Schuilend voor de regen zocht ik mijn toevlucht in Leeshal Oost (zie ook deze link), in de Commelinstraat 53 in Amsterdam. Leeshal Oost is een buurtboekwinkel, volgestopt met oude tijdschriften en stripboeken en langs de wanden gestapeld boeken, min of meer gesorteerd naar genre en soort. Het overgrote deel van de voorraad bestaat uit dingen die ik niet eens zou willen hebben. Maar het is juist op dit soort plekken dat je toch nog af en toe een pareltje opduikt.
Terwijl ik met mijn vinger langs een rijtje paperbacks 'liep' stuitte ik namelijk op een eerste druk van een klein dichtbundeltje: Geachte Muizenpoot en achttien andere gedichten van Fritzi Harmsen van Beek, pseudoniem van F. ten Harmsen van der Beek. Wonderlijk dat ik dit boekje dat destijds zoveel ophef veroorzaakte in literair Nederland veertig jaar later aantref op een wat desolate plek in Amsterdam Oost, om de hoek van de Dappermarkt.
Geachte Muizenpoot... is het debuut van Harmsen van Beek uit 1965 en haar gedichten bestaan uit grillige vertelsels over kleine voorvallen, met een voortdurend verspringende zinsbouw, vol opeenstapelingen van beelden. Voordat ze debuteerde werd ze al bejubeld (ze stond bekend als een "poet’s poet"), en ook haar debuut kreeg goede kritieken. Toch bleef ze altijd een marginaal dichter. Het is bekend dat ze bijna nooit haar naam zette onder werk van haar hand en slechts onder druk van vrienden publiceerde. Na haar debuut volgden nog een paar bundels gedichten en verhalen. Harmsen van Beek kwam met haar werk in aanvaring met de literaire traditie van die tijd. Critici konden niet doordingen tot haar werk, omdat ze zeer specifieke opvattingen hadden over de stijl, de vorm en de betekenis van het literaire werken, waaraan in hun ogen ook groteske literatuur moest voldoen. In zekere zin solliciteerde zij zelf naar 'onbegrip' en 'ongezien' blijven. Ze stuurde erop aan om niet begrepen te worden en is mede daardoor moeilijk te interpreteren. Overigens schreef Aad Nuis destijds: "Nu zijn de gedichten van F. ten Harmsen van der Beek in hoge mate origineel; zij schrijft niet onbegrijpelijk, maar hanteert een combinatie van poëtische middelen die ik nooit eerder tegengekomen ben."
Wat mij betreft is Harmsen ten Beek geslaagd in haar streven naar onbegrijpelijkheid. Lees onderstaand fragment van Geachte Muizenpoot:
Geachte Muizenpoot,
Hoe gaat het met U, met mij goed. Wel is alles heel
vervelend, als ik voorover lig gebed in mijn gedachten
aan U en ben ik ook heel eenzaam. En onderga de lente
als een flauwte. Dit is mij nu zo vaak al overkomen dat
ik er de klad van in mijn wezen heb en dat tussen het
afgerukte vlees der hyacinten de verplegers van die
bloemen knielen voor vreemdelingen. (Dit heb ik zelf gezien
vanuit de trein naar Haarlem.) Zoiets zondigs en krank-
zinnigs U te schrijven, maar omdat lente van liefde een
aberratie is - en niet omgekeerd - opdat U daar niet in
zal trappen, in een vreemd land en zo eenzaam te dwalen.
(Bepalend voor het lot van zwervelingen enkel herkomst.)
De reden dat ik het boekje kocht was niet zozeer het werk op zichzelf (hoewel het wel leuk is een boek van dit fenomeen op de plank te hebben) maar het is meer een soort eerbetoon aan de 75e verjaardag van Remco Campert. Dat zal dan ook de reden geweest zijn dat het boekje maar vijfenzeventig cent kostte.
Campert is een tijdje met Harmsen van Beek getrouwd geweest, een halve eeuw geleden om precies te zijn. Van 1954 tot 1957 woonde hij met haar op het landgoed Jagtlust in Blaricum, waarna ze uit elkaar gingen. Jagtlust was een ontmoetingsplek voor tal van kunstenaars, over het huis is zelfs een biografie verschenen. Daarin staat dit citaat van Campert over Harmsen van Beek:
Terwijl ik met mijn vinger langs een rijtje paperbacks 'liep' stuitte ik namelijk op een eerste druk van een klein dichtbundeltje: Geachte Muizenpoot en achttien andere gedichten van Fritzi Harmsen van Beek, pseudoniem van F. ten Harmsen van der Beek. Wonderlijk dat ik dit boekje dat destijds zoveel ophef veroorzaakte in literair Nederland veertig jaar later aantref op een wat desolate plek in Amsterdam Oost, om de hoek van de Dappermarkt.
Geachte Muizenpoot... is het debuut van Harmsen van Beek uit 1965 en haar gedichten bestaan uit grillige vertelsels over kleine voorvallen, met een voortdurend verspringende zinsbouw, vol opeenstapelingen van beelden. Voordat ze debuteerde werd ze al bejubeld (ze stond bekend als een "poet’s poet"), en ook haar debuut kreeg goede kritieken. Toch bleef ze altijd een marginaal dichter. Het is bekend dat ze bijna nooit haar naam zette onder werk van haar hand en slechts onder druk van vrienden publiceerde. Na haar debuut volgden nog een paar bundels gedichten en verhalen. Harmsen van Beek kwam met haar werk in aanvaring met de literaire traditie van die tijd. Critici konden niet doordingen tot haar werk, omdat ze zeer specifieke opvattingen hadden over de stijl, de vorm en de betekenis van het literaire werken, waaraan in hun ogen ook groteske literatuur moest voldoen. In zekere zin solliciteerde zij zelf naar 'onbegrip' en 'ongezien' blijven. Ze stuurde erop aan om niet begrepen te worden en is mede daardoor moeilijk te interpreteren. Overigens schreef Aad Nuis destijds: "Nu zijn de gedichten van F. ten Harmsen van der Beek in hoge mate origineel; zij schrijft niet onbegrijpelijk, maar hanteert een combinatie van poëtische middelen die ik nooit eerder tegengekomen ben."
Wat mij betreft is Harmsen ten Beek geslaagd in haar streven naar onbegrijpelijkheid. Lees onderstaand fragment van Geachte Muizenpoot:
Geachte Muizenpoot,
Hoe gaat het met U, met mij goed. Wel is alles heel
vervelend, als ik voorover lig gebed in mijn gedachten
aan U en ben ik ook heel eenzaam. En onderga de lente
als een flauwte. Dit is mij nu zo vaak al overkomen dat
ik er de klad van in mijn wezen heb en dat tussen het
afgerukte vlees der hyacinten de verplegers van die
bloemen knielen voor vreemdelingen. (Dit heb ik zelf gezien
vanuit de trein naar Haarlem.) Zoiets zondigs en krank-
zinnigs U te schrijven, maar omdat lente van liefde een
aberratie is - en niet omgekeerd - opdat U daar niet in
zal trappen, in een vreemd land en zo eenzaam te dwalen.
(Bepalend voor het lot van zwervelingen enkel herkomst.)
De reden dat ik het boekje kocht was niet zozeer het werk op zichzelf (hoewel het wel leuk is een boek van dit fenomeen op de plank te hebben) maar het is meer een soort eerbetoon aan de 75e verjaardag van Remco Campert. Dat zal dan ook de reden geweest zijn dat het boekje maar vijfenzeventig cent kostte.
Campert is een tijdje met Harmsen van Beek getrouwd geweest, een halve eeuw geleden om precies te zijn. Van 1954 tot 1957 woonde hij met haar op het landgoed Jagtlust in Blaricum, waarna ze uit elkaar gingen. Jagtlust was een ontmoetingsplek voor tal van kunstenaars, over het huis is zelfs een biografie verschenen. Daarin staat dit citaat van Campert over Harmsen van Beek:
"Er waren misschien mooiere vrouwen dan Fritzi, er waren er zeker die sexy'er waren, maar er was niemand die zo dwarrelend geniaal en roesachtig was als zij, en die haar bewonderaars zo effectief gevangen wist te houden in iets dat zweefde tussen bewondering en medelijden. Ze leek altijd half in haar eigen fantasiewereld te leven [...]."
Ik ben in elk geval blij dat ik "Geachte Muizenpoot..." in mijn verzameling heb. En zo sneupte ik op een regenachtige dinsdagmiddag in Leeshal Oost voor vijfenzeventig cent een boekje met een heel lang verhaal. Remco, van harte met je vijfenzevenstige verjaardag. En van harte beterschap, ik hoop dat je snel weer op de been bent.
n.b. In 2019 sloot helaas Leeshal Oost definitief haar deuren
1 opmerking:
Ondergrond.TV ging langs bij Leeshal Oost en maakte het volgende filmpje: http://www.youtube.com/watch?v=N-8gNALpUTs
Een reactie posten