26 maart, 2021

316 - Antiquariaat Dick Zandbergen (150.000 boeken) stopt ermee

Ik heb op dit blog al vaker melding gemaakt van verdwijnende antiquariaten (zoals hier en hier) maar het is helaas eerder regel dan uitzondering geworden. De eigenaren worden ouder en overlijden (zoals recent André Swertz), de klanten worden ouder en overlijden ook, wat weer te zien is aan het aanbod in kringloopwinkels en veilinghuizen. Toch is het elke keer weer een schok als het bericht kom dat er een einde komt aan nog een antiquariaat. Zoals op de dag dat ik een e-mail kreeg van Dick Zandbergen dat ook hij de deuren definitief gaat sluiten.

Dick Zandbergen is een naam die al heel lang verbonden is aan mijn bibliotheek. Ik weet niet meer wanneer ik mijn eerste boek bij hem kocht, maar vanaf dat moment kreeg ik regelmatig berichten van hem in mijn mailbox. En steevast kwam zijn naam voorbij bij mijn zoektochten op boekwinkeltjes.nl. Het leek wel of Dick bijna elke titel op voorraad had die ik zocht, ook nog eens voor een schappelijke prijs. Ik herinner mij dat hij jaren geleden lange lijsten rondstuurde met beschikbare boeken, waarbij je je dan op specifieke lijsten kon abonneren. Even terugzoekend in mijn mail zie ik dat ik mij op 2 maart 2008 aanmeldde voor de lijst “Nederlandse literatuur”, op de kop af 13 jaar geleden. Trouw las ik de binnenkomende lijsten door om te zien of er wat van mijn desiderata opstonden. Na verloop van tijd stopte de lijsten en was de voorraad integraal beschikbaar via boekwinkeltjes.nl.

Binnen bij Dick Zandbergen
In de afgelopen jaren bestelde ik er met regelmaat boeken, waardoor ik intussen enkele tientallen exemplaren bezit afkomstig van dit antiquariaat. Mijn relatie met Dick Zandbergen was echter puur digitaal, ik was nog nooit in het antiquariaat zelf geweest. Dat veranderde door de aankondiging dat er voor de sluiting nog een uitverkoop zou plaatsvinden. Tot 3 april 2021 kunnen bezoekers zich aanmelden, alle boeken gaan weg met 60% korting... daar moest ik natuurlijk bij zijn. En zo was dan toch de dag aangebroken dat ik koers zette naar de Straatweg in Maarssen, om een eerste en laatste blik te werpen in dit antiquariaat.

Ik ben het type boekenliefhebber dat niet alleen een lijstje bijhoudt van boeken die ik nog moet hebben, maar ook waar ze op dat moment te koop zijn. Zodat ik, als ik behoefte heb om boeken te kopen (die behoefte heb ik elke dag) en het geld beschikbaar is (dat is helaas niet elke dag), ik direct weet waar ik welke boeken moet kopen. Op dat lijstje stond ook regelmatig “Dick Zandbergen” achter de boeken. Met dat lijstje ging ik op weg naar Maarssen, en het is maar goed dat ik het bij mij had anders was ik vermoedelijk zo overweldigd geweest door de enorme hoeveelheid boeken in het antiquariaat, dat ik misschien wel zonder boeken was weggegaan... 

Een loods op een mooie locatie bij een boerderij met zo’n 150.000 boeken, aldus Dick zelf. Ik denk dat het er meer waren, want ik heb zelden zo’n enorme hoeveelheid boeken gezien: kasten in lange rijen, planken die tot ruim 4 meter de lucht in gaan en vaak nog dubbele rijen. Maar: alles netjes gesorteerd op alfabet en elk boek geprijsd. Wat een monnikenwerk moet het zijn om die enorme boekenberg zo op orde te houden. En gelukkig maar, want hoe kan anders ooit nog een boek teruggevonden worden? Toch ben ik regelmatig in antiquariaten met veel minder boeken geweest die helemaal niet goed gesorteerd waren. Maar hier wel: alle boeken in strak gelid, alle categorieën boeken goed aangegeven en daardoor kan er in elk geval systematisch gezocht worden.

Torenhoge boekenkasten
Zoals gezegd, gelukkig had ik mijn lijstje bij mij, anders zou ik niet hebben geweten waar ik had moeten beginnen. Nu wist ik globaal waar ik moest zijn, zodat de expeditie kon beginnen. Er ontstond een patroon: op weg naar de juiste letter van het alfabet, constateren dat de gewenste schrijver op vier meter hoogte staat en vervolgens trap op en trap af klimmen om de boeken bij elkaar te verzamelen. Ik bedacht mij dat dit voor Dick dagelijks werk moet zijn geweest, aangezien hij de meeste boeken online verkocht en dus eindeloos de ladders op en af moest om de bestellingen klaar te maken. Ik vond het in elk geval een interessante ervaring om zo hoog boven de boeken te zweven. Het mooie was in elk geval dat er daardoor gebeurde wat er in elk goed antiquariaat gebeurt: je vindt er niet alleen de boeken die je wilt hebben, maar je vindt ook de boeken die je niet zocht.

Het stapeltje dat ik apart legde groeide gestaag. Wat Nederlandse literatuur, nieuwjaarsgeschenken van uitgeverijen maar vooral boeken over boeken. Gelukkig was er een hele kast met typografie, bibliografie en andere boeken over boeken. Daar heb ik een forse stapel boeken uitgehaald. Na ongeveer twee uur dwalen door het antiquariaat zette ik er een punt achter. Ik had zo’n 35 boeken gevonden, die ik voor de uitverkoopprijs van 98 euro mocht meenemen (de oorspronkelijke waarde was dus zo’n 250 euro). Geen geld voor deze stapel! Ik vond het nog een hele oogst, maar realiseerde mij ook dat in een antiquariaat met 150.000 boeken mijn stapeltje niet echt een verschil zou maken... Wat in hemelsnaam gebeurt er met de andere 149.965 boeken?



Wat heb ik dan zoal gekocht in deze uitverkoop? Een hele diverse oogst is het, met deels boeken die je bij wijze van spreken op elke straathoek kan krijgen en deels boeken die veel moeilijker zijn te vinden of waar ik het bestaan niet van kende. 
Voor mijn Tommy Wieringa collectie vond ik bijvoorbeeld een mooie Engelse vertaling van Joe Speedboot. Uit een ooghoek zag ik een flinke plank Gerrit Krol en ik herinnerde mij dat ik Rondo Veneziano nog wilde lezen, dus die mocht er ook bij (die zocht ik al sinds wij twee jaar geleden op vakantie gingen naar Venetië maar op één of andere manier bleek het lastig vindbaar). Op mijn lijstje stond verder vermeld dat in het antiquariaat een gesigneerd exemplaar van Chaim Potok’s De familie Slepak moest staan, en tot mijn vreugde stond die er nog. Ook die kon op de stapel. 

Interessanter waren de vondsten bij Bordewijk. Ik vond een exemplaar van de Bzztôh-uitgave Zeven fantastische vertellingen die ik tot mijn verbazing nog niet had. Leuker was dat ik een facsimile vond van de eerste pagina van Bordewijk’s roman Noorderlicht, uitgegeven door het Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum in 1987. Kennelijk gaven zij een hele serie van dit soort facsimiles uit van eerste pagina’s van bekende romans, want dit was nummer 16 in de serie. Curieus is nog wel de foutieve spelling op het omslag, daar staat als auteursnaam F. Borderwijk. En toch is er besloten om geen nieuw omslagje te maken, of niemand had het destijds gezien. Ik had in elk geval nog nooit van deze uitgave gehoord, en was blij met de vondst. Ernaast stonden onder meer de Bordewijk-studie van Hans Anten (Het bekoorlijk vernis van de rede) en een exemplaar van het tijdschrift Oog in ‘t Zeil met een hoofdartikel over Bint en ook die pronken nu op mijn Bordewijk-plank.

Zoals gezegd heb ik geruime tijd doorgebracht bij de boeken over boeken. Naast een aantal titels van mijn lijstje - zoals H de la Fontaine Verwey’s De verdwenen antiquaar en De boekvormer van Reinold Kuipers - stonden er nog genoeg verrassingen bij. Ik noem er een paar: 

  • De vormgeving van het algemene boek door W.A. Dwiggins (oplage 300). Dit is een lezing uit 1949 van de beroemde letterontwerper over verschillende aspecten van boekvormgeving. Dwiggins was iemand met een duidelijke visie op boekontwerpen, maar als het om het algemene boek gaat ziet hij ook de begrenzing: "Als boekverzorger maak je iets wat een beetje duurzamer is dan een krant, en niet veel langer meegaat den een tijdschrift." En dat heeft gevolgen voor de aanpak door de ontwerper: algemene boeken worden niet voor de eeuwigheid gemaakt. Matthieu Lommen verzorgde een nawoord en mooi detail is dat het boekje is gezet in een door Dwiggins ontworpen letter, de electra. Uit het colofon blijkt dat ook dit boekje een deel is uit een serie door Adriaan de Jonge Typografie. Een snelle blik op boekwinkeltjes.nl leert mij dat er inderdaad nog enkele titels uit deze reeks worden aangeboden, maar veel zijn er niet beschikbaar. 
  • Bibliofiele boekillustratie door Kurt Löb waarin de auteur de lezer meeneemt in het werk van een boekillustrator. Dit boekje is interessant omdat ik veel door Kurt Löb geïllustreerde boeken in mijn collectie heb, zoals veel van Stichting de Roos en veel van de serie nieuwjaarsgeschenken van Zetcentrale Meppel met Russische klassieken. Naast het werk van een boekillustrator bevat het ook een schets van de ontwikkeling van Stichting de Roos. Waardoor een dilemma ontstaat: zet ik deze uitgave nu bij de deelcollectie Boeken over boeken of bij de deelcollectie Stichting de Roos?
  • Boeken, veel boeken en mensen van Menno Hertzberger. Deze stond al een tijdje op mijn lijstje. Het boekje verscheen ter gelegenheid van het afscheid van Ton Croiset van Uchelen als bestuurslid van de Vrienden van de UBA in 2008. Het bevat een niet eerder gepubliceerde tekst van Menno Hertzberger waarin hij een inkijkje geeft in de wereld van het antiquariaat tussen 1920 en 1970. Enkele jaren later kreeg Ton Croiset van Uchelen trouwens de Menno Hertzbergerprijs. Sommige dingen die Hertzberger beschrijft zijn tijdloos, zoals de verzuchtingen van boekhandelaren over veranderende tijden: "Het hedendaagse levenspatroon leent zich weinig voor een liefhebberij als het aanleggen van een boekencollectie: de huizen zijn er niet meer geschikt voor, er is een voortdurende stroom van vermaak, afleiding, informatie (...)" Let wel, dit komt uit 1970, niet uit 2021. Er lijkt in een halve eeuw weinig veranderd te zijn...
  • De gelegenheidsuitgave Versluys tussen oud en nieuw door Enno Endt, uitgegeven t.g.v. het samengaan van uitgeverij Versluys met de intussen failliete Uitgeverij Kwadraat. Erin zit een handgeschreven kaartje van Enno [Endt] en Lieneke [Frerichs], waarbij we de laatste natuurlijk kennen als biograaf van Nescio. Met als gevolg wederom een dilemma: moet ik dit boekje bij de boeken over boeken zetten, of bij alle publicaties van Lieneke Frerichs over Nescio? Grappig is dat ook de aanbiedingsbrief van Uitgeverij Versluys erbij zat, waarin wordt benadrukt dat de oprichter van de uitgeverij beslist een aardiger kerel was dan uit het boekje van Endt blijkt: "Wij zouden u dan ook niet het nieuwe jaar in willen laten gaan zonder u een wat evenwichtiger beeld mee te geven van onze oprichter".
  • Het curieuze boekje Het antiquariaat en de woordbouwers (oplage 200), uitgegeven bij de opening van antiquariaat De Boekenvriend (dat gelukkig nog steeds bestaat) en dat de relatie tussen taalvernieuwing en de functie van het antiquariaat beschrijft: "Het antiquariaat bewaart oude taal, oude woorden, maar kan dit in feite alleen maar doen wanneer de taal zich telkens vernieuwt. Zou de taal sterven, dan zou het antiquariaat ook een gewisse dood tegemoet gaan." Aan het boekje zijn 650 nieuwe, verrassende of opmerkelijke woorden toegevoegd, alfabetisch geordend: van aanspreekpunt tot zwemparadijs. 
  • De Van der Selm-lezing van Cor van Bree met de titel De lotgevallen van de Codex Argenteus waarin het fascinerende verhaal van dit 6e-eeuwse Gotische handschrift wordt verteld, vanaf het ontstaan in Ravenna tot aan de huidige verblijfplaats Uppsala (en één blad in Speyer).

En zo stapelde ik nog een tijdje door. Ik ben blij dat ik nog een laatste kans heb gekregen om te neuzen in dit antiquariaat. In verschillende kranten verscheen overigens een artikel over het sluiten van het antiquariaat, met een korte video die een beeld geeft van de immense boekenvoorraad. Eerder verscheen al deze korte video over het antiquariaat.

05 maart, 2021

315 - Het einde van de Slibreeks

Ko de Jonge met de volledige reeks

Wat ik al enige tijd vreesde, blijkt inderdaad waarheid: de Slibreeks is na ruim 40 jaar ter ziele.

Nog niet zo heel lang geleden schreef ik hoe mijn voorliefde voor series en verzamelen een nieuwe uitweg had gevonden: ik ging de Slibreeks verzamelen. Ik vond het een fascinerende serie: mooie boekjes met oorspronkelijke teksten en kunst, uitgegeven in een relatief kleine oplage (de oplage varieerde van 500 tot 1500 exemplaren) en in principe betaalbaar, zeker tweedehands. Kortom, de ideale ingrediënten voor een boekenverzamelaar die doelgericht op zoek gaat naar ontbrekende deeltjes. 

Al snel kon ik een paar grote slagen slaan: een antiquariaat in Deventer bood de eerste 50 deeltjes aan voor een weggeefprijs, een ander antiquariaat verkocht mij zo'n 30 deeltjes voor een vergelijkbaar laag bedrag en toen had ik de helft van de beschikbare delen al in bezit (en een hele stapel dubbele exemplaren). En vervolgens kon ik mij richten op de vertrouwde activiteiten, en met succes: op Marktplaats vond ik verschillende exemplaren, op de befaamde eurotafel van de boekenmarkt op het Lange Voorhout lagen een paar deeltjes, toen ik nog in een antiquariaat terechtkon vond ik er hier en daar één. Kortom, ik had het naar mijn zin met het verzamelen.

Toch vond ik het verdacht dat er na deeltje 154, van de hand van Elisabeth Tonnard, al een tijdje geen nieuwe deeltjes meer waren verschenen. Ook was de productie van de uitgaven overgegaan van het Zeeuws Centrum voor Beeldende Kunst naar uitgeverij Den Boer / De Ruiter. Dit omdat het CBK geen subsidie meer kreeg voor de uitgaven. Maar zonder subsidie bleek het ook voor Den Boer / De Ruiter te hoog gegrepen om de reeks voort te zetten. En zo bleef het bij 154 deeltjes (of om precies te zijn: 153 deeltjes, want nummer 100/101 was een dubbelnummer, op een afwijkend A4-formaat). Er waren trouwens meer afwijkende formaten: het overgrote deel van de Slibreeks verscheen op A6 formaat, maar de nummers 102-135 verschenen op A5 formaat, onder de noemer 'Slibreeks groot'. Waarom dit was is mij niet bekend. In de aankondiging van deeltje 102 in 2002 wordt alleen gezegd dat de reeks een nieuw uiterlijk heeft en "voortaan twee keer zo groot" zal zijn. Dat "voortaan" heeft vervolgens 10 jaar geduurd, want in 2012 werd de Slibreeks weer uitgegeven op het oorspronkelijke A6-formaat.

Ik las al deze informatie in een artikel uit de Provinciale Zeeuwse Courant, als Zeeuwse krant het geëigende platform om aandacht te besteden aan een Zeeuwse bibliofiele reeks. In het artikel komt Teun de Lange aan het woord, die vanaf de start bij de reeks betrokken was. Hij zegt:

Aan de ene kant gaat het me aan het hart dat we moeten stoppen. Ik heb het gevoel dat er nog plaats is voor bibliofiele uitgaven. Aan de andere kant, het boekenlandschap is enorm veranderd. De meeste dichters hebben tegenwoordig een eigen website. Het is goed geweest, we moeten er niet nostalgisch over doen.
Ik denk dat het inderdaad goed was. Het is al met al een mooie serie geworden, die nu 76 centimeter boekenplank bezet. Maar ik wil best nog wel even nostalgisch worden. Want het is een bijzondere serie geweest die hele uiteenlopende publicaties heeft opgeleverd. En die serie had best nog een tijdje door mogen gaan wat mij betreft. Dus het gaat mij wel aan het hart dat er gestopt wordt. En ook nog bij een zinloos getal: 154. Was dan doorgegaan tot een mooi rond getal...

Een hele bijzondere uitgave, en tevens de meest kostbare uit de serie, is 'De wind' van kunstenaar Marinus Boezem. De uitgave (nr. 131) bestaat uit een gevouwen, stevige kaft waarop een weerkaart is afgedrukt. Deze omslag herbergt een boekje waarin per pagina één van de tien windtypen met kenmerken wordt beschreven alsmede een audio CD. Op de CD zijn 9 verschillende soorten wind te horen. Ik vond een betaalbaar exemplaar van deze uitgave op Marktplaats nadat ik al langere tijd een zoekactie had uitstaan.
Andere uitgaven waar over het algemeen een hogere prijs voor wordt gevraagd zijn Zwarte Netten van Konstantin Paustovski (nr. 65), De stok van Oek de Jong (nr. 138) en de twee uitgaven van J.M.H. Biesheuvel in de reeks - nummer 1 en nummer 150. Zwarte Netten kwam ik na lange tijd tegen op boekwinkeltjes.nl evenals de uitgave van Oek de Jong, beide als onderdeel van een pakketje uitgaven van de Slibreeks. Dat wil zeggen: ik vond al eerder exemplaren op boekwinkeltjes.nl maar ik had geen zin 20 of 30 euro per stuk voor deze uitgaven te betalen.

Er zijn verschillende auteurs die tekenden voor meerdere uitgaven in de Slibreeks: ik noemde al J.M.H. Biesheuvel maar daarnaast ook Rutger Kopland (nrs. 54 en 95), Hans Warren (nrs. 15 en 129), Wim Hofman (nrs. 36 en 118) en Francisca van Vloten (nrs. 49 en 85). Deze opsomming maakt al duidelijk dat de reeks een mengeling van bekendere en minder bekende namen omvat, debutanten en gelauwerde kunstenaars, proza, poëzie en diverse vormen van beeldende kunst. Het ene boekje bevat een kort verhaal, het volgende bestaat uitsluitend uit foto's en weer een andere is een reeks gedichten of een essay over een typisch Zeeuws onderwerp.

Tussen al deze diversiteit heb ik uiteraard wel een paar persoonlijke favorieten. Zoals Slibreeks 124, een uitgave van het kunstenaarsduo Gert den Toom en Ivo de Boer, met als titel 'De zin van alle boeken'. Deze uitgave met het thema 'verbeelding' kent vijf verschillende omslagen, zodat de lezer naar keuze een eigen boek kan verbeelden. Of Slibreeks 97, een mail-art project van Ko de Jonge waarbij 25 kaarten met een deel van een foto van de skyline van Domburg in twee stappen werd aangevuld tot een complete afbeelding. Het setje terugontvangen kaarten is opgenomen in deze uitgave onder de titel Horizon-taal.

Ik heb de serie nog niet compleet: twee exemplaren mis ik nog. Beide zijn relatief simpel te verkrijgen voor een schappelijke prijs bij boekwinkeltjes.nl. Maar ik stel het voltooien van de serie nog even uit en wacht op het moment dat ik de boekjes 'in het wild' tegenkom op een boekenmarkt, in een antiquariaat of op een of andere onverwachte plek. Zodat ik na de lockdown het verzamelen van deze serie in stijl kan afsluiten door ze analoog in een winkel of bij een kraam te kopen.