23 juni, 2014

242 - Per ongeluk gekocht

Mei en juni zijn altijd moeilijke maanden voor een boekenverzamelaar. Dan verschijnen namelijk de catalogi van de voorjaarsveilingen van Bubb Kuyper, Burgersdijk en Niermans en Van Stockum's, mijn favoriete veilinghuizen. Drie catalogi met over het algemeen een mooie collectie boeken: teveel keuze voor mijn budget. En dus besteed ik de tweede helft van mei over het algemeen aan het lezen, omcirkelen en weer schrappen van nummers van de drie veilingen. Vervolgens breng ik dan mijn biedingen uit, via internet natuurlijk om niet te verdwalen in allerlei prijsopdrijvingen. En dan maar wachten op de uitslag, ik heb er regelmatig in dit blog over geschreven: successen en teleurstellingen.

Mijn drie delen op een rijtje
Deze keer had ik biedingen gedaan bij Burgersdijk en Niermans en Bubb Kuyper. In beide gevallen had ik echter te laag geboden op alle lots en ik had mij al verzoend met de gedachte dat ik mijn pijlen moest richten op de najaarsveilingen. Totdat ik een brief kreeg van Bubb Kuyper met de mededeling dat ik lot 60 van veiling 60 had gewonnen: Thomas Frognall Dibdin's A Bibliographical Antiquarian and Picturesque Tour in France and Germany (London, printed by the Shakspeare Press for the author, 1821). Drie delen van dit massieve werk van Dibdin! Kennelijk had ik hier een eerdere bieding op gedaan die ik had vergeten en tot mijn verrassing - en mijn grote plezier - was ik de nieuwe eigenaar van dit bijzondere werk geworden.

Dibdin, welke boekliefhebber kent die naam niet. De dominee Thomas Frognall Dibdin (1776-1847) die naast dominee ook bibliothecaris was voor de Earl of Spencer (waarvoor hij een uitvoerige meerdelige catalogus van zijn bibliotheek schreef) is vooral bekend van het boek The Bibliomania or Book-Madness (1809). Maar hij schreef nog veel meer boeken over boeken, bibliografie, verzamelen, bibliofilie en dus ook bibliomanie. Grappig genoeg stond hij ook bekend om zijn uitbundige gebruik van voetnoten, soms zelfs van een pagina lang (of meer) wat het lezen van zijn boeken niet bevorderde. En tragisch is dat zijn nauwkeurigheid niet al te hoog was, zodat het gebruik van Dibdin als bron voor bibliografische gegevens niet aan te bevelen is. Maar zijn enthousiaste schrijfstijl maakt veel goed.

Dibdin had een fascinatie voor het geschreven woord en niet voor niets werd hij de bedenker van het woord bibliomanie. Hij was dan ook mede-oprichter van de Roxburghe Club, de eerste bibliofiele vereniging in 1812 (website). En hij vond dan ook dat zijn boeken er altijd prachtig moesten uitzien. Hij verloor daarom structureel geld op de productie van zijn boeken, en als zijn geldschieters om betaling kwamen vragen dan kondigde hij eenvoudigweg een nieuw project aan waar hij dan mee aan de slag ging. Op die manier ontstond een lange lijst van Dibdin-producties. Met de lyrische beschrijving van boeken en bibliotheken in deze Bibliographical tour als voorbeeld: 
The first view of the contents of this second room is absolutely magical. Such copies, of such rare, precious, magnificent and long-sought after impressions! 
Aldus Dibdin over de Koninklijke Bibliotheek in Parijs. Deze reis op het continent was trouwens in opdracht van diezelfde Earl of Spencer, met de opdracht boeken voor hem aan te kopen. Dat deed hij met verve, zoals op 3 augustus 1818 toen hij een aantal incunabels van Virgilius kocht: "one of the most, cautiously and delicately-conducted negotiations in the annals of bibliographical diplomacy". Dibdin is natuurlijk niet de enige verzamelaar die verslag heeft gedaan van zijn expeditie om boeken te kopen. In 1834-1835 ging baron W.H.J. van Westreenen op reis naar Engeland om boeken te kopen en ook zijn reisverslag is in een boek vastgelegd. En van recentere datum het verslag van Leona Rostenberg en Madeleine Stern over hun naoorlogs boekenreis naar Europa onder de titel Old books in the old world: reminiscences of book buying abroad.

Ik vind het wel aardig om eens te kijken hoe zijn tijdgenoten keken naar Dibdin. Allereerst een vermelding in The Gentleman's Magazine and Historical Chronicle van 1818 waarin - zoals trouwe lezers weten - de rubriek Review of new publications staat opgenomen. Zo ook in het decembernummer, waar we lezen dat:
"The Rev. Mr. Dibdin has returned form his Bibliographical Tour upon the continent; and we understand that the fruits of his long journey are likely to appear under the title of A Bibliographical, Antiquarian, and Picturesque Tour in Normandy, France and Germany (...) This Tour will, it is said, consist of a Series of Letters, and be printed in the same form, and with the same beauty, as his Bibliographical Decameron, to which it is intended to be a companion. (...) We presume that, in due time, a Prospectus of this interesting work will be given to the Publick; as we learn that already a Circular is distributed among the Author's select friends, and especially among the Roxburghers - though we do not pledge ourselves with absolute certainty upon this latter point".
Eén van de vele illustraties
Wat een aankondiging! En het boek verscheen inderdaad in "the same beauty" als bijvoorbeeld zijn Bibliomania. Na het verschijnen was overigens niet iedereen enthousiast. Een recensent in Contemporary Public Characters (1825):
"The last work of Mr. Dibdin has recently been published, and is entitled A Bibliographical, Antiquarian, and Picturesque Tour in France and Germany. It is published at the enormous price of eleven guineas, and contains a number of beautiful engravings; but much of the literary part is uninteresting to all those who have not a passion for scarce editions". 
Ook in The London Christian instructor, or, Congregational magazine (maart 1822, pp. 130-131) was men kritisch, vooral omdat Dibdin ook op de zondag genoot van het leven op het continent en onvoldoende kritisch was over het vermaak op die dag:
"That this should be said by a clergyman, not in the moment of hilarity, but when gravely writing a book likely to pass into the hands of all the higher class of society in this country, and to be handed down to posterity, is extraordinary and painful (...) Shame on you, Mr. Dibdin, you injure your church and ought to be reproved, if not by the Bishops, by the Roxburgh Club." 
Overigens is ook tegenwoordig nog wel kritiek op Dibdin te lezen. Zoals bij Achille van den Branden, die over Bibliomania schrijft:
"Ik zou dit boekje nog niet aan mijn hond ter lezing aanbieden. Ergerlijk toch hoe elk gesloten milieu, in casu bibliofielen, zijn eigen helden heeft die blind op een voetstuk worden gezet. Ik vind: Dibdin kan niet schrijven en heeft niets te vertellen dat een zinnig mens niet zelf zou kunnen bedenken"
Maar gelukkig was er nog The European Magazine, and London Review (1821, vol. 79 (juni), pp. 526-530) waarvan de recensent positiever was:
 "Previous to the publication of his very entertaining romance, called the Bibliomania, which strewed many a flower in the unalluring patyh; alsmost every work connected with this branch of study, was truly dull, stale, and unprofitable; form former authors viewing it in too partial a light. It appeared tot them, as if such writings could not be otherwise than heavy (...). Mr. Dibdin's Tour partakes indeed, as it's Title specifies, of a triple character, and it must be evident to all , that to produce three volumes of such a description, must not only require extensive reading and ability, but a continual flow of spirits, softened with a strain of sentiment (...). In all these points our author seems to be qualified for this undertaking. (...) The embellishments in this division of the work are too beautiful to be passed without praise, and perhaps never before was any book in this subject so appropriately and so very exquisitely adorned. (...) In summing up our sentiments on this very amusing and highly instructive book, we shall neither be long nor laboured (...) there are light bowers for the young, solid book-wisdom for the old, anecdotes for the general reader, and the most beautiful drawings and engraving for the artist."

Een beetje beschadigd... 
En dit "amusing and highly instructive book" staat nu in hardcopy voor mij. Met de prachtige illustraties van George Lewis. Helaas wel wat beschadigd; van twee delen van de drie hebben losse omslagen. De vroegere ex libris hebben pogingen van eerdere eigenaren om ze te verwijderen niet overleefd, ze zijn beschadigde achtergebleven. De opdruk op de rug is bij deel 3 verdwenen en het leer is gebarsten. Maar de boeken zitten nog stevig ingebonden. En de kenner ziet linksonder op de foto een bijzondere ex libris c.q. sticker namelijk met de vermelding van Gerrit Komrij! De andere twee delen ontberen deze vermelding, maar kennelijk is een van mijn Dibdins voorheen onderdeel geweest van de bibliotheek van Komrij. Die al eerder door Bubb Kuyper was geveild trouwens, en inderdaad staat deze Dibdin daar onverkocht tussen (nr. 35 van catalogus 57). Toen was de verwachte prijs €300-€500, nu stond het op de veiling voor €150-€250. In tweede instantie heb ik dus een mooi onderdeel van de bibliotheek van Gerrit Komrij weten te kopen.

Ik had al eerder aangekondigd het pad op te gaan van boekreparatie, namelijk toen ik de eerste druk van Nescio's Dichtertje, de Uitvreter, Titaantjes kocht (ook al bij Bubb Kuyper en ook al beschadigd). Op advies van Nick ter Wal kwam ik bij Henk Linde terecht, maar het heeft nog niet tot een reparatie geleid (dat ligt aan mij, ik was te lui om de reis naar Nootdorp te maken). Maar binnenkort ga ik dus met een grotere stapel naar Henk dan gepland: ook mijn Dibdin's mag hij onder handen nemen. En de beschadigingen leverden mij een lagere prijs op de veiling op (ik kocht de set inclusief veilingkosten voor €223, een onbeschadigde set doet rond de €500). Ik weet niet wat de reparaties gaan kosten, maar ik hoop dat ik dan nog steeds kan zeggen dat ik een verstandige aankoop heb gedaan! Maar als ik er financieel niet slim aan heb gedaan, wat zou dat. In mijn bibliotheek staan de vier delen van The Bibliomania or Book-madness uit 1903; de uitgave van de Bibliophile Society in Boston in een oplage van 483 exemplaren nu geflankeerd door de drie delen van A Bibliographical Antiquarian and Picturesque Tour. Ik kijk er naar en kan bijna niet geloven dat ik zoveel bibliofiele rijkdom gewoon maar in een Billy op zolder heb staan en elke dag tot mijn beschikking heb.


17 juni, 2014

241 - Welkom Piet Calis en Ralf Mohren

Tot mijn niet geringe verbazing wordt dit blog nog wel eens gelezen door anderen dan mijzelf. Lezers die net als ik van boeken houden, lezers die van verzamelen houden of mensen die niet zo heel goed kunnen googlen en per ongeluk op mijn weblog komen. Sinds afgelopen zaterdag prijs ik mij gelukkig dat ik twee lezers heb die echt kunnen schrijven en waartussen voor zover ik weet geen enkel ander verband bestaat dan dat ze op een zaterdagmiddag samen met anderen in de tuin van het pand van uitgeverij Meulenhoff aan de Herengracht in Amsterdam stonden.

Het zat zo. Op een goede dag kreeg ik een mail van uitgeverij Meulenhoff met daarin de aankondiging van een blogevent, "een inspirerend event exclusief voor boekenbloggers". Aangezien het leven van een boekenblogger betrekkelijk saai is en ik ook wel eens wat van mijn soortgenoten wilde zien, heb ik mij ingeschreven. Op het programma stonden verschillende activiteiten, maar de nauwkeurige kijker had natuurlijk ook al opgemerkt dat in het hoekje van de uitnodiging een goodiebag staat afgedrukt. Aangezien Meulenhoff een mooi literair fonds heeft wekte dat, in combinatie met de mogelijkheid om weer eens heerlijk naar Amsterdam te gaan, eveneens mijn belangstelling.

En zo kwam het dat ik even voor twee uur aansluit in een lange rij voor het pand van Meulenhoff, waarna we eenmaal binnen ons konden inschrijven. Er stonden twee tafels met boeken klaar - dat was vast onderdeel van de goodiebag vermoedde ik, en ik liet alvast mijn ogen over de titels gaan om een keuze te kunnen maken: ik zag spannende boeken, romantische boeken en gelukkig ook wat literaire werken, waaronder het boek van Piet Calis over het leven van Vondel.

In de rij stonden opvallend veel vrouwen. Van de ongeveer 60 aanwezigen schat ik dat er ongeveer 50-55 vrouw waren. En tot mijn verbazing ook nog heel erg jong. Niet dat jonge mensen niet lezen (gelukkig wel!) maar ik vroeg mij af wat hun boekenbloghistorie was.

(c) http://www.hendrik-jandewit.nl/2014/06/ontwapenend/
Niet al te lang daarna werd ik vergast op een boekenclubbijeenkomst over het boek Tijgers in de nacht van Fiona McFarlane, geleid door de Meulenhoff uitgeefster Maaike le Noble die ook het boek had aangekocht. Het was interessant te horen welke afwegingen waren gemaakt om het boek uit te geven en hoe gekozen werd voor o.a. het omslag. Tijdens het introductierondje van de groep bleek al snel wat het profiel van de aanwezigen was. Diverse boekenbloggers waren rond de 20, sommigen blogden pas een half jaar. Een enkeling blogde al een jaar of twee. Ik voelde me erg senior toen ik moest bekennen dat mijn blog dit jaar tien jaar bestaat.

Na een workshop recensieschrijven van Marieke Groen was het tijd voor de boekenbloggersborrel in de tuin van Meulenhoff. En daar stonden aan tafeltjes diverse auteurs op de bloggers te wachten. Onder hen was tot mijn grote verrassing Piet Calis, een icoon van de literatuur en zomaar op een toevallige zaterdagmiddag in Amsterdam te spreken. Piet Calis, inmiddels 78 jaar oud, vertelde dat hij tegenwoordig de oudste op het boekenbal is en daarom de dans mag openen. Ook vertelde hij met veel plezier hoe zijn schoolboeken voor literatuuronderwijs zo goed verkochten, dat hij vervolgens genoeg inkomen had om boeken te kunnen schrijven die hem echt interesseerden maar die niet zouden verkopen. Eén ervan - die volgens mij behoorlijk verkoopt - lag op tafel: zijn biografie van Vondel. Ik herinnerde mij dat ik die ook bij de ingang van Meulenhoff had zien liggen, in een klein stapeltje. Ineens was ik bezorgd dat andere boekenbloggers dat boek voor mijn neus zouden wegkapen, dus voor de zekerheid ging ik ondertussen het boek halen, om ter plekke een handtekening van Piet Calis te krijgen.

En dat lukte. Met veel plezier signeerde Calis het boek en de zaterdag bij Meulenhoff werd nog veel zonniger dan hij al was: in mijn goodiebag zat in elk geval een door Piet Calis gesigneerde biografie van Vondel: hoeveel weelde kan een mens verdragen? En wat is Calis een aardige man: vriendelijk, belangstellend en alle tijd nemend voor een gesprekje met de aanwezigen.

Een tafeltje verder liep ik Ralf Mohren tegen het lijf. Hij vertelde over zijn debuutroman Tonic die in januari 2015 verschijnt. Het verhaal van een alchoholverslaving en wat dat doet, en hoe je er weer van afkomt. Nadat we een aantal titels van alcoholische romans uitgewisseld hadden, vroeg ik naar de titel van zijn boek. Volgens Mohren is tonic een geliefd drankje onder ex-alcoholisten. Als eenmaal helder is dat er niet meer gedronken kan worden, wacht een leven van frisdrank. En op een gegeven moment komt de Spa rood je oren uit, dan blijkt Tonic een drankje te zijn met nog iets van een bite. Vanaf nu zal ik Tonicdrinkers niet meer op dezelfde manier bekijken...

Zowel Piet Calis als Ralf Mohren schreven mijn blogadres over dat op mijn badge stond, met de belofte mijn blog te lezen. Als zij dat dezelfde dag hebben gedaan, hebben ze dit bericht gemist. Maar zo niet, dan heet ik ze bij deze van harte welkom op dit blog. Een debuterend romancier met hopelijk een grote toekomst en de gelauwerde Piet Calis als lezers op mijn blog. Een sneuper kan het slechter treffen.

En o ja, er mochten drie boeken in de goodiebag. Naast Calis' Vondel verdwenen dan ook Rayuela van Julio Cortázar en De opkomst en ondergang van grootmachten van Tom Rachman erin. Deze laatste mededeling dient geen ander doel dan u allen stikjaloers te maken. Laat ik afsluiten met de hoop dat vele uitgeverijen het voorbeeld van Meulenhoff zullen volgen. Ik ben wel in voor een middagje verrassingen!

15 mei, 2014

240 - Wat kost een bibliofiel werk?

Bibliofiele uitgaven zijn wat mij betreft het leukst om te kopen. Vaak zijn ze met aandacht gemaakt door een liefhebber van mooie uitgaven. Bijzonder papier, speciale typografie en ook nog eens in een kleine oplage die ze een zekere exclusiviteit geeft: ik ben er gek op.

De vraag is natuurlijk wat de handelswaarde van zo'n uitgave is. Niet elk werk in een kleine oplage is meteen waardevol. Uiteindelijk gaat het om vraag en aanbod: als niemand het wil hebben, is het sowieso niets waard. En verder spelen zaken als kwaliteit en gebruikte materialen een rol. En natuurlijk de staat waarin het verkeert. Maar het blijft allemaal tamelijk willekeurig. Vorige keer schreef ik hoe ik de speciale uitgave van Caesarion kocht. De vraagprijs was €275 maar op de veiling ging het boek weg voor €160. Maar is het boek überhaupt 160 of 275 euro waard? Of heb ik geld weggegeven aan een hype, waar ik over een paar jaar maar een paar tientjes voor terugkrijg als ik het ooit verkoop?

Iets vergelijkbaars geldt voor andere bibliofiele werkjes. Neem nu de uitgaven van Stichting de Roos, een erkende bibliofiele reeks boeken. Wat vraag je daar nu eigenlijk voor? Dat kan nogal uiteenlopen: op boekwinkeltjes.nl staan 5 exemplaren te koop van de Nowaks van Christopher Isherwood. De prijzen variëren van €25 tot €90, waarbij het exemplaar van €25 wat slijtage heeft. Redelijke exemplaren voor €50 en €90. Datzelfde geldt voor bijvoorbeeld Monsieur Hawarden van Filip de Pillecyn: een exemplaar in nieuwstaat voor €20, een ander exemplaar voor €40. En dat terwijl bij het verschijnen van deze boeken ze vele honderden guldens kosten en rond de eeuwwisseling soms hetzelfde bedrag in euro's waard waren. Maar als de markt krimpt, krimpt ook de waarde van een boek.

Het is nogal willekeurig dus.

Iets opmerkelijks vond ik toen ik recent op zoek was naar een paar bibliofiele werkjes van Van Dis en Wieringa. Bijvoorbeeld het Zonnebloemenlied, een gedicht op een prent gedrukt in een oplage van 60. Dit gedicht schreef Adriaan van Dis in 1988, onder het pseudoniem Jan Balkon. Het was bedoeld voor het clubblad van Nieuw Vredelust (het volkstuinencomplex in Amsterdam). In dat clubblad schreven meer bekende auteurs onder pseudoniem. Dat begon toen in 1986 Christa en Lien Heyting een volkstuin kochten. Ze ontvingen er verschillende schrijvende vrienden en een jaar later ontstond het idee om anoniem voor het tuindersblaadje te gaan schrijven. Dit leidt er uiteindelijk toe dat de zussen Heyting (L.S. Zeeman en Stijn Staak), K. Schippers (K. Tuinders), Hans Ree (H. Koning), Rudy Kousbroek (Jan Salie), Adriaan van Dis en later ook Maarten ‘t Hart (Cor de Niet) van 1987 tot 2000 een substantiële bijdrage leveerden aan het blaadje. Al die jaren zijn ze onontdekt gebleven en later zijn al die bijdragen uitgegeven in het boek Tuin in de branding.
Uiteraard zocht ik als verzamelaar van Van Dis-uitgaven voor dit ene gedicht eerst bij Antiqbook.nl, waar een exemplaar wordt aangeboden voor €55. Dat leek mij wat te gortig, zodat ik de website van de drukker bezocht: de Eikeldoorpers. Daar kon ik deze prent gewoon bestellen voor €32,50.

En dan het verhaal De boom van Tommy Wieringa. Geschreven ter gelegenheid van een Bakenesser avond. Sinds 1997 hield de Stichting Haarlem Boekenstad literaire bijeenkomsten, aanvankelijk in de Bakenesserkerk. Veelal werd een schrijver geïnterviewd naar aanleiding van een recent verschenen boek, soms trad de auteur solo op, soms was er een bepaald thema en werden meerdere schrijvers uitgenodigd. Vaak ontvingen de bezoekers een door een “marginale drukker” in lood gezet en fraai verzorgd uitgaafje naar aanleiding van de desbetreffende avond.

Eerder werden exemplaren op Boekwinkeltjes.nl aangeboden voor €39,50. Dat had ik er misschien nog wel voor over gehad, maar het leek mij toch beter het bij de drukker zelf te proberen. En dat was Bubb Kuyper himself, naamgever aan het vermaarde veilinghuis. Er was een plezierige mailwisseling waaruit bleek dat hij nog een enkel exemplaar had liggen. En ziedaar: het kostte mij slechts €22.

Het is één ding om prijzen te vragen die aansluiten bij de wetten van vraag en aanbod. Maar wat ik niet begrijp is dat in deze tijd van internet, waarbij iedereen overal een boek kan kopen, door antiquariaten prijzen worden gevraagd die fors hoger zijn dan wanneer je ze rechtstreeks koopt bij de drukker/uitgever (waarmee je ook nog eens margedrukkers ondersteunt). Wordt er uitgegaan van de luiheid van de koper? Het geeft in elk geval aan dat het altijd noodzakelijk is om te blijven zoeken. En dat maakt boeken verzamelen natuurlijk ook zo leuk: ook al ben ik veel geld kwijt, ik blijf achter met het gevoel dat ik een goede deal heb gemaakt en bovendien is mijn bibliotheek verrijkt met alweer een paar bijzondere werken.

25 april, 2014

239 - Een mooi boek van Tommy Wieringa

Naast het kopen van veel boeken, moet er af en toe ook ruimte zijn voor het kopen van echt mooie en wat kostbaardere boeken. Het leuke van verzamelen is dat je beide combineert. Zoals wanneer je het complete werk van een schrijver verzamelt: niet alleen de 'gewone' edities die regulier in de winkel verschijnen (wel in eerste druk natuurlijk!) maar daarnaast ook de bibliofiele edities: de werken in kleine oplages of in bijzondere uitvoeringen. Het ene soort koop je zonder met je ogen te knipperen, terwijl je door een winkel dwaalt. Het andere is een kwestie van geduld, geluk en soms hoge investeringen. Samen vormen ze de omvattende verzameling van een schrijver.

Op dit blog heb ik regelmatig verslag gedaan van mijn pogingen het werk van Adriaan van Dis compleet te krijgen (
hier, hier en hier). Ik denk dat ik kan zeggen dat het mij gelukt is Adriaan van Dis te completeren: al zijn titels, allemaal in eerste druk en allemaal gesigneerd. Op één na: de uitgave Kleurlijn, uitgegeven door Stichting de Roos. Maar ook die zal op een dag in mijn boekenkast staan.

Nu van Dis klaar is, werd het tijd om een nieuw project te starten. Dat is Tommy Wieringa geworden. Waarom Tommy Wieringa? Omdat het een groot schrijver is en omdat hij nog een heel schrijversleven voor zich heeft: er valt dus veel te verzamelen. Ik had die keuze al gemaakt voordat hij het boekenweekgeschenk van dit jaar mocht schrijven, dus nu heeft heel Nederland ontdekt dat hij een groot schrijver is. Maar dat maakt het verzamelen uitdagender.

Tommy Wieringa heeft al een aantal bibliofiele uitstapjes gemaakt. Er is een verhaal van hem uitgegeven door de Lojen Deur Pers, de bibliofiele uitgeverij van de naamgever van veilinghuis Bubb Kuyper. Maar nog veel exclusiever dan dit is de speciale uitgave van Caesarion, die in 2009 verscheen. Dit is een uitgave in de "lamellen-band reeks" die werd verzorgd door De Slegte/Polare. In die serie verschenen boeken van o.a. Tom Lanoye, Gerrit Komrij, Erwin Mortier, Stefan Hertmans en dus ook Tommy Wieringa.


Het bijzondere aan deze uitgave van Wieringa is dat deze in een lamellenband is gevat en met de hand is gebonden door Pau Groenendijk, die werkt onder de toepasselijke naam "Mooie boeken". En dus is alles speciaal aan dit boek: de oplage is klein (30 exemplaren), de initialen op het omslag zijn speciaal ontworpen, er is een handschriftfragment aan toegevoegd en het is allemaal met veel zorg en aandacht en liefde gemaakt. En dus is de prijs er ook naar: de catalogusprijs van het boek is € 295.

Gelukkig is er het onvolprezen Catawiki. Ik was erg opgetogen dat het boek daar een paar weken geleden werd aangeboden tijdens één van de wekelijkse veilingen. Dat zou vermoedelijk mijn enige kans in jaren zijn om het boek voor een redelijke (nou ja, alles is relatief zullen we maar zeggen...) prijs te kopen. En na een spannende biedmarathon werd het boek voor € 160 (exclusief veilingkosten) van mij. Net iets meer dan de helft van de cataloguswaarde: ik mocht tevreden zijn. Maar vooral met het feit dat ik een waar kunstwerk bezit, een exclusief boek en nu al het topstuk van mijn Tommy Wieringa-collectie! En zo had ik ineens twee exemplaren van Caesarion, want ik had in New York al de 'uncorrected proof' van de Amerikaanse editie gekocht. En uiteraard schaf ik ook nog de eerste druk van de handelseditie aan, want zo doen verzamelaars dat.
Maar wat een prachtboek is deze uitgave. Dit zijn de boeken waar de verzamelaar van geniet. De wetenschap dat het met liefde en aandacht in gemaakt, dat de details kloppen en dat het vervolgens een boek is waarvan er maar 30 zijn zodat het ook nog eens een erg exclusief bezit is. Tijdens de editie van het Feest der Letteren in De Bijenkorf van dit jaar sprak ik Tommy Wieringa over dit boek. Hij moest er nog een beetje van zuchten en gaf aan dat het heel veel werk was geweest om het boek te maken. Bij elk exemplaar was hij betrokken geweest (al was het maar door het signeren en door het handschrift dat is toegevoegd). Een reden temeer om dit boek te koesteren en te bewonderen...

Naschrift: twee jaar hierna kwam Kleurlijn in mijn bezit. Lees in dit bericht hoe dat ging.

13 april, 2014

238 - Verrassende boekobjecten

Het belangrijkste van het boek is natuurlijk de inhoud: het gaat om het vertelde verhaal, de boodschap, van het boek. Uitgevers zoeken vervolgens bij de publicatie een omslagafbeelding die aansluit bij de inhoud van het boek, zodat de potentiële lezer alvast in de goede sfeer komt. Overigens zijn vormgevers daarbij niet altijd origineel: op de site
Bookalikes (intussen helaas offline) vind je totaal uiteenlopende boeken die gebruik maken van dezelfde opmaak of een vergelijkbare afbeelding. Bibliofielen gaan vaak nog een stapje verder: wij hechten veel waarde aan de uitvoering van een boek. Het gebruikte papier, de kwaliteit van de binding, het lettertype en de illustraties, de drukvorm: alles draagt bij aan de beleving van het boek.

Een heel andere benadering heeft Terry Border gekozen. Deze kunstenaar gebruikt alledaagse objecten en plaatst deze met behulp van ijzerdraad in een bepaalde setting die past bij de aard van het product. In feite vertelt hij met één beeld een kort humoristisch verhaal. Hij doet dit met etenswaren, alledaagse voorwerpen uit de keuken, etc. Hij heeft dit ook toegepast op een aantal boeken: op deze manier drukt hij de inhoud van het boek uit. Ik heb me er erg mee vermaakt. Bijgaand een aantal voorbeelden van zijn boekobjecten.


15 maart, 2014

237 - De goudmijn Leeshal Oost

Na de ondergang van de Polare boekhandels lijkt het somberheid troef in boekenland. Zijn de nadagen van de boekhandel nu echt aangebroken? Ik neem jullie mee naar een volgende ervaring die gelukkig op punten positiever was: de goudmijn van Leeshal Oost.

Tien jaar geleden was ik voor het laatst in deze winkel in de Commelinstraat 53 in  Amsterdam-Oost (ik schreef daarover dit verslag) en ik was benieuwd of de winkel nog bestond. Dat was gelukkig zo en ik zag tot mijn genoegen dat er niets veranderd was: nog steeds de stapels boeken langs de wanden en een hele volgepropte winkel.

De eigenaar schetste echter een herkenbaar beeld van de hedendaagse boekenmarkt aan de hand van zijn winkel. Hij vertelde onder meer dat hij blij was als er tien klanten per dag kwamen.

Tien klanten. Op één dag. En daar moet je het mee doen.

Ik ken natuurlijk nog wel de klaagzagen van de antiquaren Engberts en Hesselink van Hinderickx en Winderickx in Utrecht, uit hun befaamde Winkeldagboek. Ook zij hadden (vele) dagen waarop nauwelijks klanten in de winkel kwamen en de omzet maar net genoeg was voor de stookkosten... Datzelfde geldt natuurlijk ook voor Leeshal Oost, ook al ligt het vlakbij de drukbezochte Dappermarkt.

Leeshal Oost doet tegenwoordig vooral zaken via internet, met een eigen boekwinkel op boekwinkeltjes.nl. De eigenaar Hans hoopt dat hij het nog een paar jaar uitzingt, tot zijn pensioen. Zelf leest hij trouwens geen boeken, het lukt hem niet om zich voldoende te concentreren. En ondertussen heeft hij een grote voorraad boeken, waar de nodige pareltjes tussen zitten. Je moet er wel even voor zoeken, maar dat is natuurlijk iets waar een boekenliefhebber nooit tegenop ziet.

Ik richtte mij op een de bakken met 'kleine boekjes': de nieuwjaarsgeschenken, gelegenheidsuitgaven en andere cadeauboekjes van uitgevers. Daar vond ik vervolgens een paar hele mooie exemplaren tussen. Zoals Kerstmis van een kind in Wales van Dylan Thomas en Twee koffers van Ernest van der Kwast. Maar de leukste was toch wel Greep uit de boekenkast of de wereldliteratuur in ollekebollekes van Drs. P. In dit kleine mooi uitgegeven boekje worden tientallen klassiekers in een karakteristieke, soms wat flauwe, maar over het algemeen goed gevonden rijm gekarakteriseerd. Zoals Gullivers reizen:
Mensen als kerktorens 
Mensen in zakformaat 
En nog een wonderlijk 

Volkje of twee-
 

Ja, in die verre van 
Massatoeristische
Tijd maakten reizigers 
Nog eens wat mee 
Of Marcel Proust:
Wie kent die titel niet? 
À la recherche du* 
Proust, Marcel 
Ging naar ’t verleden op zoek 

Zelden of nooit kwam een 

Tijdverliesgevende 
Speurtocht in zo’n 
Onvergankelijk boek 
Mooie taalvondsten bij elkaar. En dat allemaal voor een eurootje per stuk gevonden bij Leeshal Oost. Ik had niet de tijd om de winkel gro
ndig door te spitten. Dus voor andere sneupers in de buurt van Amsterdam Oost is het een mooie kans om schatten te delven. En eigenaar Hans zal blij zijn met de extra aanloop.

Al met al lijkt er weinig toekomst in het boekenvak te zitten op deze manier. Ik ben me steeds meer bewust dat we in de nadagen zitten van een bijzonder ambacht. Ik wil er met volle teugen van genieten, nu het nog kan.

n.b. medio 2020 is helaas ook een einde gekomen aan Leeshal Oost

03 maart, 2014

236 - Feest der Letteren 2014

Het jaarlijkse uitje in de Bijenkorf van Amsterdam stond weer voor de deur: het Feest der Letteren 2014. Naast het laten signeren van allerlei boeken (na vandaag blijk ik 257 gesigneerde boeken te hebben) is dit altijd een mooie gelegenheid om met schrijvers aan de praat te raken. Het wordt een jaarlijkse traditie: eerder schreef ik over de editie 2009, de editie 2011 (deel 1, deel 2, deel 3), de editie 2012 (deel 1, deel 2) en de editie 2013. En dan nu 2014

Ook dit jaar viel me weer op hoe vriendelijk en aanspreekbaar de schrijvers waren: zowel de gevestigde namen, als de jongere auteurs. Dat gold overigens niet voor de begeleiders van de Bijenkorf bij dit evenement. Een man in mijn buurt werd aangesproken met de vraag of hij veel boeken wilde laten signeren. Hem werd verteld dat het er vooral om ging boeken te laten signeren die ter plekke waren gekocht. Hoe begrijpelijk ook uit commercieel oogpunt, het gaat toch wel heel erg voorbij aan de beleving van de lezers. En vervolgens zag ik bij alle auteurs lezers langskomen met eigen boeken, zonder dat daar wat van werd gezegd. Ik voelde me dan ook vrij om mijn eigen boeken aan de schrijvers voor te leggen.

Er waren gevestigde auteurs, zoals Joost Zwagerman. Met veel plezier signeerde hij mijn literaire juweeltjes en boekenweekuitgaven, maar ook de speciale postzegel die werd uitgegeven ter gelegenheid van de boekenweek 2010: een postzegel met een verhaal van Zwagerman. En natuurlijk Tommy Wieringa, altijd in pak en altijd een gentleman. Hem liet ik mijn exemplaar van Caesarion signeren die ik opdook tijdens mijn bezoek aan The Strand in New York (lees het verhaal hier). Hij vond het grappig dit boek hier te zien en wilde weten waar ik het vandaan had.

Een vergelijkbare vraag stelde Lieve Joris, toen ik haar mijn exemplaar van Amadou liet signeren, een speciale uitgave van het VSB Fonds uit 1994. Ik was die dag al de derde lezer die haar dit boek voorlegde. En dus vertelde ik haar hoe ik dit boek losbedelde bij het VSB Fonds zelf.

Even verder zat Annejet van der Zijl. Met haar praatte ik even over haar verhaal Een dag om nooit te vergeten, over 30 april 1980. Ik vertelde haar hoe indrukwekkend ik dit verslag van binnenuit van die dag vond. Zij gaf aan dat ze ook heftig vond, en een soort van fysieke pijn voelde bij het schrijven. Verder vond ze het leuke van de serie Literaire Juweeltjes dat je er verhalen in kwijt kon, die je anders niet kon publiceren.

Heel leuk was ook de ontmoeting met Abdelkader Benali. Ik stond te wachten om mijn boeken te laten signeren, toen ik hoorde dat hij het met de mensen voor mij had over de uitspraak "the medium is the message", van Marshall McLuhan. Toevallig had ik het onlangs nog over deze uitspraak gehad, in de context van nieuwe media. Ik vertelde dat aan Benali en vervolgens hebben we een tijdje heel plezierig gepraat over Marshall McLuhan. Dat was een onverwachte genoegen op de zaterdagmiddag!

Natuurlijk waren er ook nog jonge schrijvers. Deze signeersessie was een goede gelegenheid om daar wat boeken van te kopen. Ondanks mijn teleurstelling van laatst ben ik toch nog maar eens de Amsterdamse Slegte ingeslopen. Alle boeken waren met 70% van korting, en inderdaad vond ik daar het debuut van Jamal Ouariachi, De vernietiging van Prosper Morèl. Ik gaf hem het boek en hij reageerde met "dat is een oudje!". Dat vond ik grappig omdat hij pas vanaf 2010 publiceert. Als je dan al over "oudjes" spreekt, dan is je carrière goed van start gegaan! Dat vond hij ook en hij signeerde het boek op een leuke manier. Net zo leuk reageerde Mano Bouzamour, toen ik hem het boek De belofte van Pisa liet signeren (dat ik voor een fooi kocht bij antiquariaat Kok om de hoek van de Bijenkorf. Hij wilde per se dat ik hem liet weten wat ik van het boek vond en was trots dat Ronald Giphart het een mooi boek vond. Het opende voor Giphart deuren in zijn denken, en ik stelde met Bouzamour vast dat dat toch de bedoeling was van boeken: dat het deuren in je denken opent.

Een laatste stop maakte ik bij Robert Vuijsje. Onverwacht, en dat kwam omdat ik met de bloggers van De Contrabas verrast was dat er in 2013 geen speciale Bijenkorf-uitgave ter gelegenheid van de boekenweek was verschenen? Was er een einde aan een traditie gekomen? Toch lagen er nu grote stapels van een door de Bijenkorf uitgegeven bundel van Vuijsje: De scheiding en andere liefdesverhalen. Nadere inspectie leerde dat dit boek in september 2013 was verschenen. Waarom toen en waarom niet gewoon bij de boekenweek? Het wordt niet duidelijk, maar er was in elk geval geen uitgave ter gelegenheid van deze boekenweek. Laten we maar even afwachten of er aankomende september iets verschijnt...

Het was in elk geval een aangename boekenmiddag en met een tas vol nieuwe en bestaande boeken vol met handtekeningen en opdrachten ging ik naar huis. Ik ben al weer helemaal klaar voor de editie 2015!

19 februari, 2014

235 - Boekendrama in de Kalverstraat

Afgelopen weekend waren we even in Amsterdam en onvermijdelijk liepen we door de Kalverstraat. Na alle berichten over de sluiting van de Polare had ik verwacht dat de vestiging van De Slegte in de Kalverstraat gesloten was. Maar de winkel was er nog, en hij was ook open. Of beter geformuleerd: het karkas van de winkel stond er nog, want wat er binnen gebeurde had niets meer met De Slegte te maken.

Au...
De eens zo fraaie winkel, vol met verleidelijke boeken op onverwachte plekken, waar ik menig uur dwalend heb doorgebracht en waar ik heel veel schatten vandaan heb gehaald, was er niet meer. Wat er wel te zien was: een chaotische en onsamenhangende hoeveelheid boeken, achteloos weggepropt in de kasten en op de tafels die er nog waren, met weinig ordening en al helemaal geen systeem. De eens zo mooie De Slegte is verworden tot een soort overdekte vrijmarkt: je kunt er boekengraaien zonder dat je precies weet waar je moet zoeken. En in een aantal gevallen letterlijk graaien, want op verschillende plekken stonden grijze bakken, gevuld met boeken, met een briefje: boekengrabbelen - 1 euro.

Nu ben ik niet iemand die per se altijd en overal een opgeruimde winkel wil zien. Ik ben geen purist zoals de auteur van dit stukje; ik kan best melancholisch worden van de ietwat rommelige en stoffige antiquariaten waar je uren kan doorbrengen terwijl je door de voorraad gaat. Maar wat bij De Slegte gebeurt is een belediging voor het boek en voor de boekenliefhebber. Hier zijn geen bibliofielen meer.

Hoe het ooit was...

Ik heb een halfuur in De Slegte doorgebracht. Ik merkte dat het mij bijna fysiek pijn deed om daar te zijn. Het was een afscheidsbezoek aan iemand die al overleden is. Ik heb veel herinneringen aan deze winkel en ik rouw om het verdwijnen ervan. Het was een emotioneel moment - ik wist niet dat ik zo gehecht was aan deze zaak. Maar ik heb er niets gekocht. In deze De Slegte heb ik niets meer te zoeken en hoef ik ook niets te kopen. Ik heb troost gezocht bij een heel andere boekwinkel, maar daarover in een volgend stukje meer.

Vaarwel De Slegte in de Kalverstraat. Je was een vriend, een makker, een leverancier van grote denkers en prachtige boeken en ik zal je missen.

22 januari, 2014

234 - Boeken maken je beter!

Ik las een interessant artikel in de Volkskrant - en besefte dat ik bij nader inzien mijn roeping heb gemist. Wanneer je op een of ander manier hulp nodig hebt, bijvoorbeeld omdat je worstelt met levensvragen, dan kan je naar de boekentherapeut. Die voert met jou een gesprek en op basis daarvan krijg je een aantal boeken voorgeschreven. Het lezen van deze boeken helpt je bij het beantwoorden van je vraag. 

Het gaat hier niet om boekentherapie waarbij iemand opknapt na het doorwerken van zelfhulpboeken. Dat is strikt genomen ook therapie via boeken, maar die boeken zijn er primair op gericht om je te helpen bij je therapie. Je zit gewoon huiswerk te doen voor de psycholoog. Overigens zijn daar ook interessante onderzoeken naar gedaan, recent promoveerde Ad Bergsma onder meer op de vraag of zelfhulpboeken helpen. Hij concludeerde dat bij lichte vormen van depressies het lezen van een goed zelfhulpboek even effectief is als behandeling door een professional. Ook hoogleraar Cuijpers onderzocht deze wijze van bibliotherapie en concludeerde een significant positief effect.

Dat is fijn om te weten, maar in dit geval beveelt de boekentherapeut je geen zelfhulpboeken, maar literaire werken aan. Literaire auteurs die in hun boeken thema's behandelen kunnen je helpen bij het beantwoorden van de vragen waar je mee worstelt. Wat heerlijk om beroepshalve boeken te moeten lezen en dan vervolgens op basis van een gesprek de klant een rijtje boeken te kunnen aanbevelen. En dat het helpt wist Hieronymus van Alphen al in 1778: "‘k Nam een boek: ik ging wat lezen: En ik voelde minder pijn."

Een zoektocht op internet leert dat vooral in Engeland een ontwikkeling is waarbij patiënten lezen onder begeleiding van een ‘bibliotherapeut’. Daar zijn met succes allerlei projecten van start gegaan onder de namen ‘Read Yourself Well’ en ‘Books on Prescription Service’. Bij de veelal door plaatselijke bibliotheken opgezette leesprogramma’s wordt samengewerkt met huisartsenpraktijken. Naast de zelfhulpboeken wordt hier ook allerlei fictie voorgeschreven. Zo is er een lijst met "mood-boosting books" waarop boeken staan als The help van Kathryn Stockett en Soul Music van Terry Pratchett naast bijvoorbeeld A street cat named Bob van James Bowen

En dat schijnt allemaal begonnen te zijn bij de door Alain de Botton gestartte School of Life. Op de site van deze school stellen de bibliotherapeuten zich voor. Ze hebben ook een boek geschreven: The novel cure (een Nederlandse versie het De boekenapotheek). En ze geven advies in hun blog aan verschillende worstelende lezers. Een mooie lijst met aanbevolen boeken voor verschillende stemmingen staat hier.

Dat je een beter en gezonder mens wordt van boeken lezen mag dan algemeen bekend zijn, ook individuele beroepsgroepen kunnen profiteren van literatuur. Specifiek voor juristen houdt het domein "Law and literature" zich bezig met het bestuderen van de wijze waarop juridische vragen worden behandeld in grote literatuur. Door deze boeken te lezen worden juristen betere juristen. In het Nederlands taalgebied verscheen een paar jaar geleden de mooie bundel Verbeeldingsmacht. Wat juristen moeten lezen waarin 45 juristen hun vakgenoten een boek presenteren dat onontbeerlijk is in hun juridische opvoeding.

Bij nader inzien ben ik al die jaren niet bezig geweest met het verzamelen van boeken, maar met het vullen van een uitgebreide rij medicijnkasten, waarbij genezing voor alle mentale kwalen binnen handbereik ligt. En dan tel ik de vele euforische momenten - elk gevonden boek in een antiquariaat is een shot dopamine - die mijn eigen psychische welbevinden hebben versterkt nog niet eens mee...

22 december, 2013

233 - Het einde van een verzameling

Columniste Leonie Breebaart van Trouw schreef een mooi maar verontrustend stuk over de bibliotheek van haar ouders die zij uiteindelijk moest opruimen. Onder te titel "Wat te doen met overtollige boeken" schrijft zij een paar rake noties. Ik ben hopelijk pas op de helft van mijn leven - of minder - maar er komt een dag dat mijn kinderen zich in dezelfde positie bevinden: zij moeten aan de slag met mijn boekenverzameling. Onlangs vroeg mijn teerbeminde of 2500 boeken niet genoeg waren onderhand. Toen ik haar opgewekt meldde bij mijn pensionering op minstens 6000 te willen zitten, trok zij enigszins bleek weg. De kinderen trouwens ook - want zij moeten op een dag alles sorteren en naar buiten dragen.

Dit soort gedachten hoort misschien bij het einde van het jaar. Ik ontdekte dat ik vijf jaar geleden dezelfde overpeinzing had, in dit stukje. Toen naar aanleiding van dit stukje. Kortom: het is een onderwerp dat iedereen bekend voor zal komen schat ik in.

Breebaart schrijft onder meer "Altijd heb ik de boeken van mijn ouders beschouwd als een kostbare erfenis. Immaterieel of materieel, daar dacht ik niet zo over na." Maar de harde realiteit is dat niemand op de boeken zit te wachten. Zelfs de kringloopwinkel niet meer. In feite is de enige waarde de emotionele waarde die overblijft. Rond de kerst verleidt dit Breebaart tot een parallel met het sprookje over de zwavelstokjes: "Handel zit er niet meer in, maar ze verspreiden tenminste een rijkdom aan beelden, ideeën, fantasieën, waardoor je de crisis even vergeet."

Maar dit kerstsprookje heeft een mooi einde. Want na de afwijzing van haar ouders' boeken in de kringloopwinkel vond zij een setje essays van Renate Rubinstein die ze mee naar huis nam: "Niemand in die winkel had kennelijk door hoeveel die boeken eigenlijk waard waren".

En zo is het. Want wat is de echte waarde van boeken? Velen vragen zich dat af.* Blogger houdt bij welke van mijn posts het meest gelezen worden. Steevast is dat mijn post uit februari 2009 met de titel "wat zijn waardevolle boeken". Mijn conclusie was toen al dat het 'm niet zit in het prijskaartje, maar in de inhoud van het boek. Het is net als met Kerst zelf. Ik word eigenlijk wel opgewekt van deze kerstgedachte. Het is de gedachte die telt - zelfs als het een zeldzame bibliofiele uitgave is.

*Voor wie nu toch een zinvolle uiteenzetting over de waarde van boeken wil, verwijs ik graag naar Perkamentus die dit thema overzichtelijk uiteenzet.

17 november, 2013

232 - Het boek der ontwenning - Geert Colpaert

Zo af en toe plaats ik een recensie van een recent gelezen boek. Al was het maar om het kopen van boeken te stimuleren, en dan vooral van debuten. Want wie weet stond ik daarmee aan het begin van een schrijversloopbaan die tot grote hoogten leidt.

Het debuut van Geert Colpaert (door de uitgever aangeduid als "uitzonderlijk debuut") is een boek dat de lezer meeneemt langs een wereld van verhalen die, zoals de schrijver zelf in het boek uitlegt, vooral apocrief zijn maar in zijn geheel een weerslag zijn van een bewogen ontwenningsperiode van een groep mensen in een ontwenningskliniek ergens in België. De veelheid aan invalshoeken in het boek maakt het lastig om een aanknopingspunt te vinden voor een beschrijving ervan. Want er gebeurt veel in dit boek. Maar dat mag ook wel, wat het debuut telt 760 pagina's en wil een lezer geboeid blijven tot het einde, dan zal de schrijver zijn ziel en zaligheid erin moeten stoppen. Dat heeft Colpaert gedaan en hij beschrijft niet alleen de ontwenningsperiode en wat daar gebeurt, maar ook historische gebeurtenissen vanaf de vroege middeleeuwen tot in de verre toekomst (we worden bijvoorbeeld getrakteerd op citaten uit nog te verschijnen kunsthistorische studies over de werken in dit boek).

Dat het boek zoveel verhalen en invalshoeken kent wil niet zeggen dat het chaotisch is. Integendeel, de basis laat zich vrij eenvoudig weergeven. Het gaat om een ontwenningskliniek voor alcoholverslaafden waar een groep mannen zonder duidelijk doel woont en meedraait in een vast patroon zonder enig perspectief. Het hoogtepunt van de week is de stiekeme zuippartij bij de nabijgelegen Aldi op woensdag maar voor de rest is het een tamme bedoening. Dit tot tevredenheid van de directeur, die dit een bewijs vindt voor zijn stabiele manier van werken. Dit alles verandert als er een nieuwe therapeut komt, Sam geheten. Deze Sam blijkt later de verteller van het verhaal te zijn. Sam ziet perspectief in de mannen en confronteert ze met kunst: schilderkunst, beeldhouwkunst, klassieke en moderne werken. En dan blijken de aanwezigen onvermoede talenten te hebben, met name Mark Behiels die zonder ooit ook maar een penseel van dichtbij te hebben gezien een uitzonderlijk schilder blijkt te zijn. Maar ook de anderen hebben onvermoede talenten als kalligraaf, tekenaar of ontwerper. De werkwijze van Sam maakt deze talenten los en hij begeleidt de mannen vanuit hun verdwazing naar een leven met een doel en uiteindelijk met zelfstandigheid en trots.

Dit verhaal van hun ontwenning - vandaar ook de titel van het boek - voert langs vele uitweidingen over de geschiedenis van de hoofdpersonen: we leren hoe Lucien van Boven uiteindelijk Juu-pileir werd en Hektor de Clerq de Mummie (en hoe ze weer zichzelf worden). Maar er zijn ook tal van korte biografieën over schilders als Van Gogh (niet toevallig heeft Mark een broer die Theo heet), Brueghel, Monet en vele anderen. Historische gebeurtenissen vanaf de middeleeuwen worden herteld, met diverse apocriefe aanvullingen. En steeds blijkt dat al deze gebeurtenissen maar ook individuele kunstwerken een echo hebben in de levens van de hoofdpersonen, de Ontwenners. En deze Ontwenners ontwennen en ontdekken dat er veel meer in het leven is dan blikjes Karlsquell. En dan blijkt ook dat deze Ontwenners veel meer perspectief hebben dan hun begeleiders en dat deze veel verslaafder zijn dan deze zogenaamde verslaafden. Of het nu aan antidepressiva is (de directeur), macht over mannen (psycholoog Marijke), Jack Daniels (inrichtingswerker Rudy) of andere zaken: zij die zogenaamd hun leven op orde hebben blijken perspectiefloos en de Ontwenners komen langzaam maar zeker tot de ontdekking wat hun potentieel is en leven dat uit. In feite zijn deze mannen puur, net als het leven, en eerlijk.

Er wordt geregeld de draak gestoken met zogenaamde kunstkenners en een pleidooi gedaan voor het ontdekken van wat echt, puur en eerlijk is in de kunsten en in de passies die mensen drijft. Centraal staat de ontwikkeling van Mark Behiels, in wiens spoor de anderen meekomen. Behiels schildert zonder enige kennis van de kunstgeschiedenis meesterwerken die een reflectie zijn van hoogtepunten uit de geschiedenis van de schilderkunst, maar met een eigentijdse inslag.

Maar zelfs met deze uitleg is het boek nog niet adequaat beschreven. Het is ook de schrijfstijl van Colpaert - barok, met veel herhalingen en uitweidingen, plastisch en grof maar ook weer echt - die onderdeel is van het verhaal. Sam spoort zijn Ontwenners aan om te "kijken, kijken en te blijven kijken" en Colpaert lijkt te schrijven, schrijven te blijven schrijven. Elk detail vraagt om een uitleg, elke observatie om een interpretatie van een observatie en elke gebeurtenis wordt geïnterpreteerd in het kader van de geschiedenis die achter ons ligt en het spoor wordt zo lang mogelijk teruggevolgd. Daardoor loopt het verhaal traag en ontstaat vanzelf een boek van bijna 800 pagina's. Maar erg is het zeker niet. Behalve dat het stevige gevloek mij op een gegeven moment wel ging irriteren, net als de gedetailleerde beschrijving van geslachtsdelen en wat je daar allemaal mee kan doen. Ik heb het geparkeerd als stijlfiguur en ben er maar vanuit gegaan dat dit valt onder de drive van Colpaert om puur, eerlijk en vol passie te zijn. Dus, resumerend, om de vraag te beantwoorden of dit boek gelezen moet worden, citeer ik graag een van de markante hoofdpersonen: "Ja, vaneigens".

01 november, 2013

231 - Nieuws uit Timboektoe

Het is goed om een bijdrage te leveren aan het behoud van monumentale boeken, en dan is het ook heel leuk om de hoogte te worden gehouden van de voortgang.

Eerder schreef ik over mijn bijdrage aan het herstel van beschadigde manuscripten in Timboektoe, nadat zij als gevolg van de inval van jihadisten bedreigt werden met vernietiging. De organisatie T160K zette zich in om geld te verzamelen om deze manuscripten te conserveren voor de toekomst. Ik wilde daar graag aan meewerken, al was het maar omdat Timboektoe mij al lang fascineert (zie dit bericht). Misschien wel omdat het een stad is met het woord "boek" in de naam.
Het jammere was dat ik me later ging afvragen of ik wel een goede investering had gedaan, vanwege een bericht in de NRC dat het allemaal toch wel meeviel met de schade aan manuscripten en dat reddingsacties niet nodig zijn.

Maar ik heb opgewekt gegeven. En het geld lijkt al met al goed besteed te zijn. En als het niet nodig was vanwege de jihadisten, dan in elk geval omdat het altijd goed is om boeken te conserveren. Zie dit bericht dat ik onlangs kreeg van de organisatie T160K:
Your contributions have made a positive difference in preserving a legacy for all future generations of humanity. We have completed all our campaign objectives and fulfilled all supporter perks. Archival supplies have been purchased and received in Mali. The manuscripts that you helped preserve have been boxed and stored with your labels and dedications affixed to them. Individual contributors should already have received an email with an image of a manuscript you helped save.
Thank you for your generosity. I don’t think it’s possible to convey how much your support and contributions have meant to us and this project! With your help we have achieved something truly monumentus.
Responsibility for the ongoing preservation of the manuscripts has been handed over to Abdel Kader Haidara [zie ook hier] and his organization in Mali.
De opzet van de fondsenwerving voor Timboektoe was de aanschaf van materiaal om de maniscrupten te archiveren en te beschermen tegen allerlei invloeden van buitenaf. Als bewijs van de besteding van het geld kreeg ik bijgaande foto van het manuscript dat door mijn bijdrage is bewaard. Op de doos staat ook nog eens een door mij geschreven boodschap.

Ik vind het bijzonder dat ergens in Timboektoe tussen alle manuscripten een doos staat die ik daar als het ware heb mogen plaatsen en waar kostbaar cultureel erfgoed in wordt bewaard. Het is mooi om op die manier van betekenis te zijn.

10 oktober, 2013

230 - Voor de toekomstige lezer in 2099

Geachte lezer uit het jaar 2099,

U bent op mij gestuit via de digitale collectie van de Koninklijke Bibliotheek uit Nederland. In welk deel van de Europese digitale collectie u dit weblog heeft gevonden weet ik niet. Ik hoop maar dat de taal nog een beetje leesbaar is, maar het zal vermoedelijk vanzelf vertaald worden. Ter info: ooit werd het in het Nederlands geschreven.

U leest dit weblog omdat in 2013 - toch al weer 86 jaar geleden - Jan Bos, toen nog hoofd collecties van de Koninklijke Bibliotheek, mij een mail stuurde (zo werkte dat toen) dat mijn weblog "gearchiveerd en duurzaam opgeslagen [zal] worden". En niet voor niets, want de KB liet mij weten dat dit weblog tot een bijzondere categorie behoort, namelijk "websites die als verzameling een representatief beeld geven van de Nederlandse cultuur, geschiedenis en samenleving op het internet". 

Ik wist niet dat dit weblog het in zich had, maar op wonderbaarlijke wijze heb ik iets nagelaten dat representatief is voor Nederlandse cultuur. En dat is een ironische gedachte, om twee redenen.

Allereerst voel ik mij in het geheel niet representatief voor de Nederlandse cultuur. Ik heb eerder de overtuiging dat ik een achterhoedegevecht lever. In 2013 woedde nog volop de discussie over het al dan niet uitsterven van het papieren boek (ik weet niet of deze link nog werkt maar ik hoop er het beste van). In 2099 weten jullie de uitkomst van deze verwachting. Hoewel de boekwinkels vandaag nog vol liggen met papier ken ik eigenlijk amper meer mensen die veel boeken kopen en bovendien een verzameling van die boeken aanleggen. Ik vind het toch wel een beetje een prestatie dat ik op dit moment zo'n 2.500 geregistreerde boeken in mijn verzameling heb en ik ken een handvol mensen die dat met mij leuk vinden. Boeken in kleine oplages, gesigneerde boeken, eerste drukken, bibliofiele werkjes: er zijn warempel vandaag nog mensen die er interesse in hebben. Maar ik ken ook tientallen mensen met duizenden ebooks op hun ereader. Toch kan ik bij hen weinig liefde voor het boek ontdekken. En dat terwijl ik nog steeds elke aankoop koester en verzorg en een lang leven op mijn boekenplank gun. Zo bezien hoor ik eerder thuis in een openluchtmuseum bij de afdeling oude ambachten (de bibliofiel, naast de nettenboeter en de scharensliep) dan in de afdeling representanten van de Nederlandse cultuur.

Als u wilt weten welke boeken ik zoal had, dan zult u bij mijn achterkleinkinderen te rade gaan. Wellicht dat zij er nog een paar bewaard hebben. Ik maak mij weinig illusies, dus mochten al die prachtige werken verdwenen zijn in de afgelopen 86 jaar, dan hoop ik dat u door het doorlezen van weblog iets kunt proeven van de lol die ik heb gehad in het verzamelen van boeken en het genot van het bezit van zoveel ideeën van grote denkers naast prachtige verhalen van grote schrijvers in een lange rij boekenkasten. Wellicht is er een zusterorganisatie van de KB die een archief heeft aangelegd van de website LibraryThing, want daar staat de gedetailleerde informatie over al mijn boeken.

De tweede manier waarop dit bericht van de KB ironisch is, is omdat daarmee de verzamelaar verzameld wordt. Deze uitdrukking is bewust geplagieerd van Eric Schneyderberg die ooit een boekje maakte over het verzamelen van boeken van Boudewijn Büch, de meest markante bibliofiel die Nederland in de 20e en 21e eeuw (althans, tot 2013) kende. Gek idee dat al mijn woorden de afgelopen decennia in bits en bytes van het systeem van de KB hebben gehangen totdat u het weblog ontdekte. Het was juist mijn bedoeling informatie te ontsluiten zodat anderen daar iets aan zouden hebben. Maar nu word ik een brokje informatie dat ontsloten moet worden.

Wat het onderzoek is waarmee u bezig bent, weet ik natuurlijk niet. Wellicht verveelde u zich te pletter en stuitte u toevallig op deze bijdrage omdat u nieuwsgierig was wie iets schreef over 2099, toevallig het jaar waarin uw eerste kind werd geboren. Of dit was het enige weblog in 2013 waarin over Anneke Brassinga werd geschreven (Wikipedia zal toch wel gearchiveerd zijn? Voor de zekerheid een link daarheen), en dat schept natuurlijk een band. Wellicht is mijn volgende bijdrage baanbrekend en wordt daar 86 jaar later nog over gepraat, en toen u doorlas stuitte u op dit ietwat suffige bericht. Sla maar snel over en ga door naar andere berichten, er zijn nog een paar fijne berichten over Nescio te lezen bijvoorbeeld.

Maar één ding is duidelijk. Het was urgent dat deze informatie destijds werd opgeslagen. Lees maar in de brief die ik vandaag van Jan Bos kreeg: "Websites bevatten vaak waardevolle informatie die niet analoog verschijnt en die ten gevolge van de grote 'omloopsnelheid' het risico loopt voorgoed verloren te gaan. Dat websites als 'digitaal erfgoed' het behouden waard zijn, is internationaal erkend in het Unesco Charter on the Preservation of the Digital Heritage uit 2003. Het signaleert dat digitaal erfgoed verloren dreigt te gaan en dat het bewaren daarvan voor gebruik door de huidige en toekomstige generatie onderzoekers zeer urgent is." Hier staat een lijst met alle - honderden - geselecteerde sites.

En dat digitaal erfgoed verloren dreigt te gaan willen we natuurlijk niet. U zult daarom ook al mijn volgende berichten kunnen lezen. Of het er veel zijn weet ik niet. Ik beloof dat ik mijn best doe nuttige dingen voor toekomstige lezers te schrijven. Draag het mijn nageslacht niet na als dat mislukt en wees een beetje mild over mij in uw dissertatie. Het kwam allemaal uit een goed hart.

17 september, 2013

229 - Boekwinkelen in Manhattan

Na lang wachten was het eindelijk zover dat we in Manhattan aankwamen. Voor ons allemaal de eerste keer, dus we hadden een zorgvuldige route gepland langs Times Square, Empire State Building, Rockefeller Center, Central Park, Lower Manhattan, enzovoorts, enzovoorts. En gelukkig was er ruim voldoende tijd om de boekige kant van New York te bekijken.

Allereerst had me ik erg verheugd op Strand Books. Na alle verhalen gelezen en YouTube filmpjes gezien te hebben was het toch echt tijd dat ik de "18 mile of books" eens van dichtbij ging zien. En ik werd niet teleurgesteld, en tegelijkertijd wel een beetje. Wat geen teleurstelling was, waren de bakken met $1 dollar boeken buiten. Tot mijn verrassing vond ik daar een uncorrected proof van Tommy Wieringa's Little Caesar. Een licht beschadigde paperback, maar wel bijzonder om één van Nederlands beste schrijvers tegen te komen op de hoek van 12th Street en Broadway. Die ging dus alvast in het mandje. Eenmaal binnen bleek Strand een winkel te zijn met heel erg veel boeken, die ogenschijnlijk heel erg chaotisch, maar vermoedelijk toch met een zekere orde, waren neergezet. Overal kasten met boeken en tafels met "Staff Picks" en speciale aanbiedingen. Maar mijn doel was de rare book room. Daar kom je alleen apart met de lift, het is onmogelijk er met de trap te komen. Dat klinkt exclusief, maar het valt best mee. Natuurlijk staan er kasten met gesigneerde exemplaren, bijzondere edities, etc. Maar het zijn zeker niet alleen maar ultra-kostbare edities.

In deze rare book room bevonden zich ook de door mij vooraf bestelde en klaargezette boeken, waaronder een gesigneerd exemplaar van Nicholas Basbanes' A gentle madness, het standaardwerk over bibliofielen. Helaas geen eerste druk, maar wel een puntgave gebonden tweede druk. Dit gesigneerde exemplaar kostte mij slechts $30, oftewel ongeveer €22,50. Maar daarnaast nog een paar lekkere boeken over boeken, zoals A passion for books van Harold Rabinowitz, en een boek van Lawrence Clark Powell met een buitengewoon originele titel: A passion for books. Curieus is ook het boekje van Rhett Moran met de titel Becoming a book scout. Anecdotes and a step-by-step guide waarin een ex-legerofficier uit de doeken doet hoe hij kon leven van het zoeken naar boeken, en tips geeft om een eigen carrière daarin op te bouwen. Zeg nu zelf: voor $4 laat je zoiets toch niet liggen. Een teleurstelling was dat ik nog maar halverwege de enorme kast met boeken over boeken was gekomen, toen bleek dat de rare book room al sloot, uren eerder dan de rest van de winkel. Er waren nog wel een paar miljoen boeken over om te zien in de rest van Strand, maar dat was niet de plek waar ik per se wilde zijn. Desondanks wist ik in de reguliere winkel nog een boekje van Nescio op de kop te tikken, de vertaling van zijn verhalen onder de titel Amsterdam stories.
In tegenstelling tot alle andere New Yorkers waren de medewerkers van Strand niet bijzonder vriendelijk. Maar wel kleurrijk - het is duidelijk dat het bij Strand belangrijk is om jezelf te zijn en dat het niet uitmaakt hoe je eruit ziet. Dus heb ik me af en toe verbaasd over het uiterlijk van de medewerkers. Maar wat maakt het uit, als je maar verstand van boeken hebt.

Natuurlijk is Strand niet het enige doel voor boeken in New York. Op basis van de website wilde ik ook Argosy van dichtbij bekijken. Argosy is een prachtige klassieke winkel, vergeleken met Strand een miniwinkel maar wel een mooie collectie. Helaas niet helemaal de collectie die ik op dat moment zocht. Ik vroeg naar de sectie 'boeken over boeken' maar ik werd verwezen naar taalkundige boeken. Daar vond ik geen aanvulling op mijn vers gekochte boeken van Strand. Maar natuurlijk kon ik de winkel niet verlaten zonder aankoop, en daarom trok ik een exemplaar van Mark Twain's The £1.000.000.000 bank note uit de kast, een speciale uitgave van de Comet Press voor relaties, in een oplage van 1700. De eigenaresse van de winkel was leuk. Klein, pinnig brilletje en opgestoken haar. Type strenge bibliothecaresse die als een waakhond over haar boeken waakte. Maar zeker niet onvriendelijk.

Leuk van Argosy was dat mijn dochter daar ook in ronddwaalde en niet weg wilde gaan. In elk geval niet zonder boek. Dat bleek later nog heviger toen we in Barnes en Noble waren aangekomen, het filiaal op Union Square. Wat een geweldige winkel, waar uren in rond te dwalen is! Verdieping na verdieping met een geweldige sortering aan nieuwe boeken. Het mandje van mijn dochter vulde zich met steeds meer boeken. Met een enorme zelfbeheersing wist ik het te beperken tot een beperkte stapel. En dan te bedenken dat het niet eens het grootste filiaal is, dat is die op Fifth Avenue, waar we helaas geen tijd meer voor hadden.

Was de New Yorkse koek toen al op? Nee, want in de buurt van ons hotel bevond zich een zogenaamde thrift shop. Een klein tweedehands winkeltje zoals we die ook wel in Nederland kennen, volgestouwd met zooi maar ook een flinke kast met boeken. Voor een paar dollar vond ik daar nog wat onmisbare boeken. De eigenaren vonden het wel komisch, zo'n Nederlands gezin. Het leverde in elk geval een cadeautje op (een lief kettinkje) en een hartelijk gesprek met een paar oer-New Yorkers.

De conclusie is dat er genoeg  adresjes zijn in New York om de boekencollectie uit te breiden. Een andere conclusie is dat er veel te weinig kilo's beschikbaar zijn om in het vliegtuig mee te nemen. Dat werd dus listig combineren in diverse koffers en handbagage, maar gelukkig konden alle boeken mee naar huis. Deze eerste keer Manhattan is in elk geval uitstekend bevallen. New York is een verslavende stad, waar elke bibliofiel volledig aan zijn trekken komt.