29 juli, 2019

299 - Gesigneerd jeugdsentiment op Marktplaats

Ooit in een ver verleden werkte ik in Den Haag op het kantoor van het toneelgezelschap de Haagsche (of Haagse) Comedie. Een mooi, klassiek, legendarisch toneelgezelschap dat de prachtige Koninklijke Schouwburg in Den Haag als thuisbasis had en voorstellingen speelde in het hele land. De Haagse Comedie bracht werk, vooral repertoirestukken, op de planken van alle klassieke auteurs: Shakespeare, Tsjechow, Molière, Racine, Euripides. Maar daarnaast ook modernere stukken: Scola, Ibsen, Medoff, Brecht, Ayckbourn, Albee. Het werken bij de Haagse Comedie - ik kwam er toevallig via een uitzendbureau terecht - was mijn intrede in de wereld van het theater en het was mooi om de wording van een stuk van begin (eerste planning van het repertoire, repetities) tot eind (première in de Koninklijke Schouwburg) mee te kunnen maken. En om al die mensen te ontmoeten die relatief onzichtbaar een theatervoorstelling mogelijk maken: portiers, kaartverkopers, decorbouwers, mensen van het kledingatelier, iedereen op kantoor... er moet een hoop gebeuren voordat een stuk daadwerkelijk op de planken staat. Het was ook bijzonder om elke dag vrijelijk in de oude Koninklijke Schouwburg rond te kunnen lopen: de trappetjes, de gangetjes, onder het toneel, over de zolder... veel romantischer dan dat wordt een werkplek niet.

Maar aan alles komt een eind en de Haagse Comedie werd na 40 jaar te hebben bestaan in 1988 Het Nationale Toneel. Ik herinner mij nog de allerlaatste première van de Haagse Comedie in de Koninklijke Schouwburg waar ik natuurlijk bij was (Happy End van Dorothy Lane [Kurt Weill en Bertolt Brecht]), evenals de allereerste (geruchtmakende) voorstelling van het Nationale Toneel in diezelfde Koninklijke Schouwburg. Woyzeck van Georg Büchner op 14 oktober 1988. Voor een deel van het keurige Haagse publiek dat de toch wat statige Haagse Comedie was gewend was het wat teveel van het goede en mensen liepen tijdens de try-out uit de zaal. Toch is het allemaal goedgekomen met het gezelschap en ook Het Nationale Toneel werd een gerenommeerd gezelschap in Nederland.

Eén van mijn taken als medewerker van de Haagse Comedie en Het Nationale Toneel was het kopiëren van scripts in de oerversie, voor de acteurs en regisseurs voor de eerste lezingen en repetities van het stuk. Dat ging destijds nog met een stencilmachine, beste lezers uit het digitale tijdperk, maar dan had je wel eer van je werk (en vieze vingers). Wanneer het stuk dan uiteindelijk werd opgevoerd in het theater, dan waren van de grotere producties tekstboekjes beschikbaar zoals dat nu ook nog steeds het geval is.

De oude Haagse Comedie heeft verschillende tekstboekjes uitgebracht. Vanaf 1980 verschenen de tekstboekjes in uniform formaat en genummerd in een serie (nummer 1 was Zonder gekheid van Alan Ayckbourn). Ik was toen al besmet met het bibliofilie-virus en daarom wilde ik graag de hele serie tekstboekjes (er waren er 50) compleet hebben. Het scheelde dat ik werkte op het kantoor, zeker toen bij de vorming van het Nationale Toneel alle tekstboekjes van de Haagse Comedie in de uitverkoop gingen. Ook de bezoekers van de Koninklijke Schouwburg sloegen op dat moment groots in om hun collectie compleet te maken: alle boekjes gingen weg voor een gulden (in plaats van fl. 7,50) en mensen gingen met stapels de deur uit. Maar ik kwam er nog verschillende te kort. Vanaf dat moment begon de moeizame zoektocht naar de ontbrekende nummers. In die tijd (stenen tijdperk) voor het internet betekende dat in alle antiquariaten en kringloopwinkels naar het kastje met toneelteksten zoeken en dan maar hopen dat het ontbrekende nummer er tussen stond. Zo heb ik jaren gezocht naar een exemplaar van de tekst van Peter Hacks' Een gesprek in huize Stein over de afwezige heer Von Goethe.
Uiteindelijk vond ik het bij Die Schmiede in Amsterdam en toen was mijn collectie compleet. Het blijkt dat zelfs in deze digitale tijd het boekje van Hacks een lastig te vinden tekst is: op dit moment wordt het voor zover ik weet nergens online aangeboden. Dus wie vandaag dit boekje wil hebben resteert de ouderwetse gang langs offline locaties om het te vinden...

Maar uiteraard bracht ook het nieuwe gezelschap Het Nationale Toneel tekstboekjes uit. Ook in een serie in uniform formaat en leuk om te verzamelen. Nadat ik niet meer werkte op kantoor, werkte ik nog wel in de avonden tijdens voorstellingen in de Schouwburg als verkoper van tekstboekjes en verstrekker van informatie. Een leuke bijbaan, ook al omdat je gratis naar alle voorstellingen mocht (hoewel je sommige stukken wel heel vaak zag. Dat was niet altijd een straf: ik heb Anne Wil Blankers zien schitteren in Shirley Valentine en die uitvoering heb ik denk ik wel een keer of acht gezien, zonder mij een seconde te vervelen. Maar ach, in welk stuk heeft Anne Wil Blankers níet geschitterd? Ik ken wel meer mensen die een paar keer zijn teruggekomen voor deze voorstelling. Of wat te denken van de Gysbreght, heel mooi uitgevoerd met Victor Löw en Peter Tuinman. Ook een keer of vijf gezien). Dus ik bezit ook een rijtje tekstboekjes van Het Nationale Toneel, al is het niet compleet: ik ben gestopt bij nummer 11 want toen stopte ik met werken bij het gezelschap. Ik heb eerlijk geen idee tot hoever de serie is voortgezet en of deze nog wordt voortgezet. Als ik in de catalogus van de KB zoek kom ik niet verder dan nummer 24, maar er zijn er vast meer.

Naast tekstboekjes van de Haagsche Comedie kocht ik in die tijd antiquarisch ook een paar andere jubileumboeken van het gezelschap uit eerdere jaren: bij gelegenheid van het 15-jarig bestaan, het 25-jarig bestaan en het 40-jarig bestaan. Dit vormt allemaal bij elkaar nog steeds de hoofdmoot van het theaterplankje in mijn bibliotheek. Eerlijk gezegd heb ik er de afgelopen jaren weinig aandacht aan besteed en het stond er maar een beetje te staan. Tot ik een paar weken geleden bij toeval op Marktplaats tekstboekje nummer 2 van het Nationale Toneel (Alkestis van Euripides) aangeboden zag in een bijzondere versie: een gebonden editie (tekstboekjes zijn standaard paperback), genummerd en gesigneerd door regisseurs en acteurs. Die moest ik natuurlijk hebben en dat lukte: er is weinig interesse voor dit soort uitgaven kennelijk. Op de foto is mijn exemplaar te zien: nummer 74 van 100, daarnaast waren er 1500 paperbacks (waarvan ik er al eentje had). Zichtbaar zijn de handtekeningen van o.a. regisseur Shireen Strooker, Wil van der Meer (Apollo), Jacqueline Blom (Alkestis), Gijs Scholten van Aschat (Admetus), Alfonse Cox (pleuranten), Marnie Blok, Joke Last, Wim van Rooij en Marjan Linnenbank (allen koor).

Wat een plezier om zomaar ineens een kijkje in het verleden te nemen. Namen van mensen voor wie ik werkte en die mij - als manusje van alles op kantoor - vermoedelijk niet zullen herinneren. Een aantal is trouwens al overleden, zoals vorig jaar Shireen Strooker en ook Wim van Rooij. Maar het zijn desondanks zoete herinneringen aan een mooie tijd, die bij tijd en wijle ook woelig was. Bijvoorbeeld door de Fassbinder affaire van Jules Croiset, die ook impact had op zijn broer Hans Croiset als leider van het Nationale Toneel en waar wij op kantoor het nodig van meekregen. Eerst door de “ontvoering” zelf en later de dramatische nasleep toen bleek dat het allemaal nep was. Later verwerkte Harry Mulisch deze affaire in het boekenweekgeschenk Het theater, de brief en de waarheid. Maar er zijn ook veel warme herinneringen aan de collega’s van kantoor van toen, waarvan een enkeling ook helaas al is overleden.

Maar deze uitgave levert naast mooie herinneringen en een waardevolle aanvulling op mijn collectie ook tal van vragen op. Waarom wist ik - als medewerker van het gezelschap notabene - niets van deze speciale editie? Ik verkócht immers de tekstboekjes van het toneelgezelschap (maar niemand vertelde mij ooit iets..). Maar ook: is dit de enige uitgave die in een gebonden, genummerde, gesigneerde versie werd uitgegeven? Of werd van elk tekstboekje zo’n bijzondere editie gemaakt? Dat is immers niet zo ongebruikelijk, vaak genoeg worden van seriematige uitgaven in grote oplagen een paar exemplaren in een mooie editie gemaakt. Denk maar aan de boekenweekgeschenken: naast de pak 'm beet 800.000 gratis exemplaren zijn er altijd zo’n 250 gebonden en genummerde edities voor de auteur en relaties en vrienden van de CPNB. Werd deze versie bijvoorbeeld gemaakt voor de acteurs in het stuk, de regisseurs, de dramaturgen en kregen die elke keer zo'n exemplaar? Ik kan online in elk geval geen andere luxe exemplaren en ook geen verdere informatie vinden. Niks in de catalogus van de KB, niks bij Antiqbook of Boekwinkeltjes, niks bij Abebooks, niks online.. Het zal een raadsel blijven totdat er wellicht ooit weer zo’n exemplaar opduikt bij Marktplaats of op een veiling. Maar zelfs dan: zolang ik het verhaal erachter niet ken, kom ik geen stap verder. En weet ik dus ook niet of ik op jacht moet naar vergelijkbare exemplaren van de andere titels van Het Nationale Toneel. Dat wil zeggen: op jacht ga ik sowieso, maar of ik ooit iets zal vinden is nog maar de vraag.

Kan een van de lezers van dit blog mij wellicht verder helpen?

Update oktober 2022: Intussen staat er één nieuw exemplaar van een gesigneerd tekstboekje van Het Nationale Toneel op boekwinkeltjes.nl. Het betreft wederom Alkestis, dit keer nummer 4 van de 100. Op de foto is te zien dat de volgorde van namen ruwweg gelijk is aan die van mijn exemplaar, en het zijn ook net zoveel handtekeningen. Kennelijk zijn ze alle 100 in dezelfde sessie gesigneerd. Evengoed: zou het van alle tekstboekjes dan toch alleen Alkestis zijn geweest waar zo'n speciale uitgave van is gemaakt? De speurtocht gaat verder...

08 juli, 2019

298 - De Dordtse boekenmarkt: meet, greet en meer boeken

Het is dat mijn dochter mij eraan herinnerde dat het bijna tijd was voor mijn beurt op de meet & greet met bloggers en vloggers in de Dordtse bibliotheek anders was dit stukje niet geschreven. Ik was namelijk afgeleid en verdwaald in een van de honderden kramen ergens in het centrum van deze prachtige stad. Ik had net een hilarische dialoog gehoord tussen twee boekverkopers en een klant. De klant stond te bladeren in een dik boek van Johannes van Dam en ongevraagd nam de boekverkoper het woord:

Verkoper 1: Nieuw is het 50 euro.
Klant: Wat?
Verkoper 1: Nieuw is het 50 euro
Klant: Oh...
(Stilte)
Verkoper 2: En nu dan?
Verkoper 1: Wat?
Verkoper 2: Nieuw is het 50 euro. En nu dan?
(Klant bladert ondertussen rustig door)
Verkoper 1: 25 euro
Klant: Dat is mij te duur. Ik geef er 20 voor
Verkoper 1: Akkoord

Even later staat er in dezelfde kraam een klant met drie Kuifjes in zijn hand (hardcovers).
Verkoper 2: Vindt u ze mooi?
Klant (man, midden 50, kalend): Mjah (je ziet hem denken: niet te gretig kijken...)
Verkoper 2: U heeft er verstand van zo te zien. Wat vindt u ze waard?
Klant: Tsja, dat weet ik niet (je ziet hem denken: ik moet oppassen dat ik niet verkeerd gok)
Verkoper 2: Stel u bent mijn compagnon en u mag deze boeken prijzen. Wat adviseert u mij om in het boek te zetten?
Klant: Ehmm...
Verkoper 2: Ik heb echt advies van u nodig. Wat zou dit waard zijn?
Klant: Mmmm...
Verkoper 2: Oké, ik ga u een plezier doen. De prijs voor deze drie is... wat zal ik er van maken... omdat u er verstand van hebt... de prijs van deze drie wordt... even denken... ik maak het af op... 21 euro!
Klant: Ik hou meer van Suske en Wiskes..

En zo ging het de hele dag op de boekenmarkt. Ik vroeg mij af hoe verkopers deze boekenmarkt waarderen, ten opzichte van bijvoorbeeld Deventer. Verschillende verkopers gaven aan dat Dordrecht hun favoriete boekenmarkt was. Het is ruim opgezet, het is er lekker rustig in tegenstelling tot Deventer en dus kunnen mensen goed zoeken. Een boekverkoper (en een klant die zich in het gesprek mengde beaamde dat) gaf aan dat het in Deventer na tien uur ‘s morgens zo druk is, dat je eigenlijk nergens meer kan zoeken omdat mensen drie rijen dik voor de kramen staan. “Vooral langs de IJssel is het niet te doen”. Ik suggereerde nog dat het wel meer omzet oplevert maar toch won Dordrecht het nog. Ook omdat er in Dordrecht kennelijk een verbod is op kramen vol met uitverkoop. Het schijnt dat de organisatie daar ook op handhaaft. Desondanks zag ik nog wel een aantal kramen met vrijwel alleen boeken voor 2,50, of alles halve prijs. Maar ik zag zeker ook veel kwaliteitsboeken en meer dan ik gedacht had.
Er waren natuurlijk ook handelaren onder de bezoekers op de markt. Ik zag bij een kraam, waar ik iets voor 5 euro afrekende (en waarbij de pinautomaat weigerde, zodat mijn aankoop zeker 10 minuten duurde...) iemand met drie tassen vol zware in leer gebonden boeken weglopen. Dat bleek een Duitse handelaar die in Dordrecht inkopen kwam doen. De verkoper zei dat zijn prijzen laag waren, maar dat hij liever veel omzet had dan zijn prijzen te verhogen (“Ik krijg zoveel boeken aangeboden meneer, ik raak ze anders niet kwijt). Een dialoog aan een andere kraam:

Klant (om circa half elf ‘s morgens): Er zit niet veel goed spul tussen hè?
Verkoper: ...
Klant: Ja, ik ben namelijk een handelaar dus ik ben altijd op zoek naar goede spullen
Verkoper: De echt handelaren waren hier vanmorgen om 7 uur om de goede spullen te kopen..

Ondertussen zit ik aan mijn tafeltje in de bibliotheek deze blog te schrijven en er lopen mensen in en uit de bibliotheek. Mij aanspreken is er nog niet bij, hoewel de organisator moedige pogingen doet mensen te interesseren voor mijn aanwezigheid. De enige vragen die ik heb gekregen zijn waar de koffie-automaat staat (weet ik niet) en of er ook afgeschreven boeken worden verkocht in de bibliotheek (vast wel, maar niet hier).  Zojuist tuurde een man met een mooie lange paardenstaart (in vlecht) naar de poster waarop ik met mijn mede bloggers/vloggers aangekondigd sta maar hij liet het bij “hm” alvorens verder te lopen: geen behoefte aan een meet, laat staan een greet, met sneuper kennelijk. Ik voerde wel een mooi gesprek met de blogger/recensent die na mij kwam: Alek Dabrowki. Hij gaat aan de slag met de kandidaten voor de debutantenprijs van wie de winnaar later vandaag bekend wordt gemaakt. We wisselden boekentips en interessegebieden uit en bewonderden elkaars aankopen. Ook gaven we feedback aan de organisator hoe dit mooie idee voor een volgende keer nog veel succesvoller georganiseerd kan worden. Want het is een geweldig initiatief om op de boekenmarkt bloggers en vloggers uit te nodigen wat mij betreft, en het kan voor de bezoekers echt toegevoegde waarde hebben. Maar deze keer liet de belangstelling nog iets te wensen over.

De grote vraag is natuurlijk wat ik zoal heb geoogst op deze boekenmarkt. Tot mijn grote vreugde vond ik verschillende boeken over boeken. In één ervan vond ik een directe verwijzing naar de Dordste boekenmarkt. Ik kocht  namelijk Drie ABC’s voor boekenvrienden van Frank van Pamelen en Ed Schilders, uitgegeven door de Stichting Dr. PlJ. Cools. Ik schreef al eerder over een hele collectie uitgaven van deze Stichting die ik kreeg, maar deze uitgave zat er toen niet tussen. Het boekje werd in 2010 uitgegeven ter gelegenheid van de Tilburgse boekenmarkt. Van Ed Schilders zijn verschillende columns opgenomen die eerder verschenen in de Volkskrant. Bij de letter P gaat het over Precies en het gaat over de rekkelijken en de preciezen onder de bezoekers van de boekenmarkt. De column begint en eindigt zo:
Eerst dacht ik nog dat het te maken had met de biologische klok, maar het bleek principiëler te liggen: een scheiding der geesten. Zeven heren gaan de boekenmarkt in Dordrecht bezoeken en proberen afspraken te maken over wie met wei meerijdt, waar men elkaar treft en vooral op welk tijdstip zij vertrekken zullen. Dan blijken er twee soorten bezoekers te zijn. De preciezen zijn de matineuze marktgangers. Zij zijn ervan overtuigd dat zij reeds ter plekke dienen te zijn als de handelaren hun kramen inrichten. Desnoods trekken zij zelf de bananendozen open. (...) Zelf behoor ik tot de rekkelijken. De zeer rekkelijken, mag ik wel zeggen. Het lijkt mij uitgesloten dat zich in mijn boekenkasten één exemplaar bevindt dat vóór elf uur ‘s morgens is aangeschaft. (...) Maar het belangrijkste is dat ik nooit de indruk heb gehad dat er een oorzakelijk verband bestaat tussen de inhoud van mijn portemonnee en het tijdstip waarop ik ben opgestaan; mijn portemonnee is na elke boekenmarkt altijd leeg.

Zoals altijd virtuoos geschreven door Ed Schilders. Ik kon nog wat meer aankopen doen, mede door de vrijgevigheid van mijn zus ter gelegenheid van mijn verjaardag (Marjonne bedankt!) en zo vond ik onder meer de uitgave van Seneca “Tegen bibliofilie”, die als nieuwjaarsuitgave verscheen bij Burgersdijk en Niermans. Een miniboekje met een korte tekst van de Romeinse auteur die waarschuwt tegen teveel boeken. Ik hoop natuurlijk ooit het hele setje nieuwjaarsuitgaven van B&N te bezitten, maar dit is in elk geval een goede start. Andere boeken over boeken die ik kocht waren onder meer de uitgave Festina Lente over de drukker/uitgever Aldus Manutius, uitgegeven door de Walburg Pers in 1986. Ik vond nog een paar nieuwjaarsuitgaven van uitgeverijen, waaronder eentje van Petrarca (Brief aan het nageslacht) die ik kocht omdat ik meer Petrarca in mijn bibliotheek wil hebben. Deze grondlegger van het humanisme en eerste verlichte denker uit de 14e eeuw staat in feite aan het begin van de samenleving zoals wij die kennen.

In de vele bakken met ‘ongeregeld’ die in diverse kramen staan met allerlei uitgaven voor een euro vond ik nog De kunst van het liegen, een uitgave van de “Britschen Voorlichtingsdienst en Landsdrukkerij” uit 1944 waarin uitspraken van Hitler en Goebbels naast de feiten zijn gelegd. Kennelijk een poging uit de oorlogsjaren om “fake news” te ontzenuwen en de sympathisanten van de nazi’s te laten zien dat beide heren - en het hele systeem daaronder - leugenachtig zijn en de waarheid verdraaien. Het is een mooi drukwerkje, in kleur, en het is apart om te beseffen dat in toen dit boekje in 1944 gemaakt en verspreid werd het einde van de oorlog nog niet in zicht was. Het pamflet was voorzien van een lange ondertitel, namelijk: ‘Een korte handleiding voor beginners en meer gevorderden in de ingewikkelde kunst van het liegen uit den meest op den voorgrond tredende voorbeelden van de hand der wereldheerschers.’ Aan de hand van voorbeelden werd het publiek duidelijk gemaakt dat Hitler en Goebbels logen zoals ze ademden, namelijk altijd. Hitler besefte overigens, zo valt te lezen in Mein Kampf, dat leugens lang bij mensen blijven hangen: ‘De meest schaamteloze leugen laat altijd een spoor achter, zelfs indien zij is weerlegd, een feit, dat aan alle beroepsleugenaars in deze wereld bekend is en ook aan allen, die met elkaar samenzweren in de kunst van het liegen’.

Al met al een leuke en productieve dag in Dordrecht!