02 januari, 2023

339 - Verrassende veilingvondst: Nescio

Vaste lezers van dit blog weten dat ik trouw verslag doe van mijn ervaringen bij boekenveilingen: de blijdschap wanneer ik mooie kavels heb gewonnen en langgezochte boeken aan mijn collectie kan toevoegen en de teleurstelling wanneer ik achter het net vis. Dat laatste komt trouwens vaker voor dan het eerste want ik probeer live meebieden met veilingen te vermijden om geen slachtoffer te worden van de gekte in de veilingzaal en zo meer te betalen dan ik eigenlijk zou willen of kunnen. Ik breng in de regel vooraf een schriftelijk bod uit en hoop er dan maar het beste van. Meestal loopt dat slecht af, maar regelmatig hou ik er toch een paar mooie boeken aan over.

Zo ook dit najaar bij de veilingen in november en december. Op basis van de catalogi van Bubb Kuyper, Zwiggelaar, Burgersdijk en Niermans en Van Stockum had ik in totaal op circa 25 lots geboden. Daarvan won ik er drie - ogenschijnlijk de opmaat voor een heel teleurgesteld stukje. Maar dat is dit niet, want ook dit najaar blijkt dat het niet gaat om de kwantiteit, maar vooral om de kwaliteit van het gekochte.

De aangename verrassingen hebben voor het grootste deel betrekking op Nescio. Ik kocht dit jaar twee kavels met Nescio-uitgaven: één bij Burgersdijk en Niermans en één bij Zwiggelaar. Het leverde een mooie uitbreiding van mijn collectie op.

Een voorloper/inspirator van Nescio?

Bij Burgersdijk en Niermans kocht ik een exemplaar van de curieuze uitgave Studentenhaver van Tjebbo Franken. Dat dit boek wordt gelinkt aan Nescio heeft te maken met een artikel van Sander Bink op de website rond1900.nl, waarin wordt betoogd dat het boek Studentenhaver mogelijk een inspiratie is geweest voor Nescio bij het schrijven van zijn debuut. NRC Handelsblad pikte dit verhaal op en publiceerde er over in 2013 (achter betaalmuur maar hier is een omleiding).

Tjebbo Franken (1883-1966) was een Haarlemse arts en schrijver. Hij studeerde rond 1900 in Amsterdam en was daar lid van de in 1902 opgerichte studentenvereniging P.A.L.L.A.S. Franken heeft verschillende boeken op zijn naam staan over uiteenlopende onderwerpen, zoals Het bloembollenboek (1930) maar ook een roman over Frans Hals en het boek Tusschen leven en dood. Lief en leed uit een dokterspraktijk (1929). Die laatste titel bevat een serie schetsen over gebeurtenissen in zijn dokterspraktijk. Dat genre was hem niet vreemd, want voor het blad Propria Cures schreef hij kort na de eeuwwisseling diverse schetsen uit het studentenleven, à la Klikspaans Studenten-typen, maar dan uit het fin de siècle. Kort na 1900 werden deze gebundeld in Studentenhaver. Uit het Amsterdamsche Studentenleven (Amsterdam, Scheltens & Giltay). Mogelijk in 1909, hoewel de KB vermeldt dat het boek ca 1902 verscheen. Het staat echter als "nieuw verschenen" in 1909 in verschillende uitgaven voor boekhandelaren. Overigens is het boek opgedragen aan P.A.L.L.A.S.

Sander Bink betoogt dat met name de schets van het "'t Mode-dekadentje" in de bundel en ook het verhaal "Bohémien" (zie afbeelding) opvallende parallellen met het werk van Nescio laten zien. Hij schrijft: 

Ze hebben namelijk her en der wel wat weg van het werk van Frankens leeftijdsgenoot Nescio, met name vanwege de licht weemoedige Amsterdamse setting, het constante gebruik van ‘-ie’ (‘had-‘ie’, ‘werd-‘ie’, ‘gaf-‘ie). Een verschijnsel dat wij hier eerder ‘proto-Nescio’ noemden, maar het is wellicht juister om te zeggen dat Nescio, die rond 1900 in Amsterdam studeerde en werkte, in zijn taal waarschijnlijk meer bij zijn schrijvende omgeving aansloot dan doorgaans gedacht wordt. Dat hij met kop en schouders boven zijn schrijvende tijdgenoten uitsteekt blijft daarmee onveranderd. Opvallende parallel zijn ook de verkleinwoordjes, al dan niet in de titels van de verhalen: ‘bourgeoistje’, ‘renteniertje’, ‘doktertje’, ‘dekadentje’. (...) ‘Japi’ heet Nescio’s legendarische uitvreter, wiens verhaal voor het eerst in De Gids van januari 1911 werd gepubliceerd, die de volmaakte bohémien wil zijn. ‘Jaapie’ heet Tjebbo Frankens bohémien en over wie ‘Janse, de koekebakker van op de hoek een mening heeft. En als Jaapie plots vertrokken is met ‘s’n tasch en sès skone boorde en z’n tandenborstel en s’n twee nieuwe overhemde’ vreest men: ‘och got meneer, as-ie zich maar niet gaat verdrinke.’ (p.160) ‘Op een zomermorgen om half vijf, toen de zon prachtig opkwam, is hij van de Waalbrug gestapt’ schrijft Nescio over het einde van zijn Japi. (...) Ook Frankens Jaapie is een uitvreter, die ondanks chronisch geldgebrek graag reist. (...) Kortom, een Jaapie, een koekenbakker en een dichtertje in één verhaal dat staat in een in 1909 bij een grote Amsterdamse uitgeverij verschenen boek? Het is op z’n minst een curieus toeval! In ieder geval kan Nescio het verhaal gelezen hebben. Ook is het mogelijk dat Nescio uit dezelfde Amsterdamse studentikoze bron of verhalen daarover heeft geput. Maar kom dáár maar eens achter! Misschien in de archieven van P.A.L.L.A.S of Propria Cures? Wie het kan vinden mag het zeggen. 

Mooie observaties en op zijn minst opmerkelijk. Reden genoeg om deze bundel toe te willen voegen aan mijn Nescio-collectie en ik was blij dat het werd aangeboden bij Burgersdijk en Niermans. Ruim zes jaar geleden werd exact dit exemplaar aangeboden bij Catawiki. Ik herken het aan het ingeplakte ex-libris van Paula Winkler (1889-1939) die het boek in 1909 tot haar eigendom maakte. Toen was de opbrengst 130 euro, nu samen met De Roos-uitgave van Nescio kostte het 100 euro (exclusief veilingkosten). Een verzamelaar die zijn collectie van de hand doet of wellicht is overleden? Het boek geeft er geen antwoord op.

In de uitgebreide biografie over Nescio van Lieneke Frerichs die in 2021 verscheen wordt de wording van de verhalen De uitvreter en Titaantjes uitvoerig beschreven en daarin staat geen enkele verwijzing naar Franken of Studentenhaver. Frerichs laat zien hoe de verhalen van Nescio zich geleidelijk aan ontwikkelden, op basis van verschillende eerdere schetsen. Daaruit blijkt een authentieke ontwikkeling, nog steeds met mogelijke invloed van diverse verschenen verhalen uit die periode maar zonder dat één ervan nadrukkelijk wordt aangewezen. De oer-vorm van Nescio's verhalen was al ruim voor het verschijnen van Franken's boek zichtbaar. 

Een onverwachte luxe editie

Een tweede kavel van Nescio kocht ik bij Zwiggelaar. Bij dit kavel ging het mij eigenlijk vooral om de drie door Joost Swarte geïllustreerde Nescio-uitgaven in een cassette. Ik heb de losse exemplaren al wel, maar deze set heeft niet alleen de geïllustreerde cassette, maar ook nog een poster met schetsen van Swarte voor deze uitgaven. Oorspronkelijk verscheen deze cassette in 2007, maar toen ben ik vergeten 'm te kopen en sindsdien staat hij op mijn zoeklijst. De nieuwprijs was destijds €35, het enige exemplaar dat nu op boekwinkeltjes.nl staat kost €90. Mijn inschatting is dat ik de overige boeken in dit kavel weer door zou kunnen verkopen, waardoor ik wellicht mijn investering weer terug zou verdienen en uiteindelijk (veel) minder zou uitgeven dan de gevraagde €90 bij boekwinkeltjes.nl. In het kavel bij Zwiggelaar zit immers ook een tweede druk van Nescio's werk, de beroemde uitgave uit 1933 met bandontwerp van P.A.H. Hofman. Het is een van de exemplaren in heellinnen, helaas zonder buikbandje. Na toezending van dit kavel bleek dit exemplaar fraaier te zijn dan de tweede druk die ik zelf heb staan. Hier kon dus een ruil plaatsvinden waardoor de kwaliteit van mijn collectie weer wat is verhoogd.

De grootste verrassing in het kavel bleek echter het exemplaar van Mene Tekel te zijn. Van Mene Tekel heb ik al verschillende exemplaren, zoals de eerste druk uit 1946, de tweede druk uit 1947 met stofomslag en uiteraard ook de door Joost Swarte geïllustreerde editie. Ik dacht eerst dat het exemplaar in dit kavel een tweede druk was, maar dan zonder stofomslag. Bij het vergelijken van mijn nieuwe exemplaar en de exemplaren in mijn kast bleek er iets vreemds aan de hand te zijn: het blauwe linnen waarin deze Mene Tekel was gebonden past noch bij de eerste, noch bij de tweede druk. Bovendien leek het papier anders én was het exemplaar een paar millimeter hoger en breder. Kortom, hier was iets vreemds aan de hand en dit diende uitgezocht te worden. In de kavelbeschrijving van Zwiggelaar werd geen melding gemaakt van dit boek of een bijzonderheid daarbij, daar kwam ik dus niet verder mee.

Luxe editie, eerste druk en tweede druk van Mene Tekel

Ook een eerste zoektocht op internet leverde niks op. Maar de combinatie van de zoektermen "Mene Tekel" en "blauw linnen" bracht mij uiteindelijk bij.... mijn eigen blog! Wat bleek: meer dan een decennium geleden was ik ook al aan het jagen op Nescio-kavels bij het kwartet boekenveilingen Bubb Kuyper, Zwiggelaar, Van Stockum en Burgersdijk en Niermans. In mijn bijdrage van december 2011 deed ik er verslag van, waarbij sprake was van grote treurnis doordat ik vrijwel alle kavels waar ik op had geboden was misgelopen. Eén van de boeken die ik niet had kunnen kopen was een in blauw linnen gebonden luxe editie van Mene Tekel, die zowel bij Van Stockum als bij Bubb Kuyper werd aangeboden. Bij Van Stockum had ik niet geboden, maar bij Bubb Kuyper wel en daar ben ik overboden door Fokas Holthuis, zoals hij toegaf in een reactie onder dat bericht op mijn blog uit 2011. In de nieuwsbrief van Fokas Holthuis eind 2011 stond voor €225 een (ander) exemplaar met signatuur van Fred Batten. In catalogus 79 van Fokas Holthuis uit 2016 stond weer een ander (ongesigneerd) exemplaar, dit keer voor €325. Dit exemplaar is dus een mooie vondst in een verzamelkavel bij Zwiggelaar. 

Dat najaar van 2011 leverde trouwens een serie veilingen op met een groot aantal door mij begeerde boeken. Wat ik erg hoopvol vind is dat ik veel van de boeken die ik toen misliep, inmiddels toch bezit. Het exemplaar van Bloesemtak dat ik toen niet won bij Zwiggelaar kocht ik afgelopen jaar via Catawiki. De eerste druk van Nescio die ik toen misliep, kocht ik twee jaar later alsnog. De tweede druk van Nescio’s hoofdwerk heb ik intussen dus ook. Tien jaar geleden liep ik overigens ook een eerste druk van Karakter mis en het toeval wil dat ik ook deze keer dit boek misliep. Bij Zwiggelaar werd een eerste druk met stofomslag aangeboden. Getaxeerd op 100-200 euro bood ik 300, maar het boek ging weg voor 400. Jammer, maar volgende keer beter. Ik hoop in mijn stukje van najaar 2031 te kunnen melden dat ik het boek alsnog heb kunnen kopen.

Het derde gewonnen kavel

Het grootste nieuws van dit najaar kwam uit de beide Nescio-kavels die ik kocht. Maar ik won nog een derde kavel: bij de boekenveiling onder de naam Van Stockum (tegenwoordig onderdeel van het Venduehuis Den Haag) kocht ik een leuk kaveltje met uitgaven van Stichting de Roos. Het ging mij daarbij vooral om de extra's in het kavel: efemera van/over Stichting de Roos, ter uitbreiding van de efemera die ik al heb. Zoals een mooie poster met aankondiging van de tentoonstelling over de Roos in Museum Meermanno in 1973 en de uitgave Bij tien tekeningen van S.H. de Roos uit 1949 van G.W. Ovink, strikt genomen geen uitgave van De Roos maar natuurlijk wel over de naamgever van deze stichting. Ook kon ik een ongenummerde De Roos-uitgave in mijn kast vervangen door een genummerde, zodat mijn collectie ook op dat punt weer iets in kwaliteit is toegenomen.