Van alle boeken om te lezen zijn de boeken die over boeken gaan eigenlijk mijn favorieten. We kennen in Nederland de boeken van onze eigen Boudewijn Büch over zijn onverzadigbare speurtocht naar boeken. In het Engelse taalgebied verschijnen de laatste jaren steeds meer boeken van boekenliefhebbers: Nicholas Basbanes, het koppel Goldstone en Harold Rabinowitz zijn voorbeelden. Het lezen van boeken van auteurs die vertellen hoe zij op zoek zijn naar boeken, omgaan met boeken, wat zij tegenkomen in de wereld van het antiquarische boek: ik vind het allemaal om te smullen en het zijn boeken waardoor je je eindelijk eens echt begrepen voelt. Deze auteurs hebben emoties die ik ook heb, teleurstellingen die ik herken en juichen om gebeurtenissen waar ik om juich. Kortom: boeken over boeken zijn fantastische literatuur.
Zojuist heb ik het boek van Owen Gingerich uit (ik schreef 70 blogs geleden over de aankoop ervan...): The book nobody read. In dit boek beschrijft Gingerich zijn zoektocht naar alle eerste en tweede drukken van Copernicus' meesterwerk De Revolutionibus Orbium Coelestium Libri Sex. Gingerich, een Harvard-professor in de geschiedenis van de astronomie, heeft tientallen jaren over de wereld gereisd om waar hij maar kon persoonlijk exemplaren van De Revolutionibis te bekijken en de annotaties erin te onderzoeken.
Het resultaat van die zoektocht is beschreven in een apart boek, het bij uitgeverij Brill in Leiden verschenen boek An Annotated Census of Copernicus' De revolutionibus waarin alle bekende exemplaren gedetailleerd worden beschreven: de huidige en vroegere eigenaren (zoals Galileo, Kepler en Tycho Brahe), de aantekeningen die erin zijn gemaakt en wat dat zegt over de ideeënontwikkeling in de astronomie in de 16e en 17e eeuw, et cetera.
Maar in The book nobody read is de zoektocht zelf beschreven. En het boek leest als een thriller. Gingerich is in staat hoofdstuk na hoofdstuk een wereld open te vouwen waarin hij tal van onderwerpen beschrijft die op één of andere manier samenhangen met de publicatie van het boek van Copernicus. Hij vertelt over de historie van de boekdrukkunst, hij verklaart de 16e eeuwse Europese politiek, de wetenschapsontwikkeling, de kerkelijke tradities. Hij maakt ingewikkelde astronomische, natuurkundige en wiskundige ideeën inzichtelijk. En terwijl hij dat doet heb je helemaal niet het idee dat je een complex boek aan het lezen bent. Integendeel: zoals Gingerich het beschrijft lijkt het een verzameling eenvoudige onderwerpen. Het is een adembenemend verslag waarin stukje voor stukje de geschiedenis van één boek, zijn lezers en de betekenis voor de wereld wordt neergezet.
Het hart van het boek vormt natuurlijk de beschrijving van de reizen: hoe Gingerich exemplaren van De Revolutionibis vindt op de meest onmogelijke plekken, hoe de boeken (na soms een spoor van oorlogen en diefstallen) op de plek gekomen zijn waar ze gekomen zijn, hoe hij in bibliotheken in (toen nog) het Oostblok binnenkomt om zijn werk te doen... het is allemaal even fascinerend. Door zijn werk en zijn bekendheid als Harvard professor is Gingerich deskundige geworden met betrekking tot dit boek. Dat betekent dat hij met enige regelmaat door veilinghuizen gevraagd werd om exemplaren te inspecteren. Hij heeft elke vlek en elke aantekening in alle bekende exemplaren beschreven en gefotografeerd. Daarom kan hij vrijwel elk individueel exemplaar herkennen. Meer dan eens bleken de ter veiling aangeboden exemplaren te zijn die gestolen waren uit armlastige bibliotheken ergens in Europa. En tragisch genoeg kwamen die exemplaren niet altijd weer terug op de plek waar ze hoorden. Daarmee krijg je ook een inkijkje in de wereld van de handel in zeer zeldzame boeken, de wereld van gefortuneerde verzamelaars die soms tonnen overhebben voor zeldzame boeken. En nu haalt Gingerich er af en toe een gestolen De Revolutionibis uit, maar je moet er niet aan denken wat er nog meer aan gestolen boeken wordt verhandeld, waarvan de diefstal door de betreffende bibliotheek nog niet eens is opgemerkt omdat het boeken zijn die misschien eens in de paar jaar door een lezer worden opgevraagd...
Gingerich beschrijft ook de wording van zijn census van alle door hem bekeken exemplaren. Mooi is dat hij bekent dat die census niet compleet is. Sinds de publicatie daarvan heeft hij nog enkele exemplaren van De Revolutionibus getraceerd, onder meer door te kijken in catalogi die hij eerder over het hoofd zag. Bovendien is onbekend hoeveel exemplaren nog onontdekt zijn - bijvoorbeeld bij particulieren of in gesloten museumcollecties ofzo. Dat weerhoudt uitgeverij Brill niet om de census aan te kondigen met de woorden "The Annotated Census lists and describes - on the basis of direct examination - all of the 560 located copies of the first and second editions of Copernicus' De revolutionibus orbium coelestium that survive". Ondanks deze niet helemaal correcte omschrijving roept dit boek een grote begeerte in mij op na lezing van het andere boek van Gingerich. Zo gaat het natuurlijk altijd: je neemt het enthousiasme van een auteur over en volgt zijn spoor. Jammer genoeg is het boek een beetje te prijzig.
In mijn onwetende periode was ik zelf heel dichtbij één van de exemplaren van De Revolutionibis. In de Librije in Zutphen, waar ik een paar maanden geleden was, bevindt zich één van de vijf exemplaren in Nederland van de eerste druk. Ter vergelijking: België heeft er vier en Duitsland 46. Overigens bezitten zowel Mexico als de Filippijnen een eerste druk en Japan zelfs zes. Hoe dan ook, ik schreef al dat de boeken in Zutphen verboden aan te raken waren, maar de Copernicus ligt natuurlijk helemaal achter slot en grendel. Jammer genoeg wordt het Zutphense exemplaar niet separaat in The book nobody read beschreven, kennelijk was het niet van een bijzondere eigenaar en bevatte het geen bijzondere aantekeningen. Maar de Librije is te feliciteren met dit prachtige bezit!
Voor wie verder wil lezen: hier een interview met Gingerich. En hier een fraai artikel over Gingerich en zijn zoektocht, met mooie foto's uit verschillende exemplaren van De Revolutionibus. Het boek van Gingerich verscheen in het Nederlands bij uitgeverij Ambo, zie hier een Nederlandstalige recensie.
Zojuist heb ik het boek van Owen Gingerich uit (ik schreef 70 blogs geleden over de aankoop ervan...): The book nobody read. In dit boek beschrijft Gingerich zijn zoektocht naar alle eerste en tweede drukken van Copernicus' meesterwerk De Revolutionibus Orbium Coelestium Libri Sex. Gingerich, een Harvard-professor in de geschiedenis van de astronomie, heeft tientallen jaren over de wereld gereisd om waar hij maar kon persoonlijk exemplaren van De Revolutionibis te bekijken en de annotaties erin te onderzoeken.
Het resultaat van die zoektocht is beschreven in een apart boek, het bij uitgeverij Brill in Leiden verschenen boek An Annotated Census of Copernicus' De revolutionibus waarin alle bekende exemplaren gedetailleerd worden beschreven: de huidige en vroegere eigenaren (zoals Galileo, Kepler en Tycho Brahe), de aantekeningen die erin zijn gemaakt en wat dat zegt over de ideeënontwikkeling in de astronomie in de 16e en 17e eeuw, et cetera.
Maar in The book nobody read is de zoektocht zelf beschreven. En het boek leest als een thriller. Gingerich is in staat hoofdstuk na hoofdstuk een wereld open te vouwen waarin hij tal van onderwerpen beschrijft die op één of andere manier samenhangen met de publicatie van het boek van Copernicus. Hij vertelt over de historie van de boekdrukkunst, hij verklaart de 16e eeuwse Europese politiek, de wetenschapsontwikkeling, de kerkelijke tradities. Hij maakt ingewikkelde astronomische, natuurkundige en wiskundige ideeën inzichtelijk. En terwijl hij dat doet heb je helemaal niet het idee dat je een complex boek aan het lezen bent. Integendeel: zoals Gingerich het beschrijft lijkt het een verzameling eenvoudige onderwerpen. Het is een adembenemend verslag waarin stukje voor stukje de geschiedenis van één boek, zijn lezers en de betekenis voor de wereld wordt neergezet.
Het hart van het boek vormt natuurlijk de beschrijving van de reizen: hoe Gingerich exemplaren van De Revolutionibis vindt op de meest onmogelijke plekken, hoe de boeken (na soms een spoor van oorlogen en diefstallen) op de plek gekomen zijn waar ze gekomen zijn, hoe hij in bibliotheken in (toen nog) het Oostblok binnenkomt om zijn werk te doen... het is allemaal even fascinerend. Door zijn werk en zijn bekendheid als Harvard professor is Gingerich deskundige geworden met betrekking tot dit boek. Dat betekent dat hij met enige regelmaat door veilinghuizen gevraagd werd om exemplaren te inspecteren. Hij heeft elke vlek en elke aantekening in alle bekende exemplaren beschreven en gefotografeerd. Daarom kan hij vrijwel elk individueel exemplaar herkennen. Meer dan eens bleken de ter veiling aangeboden exemplaren te zijn die gestolen waren uit armlastige bibliotheken ergens in Europa. En tragisch genoeg kwamen die exemplaren niet altijd weer terug op de plek waar ze hoorden. Daarmee krijg je ook een inkijkje in de wereld van de handel in zeer zeldzame boeken, de wereld van gefortuneerde verzamelaars die soms tonnen overhebben voor zeldzame boeken. En nu haalt Gingerich er af en toe een gestolen De Revolutionibis uit, maar je moet er niet aan denken wat er nog meer aan gestolen boeken wordt verhandeld, waarvan de diefstal door de betreffende bibliotheek nog niet eens is opgemerkt omdat het boeken zijn die misschien eens in de paar jaar door een lezer worden opgevraagd...
Gingerich beschrijft ook de wording van zijn census van alle door hem bekeken exemplaren. Mooi is dat hij bekent dat die census niet compleet is. Sinds de publicatie daarvan heeft hij nog enkele exemplaren van De Revolutionibus getraceerd, onder meer door te kijken in catalogi die hij eerder over het hoofd zag. Bovendien is onbekend hoeveel exemplaren nog onontdekt zijn - bijvoorbeeld bij particulieren of in gesloten museumcollecties ofzo. Dat weerhoudt uitgeverij Brill niet om de census aan te kondigen met de woorden "The Annotated Census lists and describes - on the basis of direct examination - all of the 560 located copies of the first and second editions of Copernicus' De revolutionibus orbium coelestium that survive". Ondanks deze niet helemaal correcte omschrijving roept dit boek een grote begeerte in mij op na lezing van het andere boek van Gingerich. Zo gaat het natuurlijk altijd: je neemt het enthousiasme van een auteur over en volgt zijn spoor. Jammer genoeg is het boek een beetje te prijzig.
In mijn onwetende periode was ik zelf heel dichtbij één van de exemplaren van De Revolutionibis. In de Librije in Zutphen, waar ik een paar maanden geleden was, bevindt zich één van de vijf exemplaren in Nederland van de eerste druk. Ter vergelijking: België heeft er vier en Duitsland 46. Overigens bezitten zowel Mexico als de Filippijnen een eerste druk en Japan zelfs zes. Hoe dan ook, ik schreef al dat de boeken in Zutphen verboden aan te raken waren, maar de Copernicus ligt natuurlijk helemaal achter slot en grendel. Jammer genoeg wordt het Zutphense exemplaar niet separaat in The book nobody read beschreven, kennelijk was het niet van een bijzondere eigenaar en bevatte het geen bijzondere aantekeningen. Maar de Librije is te feliciteren met dit prachtige bezit!
Voor wie verder wil lezen: hier een interview met Gingerich. En hier een fraai artikel over Gingerich en zijn zoektocht, met mooie foto's uit verschillende exemplaren van De Revolutionibus. Het boek van Gingerich verscheen in het Nederlands bij uitgeverij Ambo, zie hier een Nederlandstalige recensie.
1 opmerking:
Waarde Sneuper,
Dit is een geweldig mooi verhaal.
Bij een bezoek aan boekhandel 'Selexyz' (wel even wennen, zo'n naam) viel mij vanmiddag op dat er steeds meer 'literaire thrillers' verschijnen met verhalen waarin boeken, bibliotheken, de jacht op boeken, enz. een rol spelen. Dit dreigt een hype te worden a la Da Vinci code met alle navolgers in de slipstream.
Er gaat wat mij betreft toch niets boven verhalen uit het 'echte' leven. En jouw beschrijving van deze boekenjacht is zeer inspirerend en smaakt naar meer!
Een reactie posten