechtvaardigheid
Mijn conclusie is dat met behulp van AI best een aardige analyse is te maken van leesvoorkeuren en op zich ook een goede lijst met aanvullende titels, maar met nauwelijks dingen die ik zelf niet ook had kunnen bedenken. Aan de andere kant: zonder het gemak van AI had ik deze analyse waarschijnlijk niet eens gemaakt en bovendien had er ook geen alleraardigst blogstukje uit voortgekomen. Dus we doen het er maar mee!

05 december, 2024

355 - 20 boeken die indruk maakten

Ik was nooit zo actief op social media, anders dan dat ik verschillende mensen of organisaties volgde en het gebruikte als informatieleverancier. Vooral op X had ik heel weinig interactie, ik volgde daar interessante boekenmensen en opiniemakers voor mijn dagelijkse dosis tips en ideeën over boeken, literatuur en voor mij relevante politieke en maatschappelijke ontwikkelingen. Maar omdat mijn tijdlijn meer en meer werd gevuld met de drek die in toenemende mate X bevuilt, voerde ik daar weinig echte gesprekken. Andere social media zijn nog minder interessant voor mij, instagram biedt weinig content en facebook is al een tijdje dood - behalve de bijdragen van de Stichting Desiderata en aangesloten leden.

Sinds kort ben ik echter overgestapt naar Bluesky, het alternatief voor X, en tot op heden bevalt mij dat prima. Veel meer mensen uit mijn netwerk waren al eerder overgestapt en waren enthousiast over het normale gesprek dat daar kan worden gevoerd en de interessante contacten die zij hebben. Er zitten actievere moderatoren bij Bluesky dan bij X en het blokkeren van drek is er effectiever, zo lijkt het. En ik moet zeggen: het bevalt mij er ook steeds beter. Ik heb zin om met mensen te communiceren en op berichten te reageren omdat je een normale inhoudelijke reactie krijgt, iets wat je op X weinig meer ziet. Kortom, voor wie ook overstapt: volg mij op @rolandbron.bsky.social.

Veel boekenliefhebbers op Bluesky posten een serie berichten waarin zij boeken laten zien die voor hen van betekenis zijn geweest, die hen zijn bijgebleven of om wat voor reden dan ook belangrijk zijn geweest, onder de titel #bookchallenge. De bedoeling is dat je alleen omslagen post, zonder verder toelichting, uitleg of bespreking. De boeken moeten voor zich spreken.

Ik vond het een mooie uitdaging en heb daarom ook (niet al te lang) nagedacht over de 20 boeken die ik zou willen laten zien. Ik kwam uit op een serie boeken die om verschillende redenen betekenisvol voor mij is geweest. Bijvoorbeeld omdat zij mij op een bepaald lees-spoor hebben gezet, omdat ze een verzamelbehoefte aanwakkerden, omdat ze mij iets geleerd hebben. In elk geval boeken die een bepaald punt hebben gemarkeerd. Het is een combinatie geworden van (vooral) fictie en een enkel boek over boeken. Hieronder volgt de lijst van de 20 door mij geposte omslagen, en anders dan op Bluesky kan ik hier gelukkig wel een toelichting geven.

 Toelichting

De toelichting op deze keuze is als volgt - en ik zal het proberen per boek kort te houden. In de tekst staan links naar oudere blogberichten over het boek of de auteur. Sommige dateren al van 20 jaar geleden; zo lang reizen deze boeken al met mij mee. Van veel van de titels heb ik geprobeerd eerste drukken te verzamelen, luxe edities of anderszins mooie uitgaven. Vaak is dat gelukt, soms niet: 

  1. Karakter door F. Bordewijk. Ik denk dat Bordewijk één van de eerste schrijvers was die mij raakte als tiener. Via de verplichte leeslijst op school kwam ik op Bint - lekker dun en dat was een belangrijk criterium. Ik raakte onder de indruk van zijn schrijfstijl, de nieuwe zakelijkheid, en thematiek en toen ik Karakter las was het voor het eerst dat ik dacht: dit is een grootse roman van een groot auteur. Vanaf dat moment ben ik Bordewijk gaan verzamelen, en lezers van dit blog zien met enige regelmaat nog mijn aanwinsten op dit vlak. De zoektocht naar een eerste druk mét stofomslag gaat onverminderd voort.
  2. Dichtertje, De uitvreter, Titaantjes door Nescio. Nescio las ik voor het eerst in mijn studententijd, ik weet niet meer hoe ik er op kwam. Maar ik weet nog dat ik voor het eerst deze bundeling verhalen las en betoverd werd door de stijl van Nescio. Dit is het eerste boek waar ik citaten van uit mijn hoofd leerde en die ik eindeloos kan herlezen zonder dat het mij ooit verveelt. Ook van Nescio heb ik een uitgebreide collectie en lezers van dit blog weten hoe blij ik was toen ik eindelijk de hand kon leggen op een eerste druk van deze klassieker.
  3. The circle door Dave Eggers. Ik probeer Engelstalige boeken ook altijd in het Engels te lezen, ik hou ervan om de originele tekst van een boek te lezen. Zo ook de boeken van Eggers, één van mijn favoriete hedendaagse auteurs. The circle is een meeslepend boek dat mij liet zien hoe realistisch het is dat een samenleving wordt bedreigd door een immer uitdijend parallel social-media-universum, waar waarheid er niet meer toe doet en individualiteit niet meer bestaat. En het erge is dat het allemaal zo voorstelbaar is wat Eggers schrijft... Het was relatief eenvoudig hier een eerste druk van te vinden.
  4. A gentle madness door Nicholas Basbanes. Basbanes ontleedt de ziel van de bibliofiel in al zijn aspecten, en ook in historisch perspectief. Als beginnend verzamelaar voelde ik mij zó begrepen toen ik dit boek los. En ook het besef dat er meerderen waren die besmet waren met dat rare virus van bibliofilie. Dit boek stond ook aan het begin van mijn collectie boeken over boeken en verzamelaars. In New York kocht ik later een gesigneerd exemplaar.
  5. In Babylon door Marcel Möring. Een verpletterende roman van Möring die bij mij de naam vestigde van hem als groot verhalenverteller. Een mooi en toegankelijk boek die een familiegeschiedenis, cultuurgeschiedenis en een spannende roman in één is. Na het lezen van dit boek moest ik natuurlijk ook de collectie Möring compleet en in eerste druk...
  6. De boekendief door Markus Zusak. Eén van de weinige boeken waar ik op latere leeftijd nog om gehuild heb (nadat ik in mijn kindertijd Alleen op de wereld nooit droog kon lezen). Adembenemend en gruwelijk verhaal vanuit het perspectief van de dood. Hiervan heb ik een doodgewone paperback staan.
  7. De tuin van de Finzi-contini's door Giorgio Bassani. Wederom een roman rond het thema oorlog. Wat mij in dit boek schokte was dat ik voor het eerst besefte dat de kwaadaardigheid van de mens en de gruwelijkheid van de oorlog volkomen willekeurig slachtoffers maakt. Ik kon mij in die zin identificeren met de Finzi-Contini's dat ik als student het besef kreeg "maar dat had ik kunnen zijn". In een andere context, want ik ben niet Joods, maar desondanks: niemand is veilig voor het kwaad. Dat kwam hard binnen bij dit boek. Ik legde later de hand op een genummerde uitgave van het verzameld werk van Bassani in het Nederlands.
  8. De vier maaltijden door Meir Shalev. Het lezen van Shalev begon met Een Russische roman maar deze is wellicht zijn mooiste. Een verhaal als een symfonie, prachtig geschreven in de mooie zinnen van Shalev (vertaald door Ruben Verhasselt). En ja, ook na dit boek was er nog maar één keuze: alles van Shalev in de kast. En alles intussen gesigneerd.
  9. The mayor of Casterbridge door Thomas Hardy. Gekozen voor de Engelse leeslijst op school maar op dat moment ontdekte ik de voor mij toen nog onbekende Hardy. Gevraagd door de docente Engels naar dit boek zei ik simpelweg: 'Dit is het beste boek dat ik ooit gelezen heb'. Doordat de docente Engels hetzelfde vond, leverde dat ook een hoog cijfer op mijn mondeling op. Maar ik loog niet: dit boek staat nog steeds hoog in mijn favorietenlijst. Ik heb hiervan een simpele Penguin staan.
  10. De verloofden door Alessandro Manzoni. Ik las het aan de oevers van het Gardameer in het kader van mijn vaste project 'lezen op locatie'. Ik was benieuwd naar dit boek wat zo klassiek is in Italië (de eerste moderne Italiaanse roman) en belangrijk was voor de Italiaanse taal als geheel. De beschrijvingen van de invloed van een pestepidemie op het leven van gewone burgers vond ik aangrijpend. Net zoals oorlog willekeurig slachtoffers maakt (zie onder 7), doet de pest dat ook. En de beschrijvingen van Manzoni over de ontwrichting van de samenleving zijn intens maar prachtig. Ik heb de versie die verschenen is in de Gouden Reeks.
  11. Het leven en de opvattingen van de heer Tristram Shandy door Laurence Sterne. Opgepakt op basis van tips van anderen en ik was verbijsterd na het lezen van dit boek: zoiets idioots en tegelijkertijd briljants had ik nog nooit gelezen. Toen ik het uit had, had ik het gevoel dat het volmaakte boek geschreven was. Ik las het in de vertaalde Athenaeum-Polak & Van Gennep-uitgave, die verscheen in een oplage van 4000.
  12. Opperlandse Taal- en Letterkunde door Battus. Eén van de alter ego's van Hugo Brandt Corstius maakte het plezier in taal opnieuw in mij wakker. Wat Battus doet kan helemaal niet, 'Opperlands is de Nederlandse taal op vakantie', zei hij ooit. Maar wat een mooie vondsten en in het boek zie je al de analytische kracht van hem terug, die hij in zijn genadeloze polemieken weer op een andere manier gebruikte. En dus staat de complete Brandt Corstius met alle pseudoniemen in mijn kast. Uiteraard ook de gebonden eerste druk van deze.
  13. De naam van de roos door Umberto Eco. Voor een bibliofiel is het lezen over een brand waarbij een bibliotheek met allerlei klassieke incunabelen in vlammen opgaat onverdraaglijk. Het was mijn eerste kennismaking met Eco. Daarna heb ik mij door De slinger van Foucault heengeworsteld en andere vuistdikke romans van zijn hand. Maar De naam van de roos is het meest dierbaar gebleven, al heb ik hiervan slechts een reguliere paperback. 
  14. Eerst grijs, dan wit, dan blauw door Margriet de Moor. Gelezen omdat het de AKO-literatuurprijs won en direct gegrepen door de schrijfstijl van De Moor. Schitterende taal en zinsbouw, een mysterieuze manier van schrijven en een unieke stem in de literatuur. Geen enkel boek van De Moor heeft mij daarna ooit teleurgesteld. Van deze heb ik de toch wat schaarse gebonden eerste druk.
  15. De kathedraal van de zee door Ildefonso Falcones. Gelezen omdat ik naar Barcelona ging en wilde 'lezen op locatie' (zie ook 10.). Indrukwekkende geschiedenis over de bouw van de kathedraal Santa Maria del Mar. En om dan na het lezen van dit boek en ondergedompeld te zijn in het Barcelona van de middeleeuwen daadwerkelijk in de kathedraal te staan en de hoofdpersonen van de roman als het ware te horen fluisteren in de zuilengang is onvergetelijk. Later kocht ik een mooie gebonden Engelse vertaling.
  16. De belofte door Chaim Potok. Opgepikt tijdens een boekenverkoop tijdens de jaarlijkse Uitmarkt in Amsterdam, waar uitgevers restanten en beschadigde exemplaren verkochten. De belofte was mijn eerste kennismaking met Potok en ik was getroffen door hoe hij een voor mij onbekende wereld beschreef, de chassidische joden in New York, en hoe hij een thema zoals de confrontatie tussen een behoudend, religieus/sektarisch waardensysteem en een cultuur die openstaat voor modernere invloeden beschrijft. Zo'n thema geldt voor alle geloven/waardesystemen en daarom is Potok mij dierbaar. En staat de complete Potok in mijn kast, ook van deze de eerste Nederlandse druk.
  17. Odyssee door Homerus. Ik heb veel klassieken gelezen omdat ik vond dat dit onderdeel moest zijn van mijn lees curriculum. Niet alle boeken die nu nog als klassiek gelden overleven de tijd, soms is het hard werken om er doorheen te komen. Maar de Odyssee is simpelweg briljant en ik kan sindsdien niet meer naar een opkomende zon kijken zonder bij mijzelf te denken aan de 'rozevingerige dageraad'. Ik heb een mooie editie uit de Baskerville-reeks van Athenaeum-Polak & Van Gennep.
  18. De stad der blinden door Jose Saramago. Schitterende beschrijving van hoe een noodsituatie een samenleving lam legt en hoe een overheid daar op reageert. Maar ook: hoe dit bij sommige mensen het kwaad naar voren brengt zodat zij gaan profiteren van andere slachtoffers. Genoeg parallellen met de situatie tijdens covid in elk geval. Geen bijzondere editie van dit boek.
  19. Bouvard en Pecuchet door Gustave Flaubert. Misschien lag de keuze voor Madame Bovary meer voor de hand en dat is ook een meesterlijk boek. Maar wat heb ik genoten van Bouvard en Pecuchet en ook het Woordenboek van pasklare ideeën dat er achter zat. De onbarmhartigheid waarmee Flaubert zijn hoofdpersonen neerzet, hun domheid en ijdelheid etaleert en ook hoe hij kritiek geeft op bepaalde vormen van wetenschap vond ik prachtig. En het Woordenboek hilarisch. Helaas heeft Flaubert het boek niet kunnen voltooien, hij overleed nog voor het af was. Ik heb de mooie gebonden uitgave, verschenen bij De Arbeiderspers, vertaald door Edu Borger.
  20. Joe Speedboot door Tommy Wieringa. De grote doorbraak van Wieringa en weer zo'n boek dat mij verraste en ook meteen overtuigde dat ik te maken had met een groot schrijver die ik dringend moest gaan volgen. Wat een boek vol energie is dit en hoe mooi geschreven. Terecht ook als actieboek benoemd voor Nederland Leest 2024. Ook Wieringa is iemand die prachtig schrijft, scherp inzicht heeft in menselijke overwegingen en de hypocrisie in welluidende zinnen blootlegt. Heerlijk om te lezen en te herlezen. Uiteraard hiervan de 1e druk, intussen gesigneerd.

Zo'n lijst van 20 is natuurlijk veel te kort. Ik heb zoveel boeken niet genoemd die wellicht ook een plekje hadden moeten krijgen. Het was makkelijker geweest als ik mij had beperkt tot één genre, zoals 'Nederlandse literatuur' of 'Boeken over boeken' of 'naoorloogse romans', en dan had ik ook met gemak 20 boeken per categorie kunnen kiezen. Het is een beetje alsof je moet stemmen voor de top 2000 en je het op een gegeven moment niet meer weet wat je moet kezen. Want hier hadden ook titels van Adriaan van Dis, Dostojewski, Gogol, Tolstoj, Dickens, Pfeijffer, Büch, Mulisch en wie al niet meer op gekund en gemoeten. Maar ja...

10 oktober, 2024

354 - Recente aanwinsten

Meestal publiceer ik een blog over een bijzonder boek dat ik heb gekocht of een aanwinst die ik na veel moeite heb gevonden. Maar mijn bibliotheek bestaat zeker niet alleen maar uit bijzondere vondsten. Er sijpelen permanent boeken naar binnen die ik ergens vind, die interessant voor mij zijn of die ik krijg. Daarom dit keer een overzicht wat ik de afgelopen periode zoal opdook - naast de Corvey modellen waarover ik al uitgebreid vertelde. Het meeste kwam via uiterst schappelijke prijzen bij mij - een euro hier, twee euro daar... Verontrustend dat tweedehands boeken zo goedkoop zijn, maar voor mij op dit moment fijn om zo mijn collectie snel uit te breiden.

Boeken over boeken

Uiteraard is er weer een flink aantal "boeken over boeken" aan mijn collectie toegevoegd. Een curieuze vondst deed ik op de boekenmarkt in Deventer. Bij een kraam waar een lading boeken en ander drukwerk zonder enige ordening was uitgestort, zag ik een boek met de titel Bookworm droppings, geschreven door Shaun Tyas en gepubliceerd in 1989. Wat het ook zou zijn, ik moest het natuurlijk hebben en het was mij de gevraagde 2 euro uiteraard sowieso waard. Het bleek een verzameling citaten van klanten in (tweedehands) boekwinkels te zijn, ingezonden vanuit de boekhandels zelf. Uiteraard vooral een collectie uitspraken van klanten die soms niet eens lijken te beseffen dat ze in een boekhandel zijn, of die graag willen laten zien dat ze veel kennis hebben maar dan toch er weinig van lijken te begrijpen. Dit soort citaten doen het natuurlijk altijd goed - want de lezer is uiteraard wel deskundig en kan met de verkoper meevoelen hoe erg het is om dit soort klanten te hebben. Er was in elk geval genoeg aanbod, want Tyas schreef later nog een boek met de voor de hand liggende titel More bookworm droppings.

Customer: "Well, now that you've bought my books, can you lend me a pair of scissors?
Shopkeeper: "Yes, certainly, but why do you want them?"
Customer: "I want to cut my name out of each book."
(in Bibliopol, Northampton)

Customer: "How much do you pay for books?"
Shopkeeper: "What sort of books?"
Customer: "Oh, you know, ones with pages."
(in Foster Books)

Shaun Tyas is niet de enige die op deze manier de onnozelheid van klanten toont. Het boek deed mij sterk denken aan de twee boeken van Jen Campbell, met de titels Weird things customers say in bookshops en More weird things customers say in bookshops. Ook die twee boeken zijn citaten van klanten in (reguliere) boekhandels, en ze laten een vergelijkbare onnozelheid zien als in de boeken van Tyas. Ook in de legendarische kronieken van de firma Hinderickx en Winderickx komen regelmatig dit soort uitspraken van klanten terug, evenals in Shaun Bythell's Diary of a bookseller. Al met al genoeg redenen om zelf geen ambitie te hebben een antiquariaat te beginnen. Het lijkt mij afschuwelijk om als er dan toch klanten komen, dit soort dialogen te moeten voeren.

Een andere aanwinst is Austin Dobson's A bookman's budget. Ook dit is een boek met citaten, gepubliceerd in 1917. Het zijn in feite de leeservaringen van de auteur, die er een gewoonte van had gemaakt interessante passages uit boeken die hij las over te nemen. Dit leidde tot zo'n grote collectie, dat het een boek werd met honderden gedichten, aforismen, alinea's uit allerlei boeken die gaan over schrijvers, ideeën en lezers.

Tot slot kreeg ik Zo makkelijk kom je niet van boeken af, het verslag van gesprekken tussen Umberto Eco en Jean-Claude Carrière over het belang van boeken, en natuurlijk bespiegelingen over het mogelijke verdwijnen van het boek. De gesprekken werden gevoerd voor 2010, toen e-books nog min of meer in opkomst waren en het internet al een grote vlucht had genomen. Maar Eco en Carrière - die beiden beschikten over enorme bibliotheken van tienduizenden exemplaren - beschouwen de geschiedenis en de toekomst van het boek en maken zich uiteindelijk geen zorgen over het boek. Het zal altijd blijven bestaan, naast nieuwe ontwikkelingen en nieuwe media. Interessant en grappig zijn de beschouwingen van de heren over de ontwikkeling van ideeën in onze cultuur, in hoofdstukken met titels als "Onze kennis van het verleden hebben we te danken aan idioten, imbecielen of tegenstanders". En dat weten ze vervolgens voortreffelijk uit te leggen.

Gesigneerde boeken uit de Boekenkelder

Liever praat ik niet over de Maastrichtse Boekenkelder en wat ik daar gevonden heb, omdat ik deze parel eigenlijk vooral voor mijzelf houd. Maar ik denk dat er voldoende aanbod zal blijven, ook als ik in dit blog vertel wat ik zoal gevonden heb. De laatste keer dat ik naar de Boekenkelder ging, liep ik weer met een enorme stapel naar buiten: diverse jaarwisselingsgeschenken van uitgeverijen, een paar bibliofiele werkjes, wat Corvey-uitgaven (waar ik eerder over schreef), en literaire titels waar ik al een tijdje naar zocht. Maar, ik vond ook diverse gesigneerde boeken.

Toen ik langs de lange rijen Nederlandse literatuur in de kelder liep viel mijn oog allereerst op een wat ongebruikelijke uitgave van Cees Nooteboom's Rituelen. Ik herkende de uitvoering, maar er was iets mee. Bij het doorbladeren zag ik dat het een gesigneerd exemplaar was, weliswaar van de 13e druk, maar dat was al reden genoeg om het in mijn mandje te leggen. Eenmaal thuisgekomen bleek uit een nadere inspectie wat de bijzonderheid van dit exemplaar was: niet alleen was het gesigneerd, maar het bleek na wat verder onderzoek een exemplaar uit een beperkte oplage van 500, die ook nog eens genummerd was (dit exemplaar is nummer XXXVII). De beperkte oplage verscheen t.g.v. de verfilming van de roman, als een hommage aan de auteur. 

Ik kijk ook altijd uit naar titels van Boudewijn Büch en in de Boekenkelder stond een fikse rij. Na de vondst van de Nooteboom was ik voldoende geïnspireerd om elke Büch die er stond open te slaan op zoek naar gesigneerde exemplaren. Ik verwachtte het niet echt, maar ik vond er twee met de kenmerkende handtekening van de te jong gestorven verzamelaar: Brieven aan Mick Jagger en De rekening. Ooit eigendom van ene Mark, maar nu in mijn kast. Ik heb nog een paar gesigneerde exemplaren van deze Mark, die volgens andere inscripties afkomstig was uit Amsterdam. Maar zijn boeken eindigden in Maastricht. Verder stond er nog het gesigneerde boekenweekgeschenk van Lize Spit. Wat ik bijzonder vond was verder een gesigneerd exemplaar van het leuke kinderboekenweekgeschenk uit 1973, Arthur en de lettervreter, een stripverhaal gemaakt door Paul Hulshof en Henk van Kerkwijk, die door hen beiden was gesigneerd, mét opdracht.

Naast al dit moois werd ik daarnaast de bezitter van een eerste druk van De ontdekking van de hemel van Mulisch, een exemplaar van Held van beroep van de ook al veel te jong gestorven Adriaan Jaeggi en het verhaal De Cenci's van Stendahl in de Perlouses-reeks. Allemaal geen zeldzame titels, maar voor die paar euro die ze kosten zonde om in Maastricht te laten staan, zeker gezien de staat waarin ze waren: allemaal in uitstekende conditie.

Het einde van Kretzschmar

Het was al een tijdje bekend dat het antiquariaat van Loek Kretzschmar aan het Noordeinde er mee zou ophouden. Ik had de aankondiging van de grote uitverkoop gezien, maar was destijds niet in de gelegenheid. Toen ik een tijdje geleden weer eens in Den Haag was bleek tot mijn verrassing de uitverkoop nog gaande. Al het moois was natuurlijk weg en de planken waren al schrikbarend leeg. Maar ik kocht nog een leuke Baskerville-uitgave, De hel van Rimbaud door Hans van Pinxteren, een verhalenbundel onder redactie van Tommy Wieringa, Omdat hij het was, omdat ik het was en een oorlogsuitgave van H. Mantinga (=Maurits Mok) uit 1944 met de titel De vader spreekt. Het is nummer 266 uit een oplage van 525. Die verhalenbundel van Wieringa bevat trouwens een zo mooie hommage aan Michaël Zeeman, dat ik grote behoefte aan zijn boeken kreeg en zin had om naar Maastricht af te reizen om te zien wat er daar allemaal op de plank staat van hem. Dat heb ik overigens nog niet gedaan. Ook bij Kretzschmar gold: geen heel zeldzame of schaarse titels, wel fijn om te hebben.

Hier en daar gekocht

Geheel toevallig vond ik nog een jaarwisselingsgeschenk van uitgeverij Kroonder uit 1947; een verhaal van Ambrose Bierce: De man en de slang. Los van dat het als jaarwisselingsgeschenk interessant is, is van deze uitgave de typografie verzorgd door Johan van Eikeren. Die kan dus bij mijn Corvey-collectie. Van Eikeren was in en na de oorlog nauw betrokken bij uitgeverij Kroonder. Net als de uitgave van Mantinga bevat het een mooie houtsnede Van Kees Stip kocht ik Het testamentum Tudderense - de bijdrage van Stip aan de controverse Coster - Gutenberg (waar ik eerder over schreef), aan de hand van een mooi verzonnen verhaal. Dit verscheen als Proost Prikkel. Via Marktplaats kocht ik een eerste druk van Bordewijk’s Blokken voor slechts 15 euro (mooi gebonden exemplaar, helaas zonder stofomslag) en via boekwinkeltjes uiteindelijk ook maar de nulde druk van De heilige Rita, in een beperkte oplage van
Illustratie uit De man en de slang (links) en
De vader spreekt (rechts)

250 exemplaren verschenen. Samen met de nulde druk van Wieringa’s Nirwana een mooi setje. Ik ben benieuwd of er de toekomst nog meer nulde drukken - wat dat ook moge zijn - gaan verschijnen. In Doesburg kocht ik dan nog in een kringloopwinkel de massieve uitgave van Gargantua en Pantagruel van Rabelais, de XL-uitgave van De Arbeiderspers met illustraties van Gustave Doré. Het boek weegt ruim 3 kilo en ik moest het een hele dag meesjouwen. Maar voor een euro kon ik het toch niet laten liggen. Het was vooral jeugdsentiment, als tiener had ik een dergelijk exemplaar geleend bij de bibliotheek en toen al wilde ik het een keer zelf hebben. Het was er nooit van gekomen, maar nu was het dan toch van mij.

Met al deze aankopen is mijn collectie inmiddels gegroeid naar ruim 4400 exemplaren. Ik vrees dat de grens van 5000 titels spoedig in zicht gaat komen. Hopelijk vind ik dan nog de ruimte het allemaal kwijt te kunnen...

09 augustus, 2024

353 - Grote vondst op Deventer-boekenmarkt: omvangrijke Corvey collectie (Corvey deel 3)

Ik had een heel ander stukje in gedachten, maar de gezellige, sfeervolle en vooral succesvolle boekenmarkt in Deventer leidde tot een derde bijdrage over Corvey-modellen (en ik verwacht voorlopig de laatste, alhoewel niets zeker is in het leven van een verzamelaar).

Ik toog net als duizenden andere verzamelaars in alle vroegte naar Deventer (de markt begon officieel om 09.30, maar daar lachen we allemaal om natuurlijk - tegen die tijd had ik mijn grootste oogst al binnen). Een inventarisatie op Twitter wees uit dat ook een groep bibliofiele Twittervrienden aanwezig zou zijn. Met enige moeite vond ik Perkamentus op de markt (en dat moest ook want hij had een mooi boek voor mij meegenomen. Perkamentus kocht die dag één boek en schreef een eigen bijdrage over zijn bezoek aan Deventer), maar de overige vrienden heb ik gemist. Vermoedelijk omdat we allemaal met onze neuzen in de dozen stonden in plaats van naar de omstanders te kijken. Dat moeten we volgende keer dus beter doen - ik kijk uit naar een borrel op een Deventer terras, waar we tegen elkaar opscheppen over de mooie vondsten die we hebben gedaan zodat we allemaal stinkend jaloers op elkaar naar huis kunnen gaan.

Ik ging naar Deventer met de hoop dat ik onverwachte vondsten zou doen, maar vooral met de hoop dat ik weer een paar Corvey-modellen zou kunnen toevoegen aan mijn gestaag groeiende collectie. En daarin ben ik boven verwachting geslaagd.

De grootste vangst deed ik in de stand van Molenaar boeken. Deze stand staat vrij vooraan op de markt, en gelukkig ook maar. Het blijkt dat ik hier twee jaar geleden ook al direct bij de start van een dag Deventer mooie vondsten bij Molenaar deed. Ook dit keer stonden er verschillende dozen met boeken over boeken en over typografie, gelegenheidsuitgaven en dergelijke. Terwijl ik door de dozen groef vroeg ik mij af waar toch de Corvey-modellen zouden zijn. Ik vond het typisch dozen waarin je de Corvey modellen zou kunnen vinden, maar ze waren er niet. Totdat ik een doos apart zag staan waarop “Corvey-modellen en Proost Prikkels” stond. Ik kon mijn geluk niet op en viste de ene na de andere mooie verrassing uit de doos. Als een volleerde boekenmarktbezoeker blokkeerde ik de toegang tot de doos en de stapel met aankopen werd steeds hoger.

Uiteindelijk viste ik tientallen Modellen voor de uitgever uit die doos, en dat voor de bodemprijs van 4 exemplaren voor een tientje. Ik mocht de stapel voor 150 euro meenemen. De stapel met al deze Modellen heb ik vervolgens 6 uur lang meegesjouwd terwijl ik over de markt heen en weer sjokte. En ik voegde er nog aan toe: bij Hinderickx & Winderickx kocht ik er een paar, en zo bij nog enkele stands. Al met al bijna een verdubbeling van mijn collectie. Toen ik thuis kwam bleek ik toch een paar duplicaten te hebben gekocht - het was ook niet meer bij te houden voor mij en de nieuwe titels stonden natuurlijk ook nog niet in mijn LibraryThing app. Ook zaten er per ongeluk een paar Proost Prikkels tussen. Maar ook die krijgen een mooi plekje in mijn kast - een mooie Proost Prikkel is in elke verzameling een aanwinst.

De vooroorlogse oogst

In mijn eerste stukje over de Corvey-modellen verzuchtte ik nog dat het een mooie uitdaging was om op jacht te gaan naar de Modellen, maar dat het vast heel moeilijk zou zijn om vooroorlogse exemplaren te pakken te krijgen. In mijn tweede stukje vertelde ik vol trots dat ik er inmiddels drie had, waarvan de oudste uit maart 1939 kwam. Na ‘Deventer’ kan ik maar liefst vijf vooroorlogse exemplaren aan mijn collectie toevoegen, en enkele uit de oorlogsjaren zelf. 

Het oudste exemplaar dat ik nu heb stamt uit 1937 en is een fragment uit Vondel’s Gysbreght van Aemstel. In de lijst met modellen telt het nummer 8. Of meer specifiek 8A, want kennelijk zijn er twee varianten van. Het werd meegezonden als bijlage aan het Kerstnummer van het Drukkersweekblad in 1937. Vol trots wordt in het werkje nog gemeld dat de toen nog vaste drukker van de Modellen, G.J. van Amerongen uit Amersfoort werd bekroond met de 1e prijs op de Grato, de Grafische Tentoonstelling waar ik vorige keer overschreef. Het velletje geschept papier van de Grato 1934 is trouwens nog steeds mijn oudste Corvey-gerelateerde object, maar ook in latere jaren bleek de Grato nog steeds belangwekkend genoeg om te melden. 

Vervolgens vond ik nummer 12, een tekst van Dirk Coster met de titel Wat zegt een boek ons? Dit is de eerste Corvey-uitgave die ter gelegenheid van een Boekenweek verscheen. In de jaren ‘50 en ‘60 werd het een traditie dat Corvey ter gelegenheid van de Boekenweek of het Boekenbal een speciale uitgave publiceerde. Ook hiervan vond ik er verschillende. Maar in 1938 was de Boekenweek inmiddels een gevestigd instituut, zoals ook Dirk Coster in deze uitgave vermeldt: “… de boekenweek, die een vaste Nederlandsche instelling geworden is”. Overigens, ook deze uitgave vermeldt dat er prijzen zijn gewonnen op de Grato door drukkerij G.J. van Amerongen uit Amersfoort. Dit keer won men een 1e prijs voor de typografie van hun drukwerk. In het colofon van de uitgave zelf staat trouwens dat dit Model 6 is, dit wijkt dus af van de nummering die Van Krimpen in 1983 in zijn overzichtswerk over de Modellen hanteerde. Model nummer 8 in de lijst van Van Krimpen, die ik hierboven beschrijf, is volgens Corvey zelf het tweede Model dat verschenen is. Ik hou echter voor de duidelijkheid gewoon de telling van Van Krimpen aan.

Nummer 16, mijn derde vondst, is weer een bijlage geweest bij het Kerstnummer van het Drukkersweekblad. Zo’n Kerstnummer bevatte trouwens meerdere bijlagen, waaronder in dit geval een Corvey-model. Maar het was voor meer partijen een interessante manier om aandacht voor uitgaven te krijgen. Een andere bijlage in 1938 was bijvoorbeeld een Indisch Tuinboek. Corvey koos dit keer voor een tekst van Henry van Dyke met de titel Op naar Bethlehem. Het bevat een fraaie linosnede, helaas ongesigneerd en ook zonder naamsvermelding in het colofon. Het verhaal van Van Dijke komt ook voor in de bundel Kerstsproken uit 1930, verzameld door N. Basenau-Goemans. Daarin staan talloze afbeeldingen van de hand van Henri Pieck, de broer van Anton Pieck. Mogelijk is ook de linosnede uit dit Model dan van zijn hand.

Model nummer 21 (volgens het colofon het achtste Model) is een fragment uit de veroordeling van Jeanne d’ Arc, uit het toneelstuk van Bernard Shaw. Later komen we nog meer teksten van Shaw tegen bij de Modellen: de nummers 108 en 110 zijn ook van zijn hand. Vervolgens heb ik ook de hand kunnen leggen op de nummers 24 en 26. De vooroorlogse reeks stopt bij nummer 38 uit september 1941 ("Na dit eerste nummer van de zesde serie van Het Model voor den Uitgever zullen er geen verdere meer verschijnen in verband met de verbodsbepaling voor huisorganen. Wij hadden gehoopt U met enige waardevolle aanwijzingen van dienst te kunnen zijn voor de verzorging van het boek in deze tijden van beperking, maar dat plan moeten wij opgeven."). Van deze 38 nummers heb ik er nu 8.

Zoals ik vorige keer al schreef, werkte Van Eikeren tijdens de oorlog mee aan verscheidene illegale uitgaven, waarover hij in 1945 een apart boekje schreef. Maar er verschenen ook nog enkele uitgaven namens Corvey, veelal in beperkte oplage. Twee ervan zijn nu de mijne, zij tellen de nummers 38a en 38d (omdat zij vooraf gaan aan het eerste naoorlogse nummer 39):

  • 38a is een herdruk van een postincunabel, verschenen in september 1941 in 300 exemplaren: Den Sack der Consten, Wten Latine, Italiaensche, Fransche, duytsche ghecopuleert Om te vermaken die beswaerde sinnen. Ende voor hem dye gheerne wat nyeus hooren. Inclusief een los kaartje met kerstwens.
  • 38d is een fragment van Erasmus uit zijn werk Oorloghs Vervloeckinge, met de titel Het gvlden boecsken genaemt Belli Detestatio ofte Oorloghs Vervloeckinge. Deze verscheen eind 1945 in een oplage van 500 exemplaren.

Beide hebben een nadrukkelijk ander formaat dan de reguliere Modellen. Ook staat er niets in vermeld over het gebruikte papier en de typografie van deze uitgaven.

De naoorlogse oogst

Het overgrote deel van de door mij gevonden Modellen is uiteraard naoorlogs. De eerste is dan meteen weer bijzonder, want op het omslag staat vermeld “Het herrezen Model voor den Uitgever”. De uitgave heeft als titel Van het papieren zwaard en het moordend zetlood en is van de hand van Johan van Eikeren zelf. Hierin reflecteert hij op hoe ook drukkers een bijdrage hebben geleverd aan de strijd in de oorlog: "toegerust met een wapen dat dodelijker blijken zou en waarmee wij het onze aan het uitbannen van het ten hemel schreeuwend onrecht hebben mogen bijdragen." En verder: "Het papieren blad was de drager van troostrijke gedachten en met vaste, onwrikbare letter stond het daar dat achter inktzwarte wolken de gouden zon der victorie gloorde." Vervolgens zijn verschillende gedichten opgenomen met betrekking tot de oorlogsjaren.

Ik ben inmiddels gestaag bezig met het zorgvuldig catalogiseren van alle vondsten. Ik heb mijn aanwinsten eerst chronologisch gesorteerd en ben ze nu aan het invoeren in LibraryThing. Ik doe dat grondig: elk exemplaar wordt bekeken en doorbladerd en alle gegeven vastgelegd, inclusief het gewicht van elk boek en de exacte maten. Dat gaat allemaal niet zo snel en ik ben op dit moment gevorderd tot 1949, het merendeel van de aanwinsten ligt daarom nog op mij te wachten. Ik ben benieuwd wat ik allemaal nog ga aantreffen in de latere nummers en dan weet ik ook pas hoe compleet ik eigenlijk ben als het gaat om de serie Modellen. Tot nu mis ik van de eerste 30 naoorlogse nummers er nog 10. Ik heb dus ruwweg tweederde van de serie, maar ik verwacht dat ik van de latere nummers er beduidend minder zal missen. Al met al begint de serie al behoorlijk compleet te worden op deze manier!

Nog twee bijzonderheden

Naast alle weelde van de daadwerkelijke Modellen, vond ik op de boekenmarkt ook nog twee bijzondere en relevante publicaties.

De eerste is een werkje dat strikt genomen niet tot de serie behoort (het kreeg dan ook nummer 58A, omdat het in 1949 verscheen als bijlage van het februarinummer 58. De Modellen bestonden toen inmiddels 12,5 jaar maar daar had de firma Corvey verder geen aandacht aan besteed. Ik schreef er in mijn eerste blog over Corvey-modellen al over. Een vaste ontvanger schreef daarop een brief aan Corvey dat dit onterecht was, vervolgens verscheen dit werkje van de hand van Johan van Eikeren met de titel Van een niet zo belangrijk jubileum, een brief en een klein misverstand over het woordje: Het. Hierin wordt de hele kwestie uit de doeken gedaan in een wat koddige tekst. Het misverstand ging erover dat de briefschrijver in kwestie vond dat door de serie Het Model voor de Uitgever te noemen, gesuggereerd werd dat andere typografische producten er niet toe doen, dus dat de serie beter Ons Model voor de Uitgever kan heten. Vervolgens wordt beschreven tot welke bespiegelingen dit bij Corvey leidde: "Hadden wij twaalfeneenhalfjaar lang - in argeloosheid dan - in blinde hoogmoed met gezwollen borst rondgelopen? (...) Als men op uw verjaardag geen presentje meebrengt is dat tot daaraan toe, maar u moet toch wel even iets wegslikken als u na de felicitatie te horen krijgt dat u er slecht manieren opnahoudt en dat u maar een erg pedant ventje bent." Maar alle bespiegelingen leidden ertoe dat de naam niet wordt veranderd, want er waren geen kwade bedoelingen geweest en je moet er niet meer in lezen dan noodzakelijk. Alhoewel, vanaf 1963 ging de serie uiteindelijk Een Corvey model heten, dus die naamswijziging kwam er toch
Interessant is dat Van Eikeren verderop in het jubileumboekje nog iets over de motivatie voor deze reeks zegt: "Wij houden van blanco papier, maar niet minder van papier als het bedrukt is en ons is het niet onverschillig wat er met het artikel dat wij verhandelen gebeurt. Wij stellen niet alleen belang in onze kopers omdat zij ons papier kopen en ervoor betalen, maar wij stellen ook belang in hun werk. Onze uitgave is er niet alleen om zoveel mogelijk papier kwijt te raken; in alle bescheidenheid proberen wij te laten zien hoe het er uit kan zien als het bedrukt is en hoe goed de Nederlandse drukker, clichémaker en tekenaar zijn werk doet. Wij hebben nooit nagecijferd of en hoeveel baten onze uitgave ons wel inbrengt; wij hebben er plezier in en met voldoening mogen we zeggen dat velen dit genoegen met ons delen." En die laatste woorden van Van Eikeren zijn 75 jaar later nog steeds waar, want ook ik deel dit genoegen met hem, zoals ik al drie stukjes lang probeer uit te drukken.

De tweede bijzonderheid is een miniatuuruitgave waarin de door Huib van Krimpen uitgesproken tekst is opgenomen, die hij uitsprak bij de feestelijke aanbieding van het boekje Over boekverzorging van Johan van Eikeren eind 1984. Dit boekje van Van Eikeren was al eerder verschenen in 1955, als Model nr. 97, maar werd 30 jaar later opnieuw uitgegeven. Van Eikeren schreef de tekst ooit als prijswinnende inzending voor een prijsvraag van het Gerrit Jan Thiemefonds, en vervolgens werd het met steun van het fonds uitgegeven in de Corvey reeks. De opdracht van de prijsvraag was destijds een beschouwing te schrijven waarin "in beknopte vorm, de essentiële voorwaarden waaraan een goed boek dient te voldoen" worden samengebracht. De beschouwing moest dan, "zonder een opsomming van technische details te zijn, voor makers en gebruikers van boeken de verschillende aspekten en problemen die zich telkens weer voordoen" belichten. Twee inzendingen wonnen een prijs, die van Van Eikeren en een beschouwing van Klaas Woudt (1923-2012), een Zaanse drukker en auteur die verder vooral veel publiceerde over taal en cultuur van de Zaanstreek. 

Bij de heruitgave van Van Eikerens tekst in 1984 werd geconstateerd dat hoewel de oorspronkelijke uitgave "op vrij ruime schaal gratis is verspreid, het in de bijna dertig jaar sinds zijn verschijnen zo goed als onvindbaar geworden is en in brede kringen geheel onbekend." En men vond dat dit onterecht was, omdat de ideeën van Van Eikeren nog behoorlijk actueel waren. Dus was de heruitgave zowel nuttig voor de hedendaagse boektypograaf, als een kleine hulde aan Van Eikeren.

En nu leer ik dat die heruitgave feestelijk is gelanceerd in boekhandel G. Postma in de Spuistraat in Amsterdam op 17 december 1984. En wie anders dan Huib van Krimpen spraak daarbij een tekst uit, waarin hij dieper inging op Van Eikeren en zijn betekenis als typograaf en verzorger van de reeks Modellen. Pas anderhalf jaar daarvoor was van de hand van Van Krimpen de beredeneerde catalogus van alle Modellen verschenen, bij gelegenheid van een tentoonstelling van de complete reeks in Museum Meermanno, dus hij zat goed in de materie. In die catalogus deed Van Krimpen de uitspraak dat deze tekst van Van Eikeren zo slecht vindbaar was, als gevolg waarvan Jan de Jong van Uitgeverij de Buitenkant geïnspireerd werd tot de heruitgave. De Buitenkant gaf ook deze gesproken tekst vervolgens uit in dit kleine, dunne werkje. Het formaat van het boekje is slechts 10x7 cm en het telt 8 pagina's tekst. Ik kwam het stomtoevallig tegen in een of andere willekeurige bak met kleinere uitgaven en wist überhaupt niet dat het bestond. Een mooie en voor mij waardevolle vondst die een belangrijke toevoeging is aan de Corvey-collectie.

Tot slot

De komende weken ben ik zoals gezegd druk met het invoeren van alle gekochten Modellen. En daarna moet ik de stapel overige boeken catalogiseren die ik ook nog kocht in Deventer - ik zou bijna vergeten dat ik veel meer dan Corvey Modellen heb gekocht. Interessante ontdekkingen over de Modellen zal ik toevoegen aan dit stukje. Ik ben daarnaast bezig met een volgend stukje waarin ik wat algemene aanwinsten presenteer van de afgelopen maanden. Daar zullen aankopen uit Deventer tussenstaan, maar bijvoorbeeld ook uit Maastricht toen ik een tijdje zoet was in de Boekenkelder en daar mooie vondsten deed. Stay tuned!