De dagen worden langer en dat betekent dat de tijd weer is aangebroken voor looplezen. Looplezen is lopen terwijl je ondertussen leest. Of lezen terwijl je loopt, dat mag ook. En dan bedoel ik niet het lezen van binnenkomende sms'jes, boodschappenbriefjes of de krant, maar het lezen van serieuze tekst. Ook bedoel ik niet lezen terwijl je loopbewegingen maakt, zoals op zo'n apparaat bij de sportschool. Looplezen doe je buiten op straat, of in de vrije natuur. Tot slot bedoel ik niet lopen terwijl één iemand voorleest, ook al is hier sprake van een recordpoging en deden 517 mensen mee. Dat wil zeggen: die ene die voorlas was aan het looplezen, de anderen niet.
Ik looplees meestal terwijl ik van huis naar OV loop en vice versa. In het OV zitlees ik maar dat is niet speciaal, want dat doen meer mensen (de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik meestal stalees). Daarnaast looplees ik terwijl ik langere tijd moet lopen als ik van locatie naar locatie ga. Meestal zijn die wandelingen zó saai, dat ik mij ondertussen beter kan bezig houden met iets nuttigs, zoals lezen.
Looplezen vereist durf en speciale vaardigheden. Durf, omdat het natuurlijk enig risico heeft. Als je loopleest heb je onvermijdelijk minder oog voor je omgeving. Als je de plek waar je loopleest minder goed kent, zijn er allerlei dreigende obstakels waar je tegenop kan botsen. Maar met een beetje vaardigheid voorkom je dat. Je moet dus durven om je vaardigheden toe te passen.
De vaardigheden zijn dat je in staat moet zijn naast tekst op te nemen een zekere notie van je omgeving te hebben. Je moet alert zijn op onverwachte tegenliggers en natuurlijk van oneffenheden op je pad (of hondenpoep, oneffenheid en smerigheid ineen). Je moet hetgeen je leest met één hand kunnen vasthouden (want in de andere draag ik mijn koffertje). Je moet in staat zijn om te voorkomen dat de wind je bladzijden omslaat.
Als dat allemaal lukt is looplezen een aangename bezigheid. Zeker als de dagen langer worden: als ik mijn huis uitstap kan ik al looplezen. In de herfst en winter is het 's morgens en 's avonds zo donker, dat looplezen uitgesloten is. Tenzij ik een mijnwerkershelm met lamp opzet, maar dan wacht ik liever tot de lente.
Ik zie maar weinig mensen looplezen. Dat is een gemiste kans, want looplezen is helemaal niet zo moeilijk. Voor mensen die er tegen opzien is hier een handleiding. En al die verhalen over mensen die van stoepranden afglijden, door auto's worden aangereden of anderszins tegen iets aanbotsen: de ware looplezer onderscheidt zich van de amateurs doordat hij/zij zonder enig besef van de afgelegde afstand en de oversteekplaatsen die gepasseerd zijn onbeschadigd op de plaats van bestemming aankomt.
Zoals ik.
Ik looplees meestal terwijl ik van huis naar OV loop en vice versa. In het OV zitlees ik maar dat is niet speciaal, want dat doen meer mensen (de eerlijkheid gebiedt mij te zeggen dat ik meestal stalees). Daarnaast looplees ik terwijl ik langere tijd moet lopen als ik van locatie naar locatie ga. Meestal zijn die wandelingen zó saai, dat ik mij ondertussen beter kan bezig houden met iets nuttigs, zoals lezen.
Looplezen vereist durf en speciale vaardigheden. Durf, omdat het natuurlijk enig risico heeft. Als je loopleest heb je onvermijdelijk minder oog voor je omgeving. Als je de plek waar je loopleest minder goed kent, zijn er allerlei dreigende obstakels waar je tegenop kan botsen. Maar met een beetje vaardigheid voorkom je dat. Je moet dus durven om je vaardigheden toe te passen.
De vaardigheden zijn dat je in staat moet zijn naast tekst op te nemen een zekere notie van je omgeving te hebben. Je moet alert zijn op onverwachte tegenliggers en natuurlijk van oneffenheden op je pad (of hondenpoep, oneffenheid en smerigheid ineen). Je moet hetgeen je leest met één hand kunnen vasthouden (want in de andere draag ik mijn koffertje). Je moet in staat zijn om te voorkomen dat de wind je bladzijden omslaat.
Als dat allemaal lukt is looplezen een aangename bezigheid. Zeker als de dagen langer worden: als ik mijn huis uitstap kan ik al looplezen. In de herfst en winter is het 's morgens en 's avonds zo donker, dat looplezen uitgesloten is. Tenzij ik een mijnwerkershelm met lamp opzet, maar dan wacht ik liever tot de lente.
Ik zie maar weinig mensen looplezen. Dat is een gemiste kans, want looplezen is helemaal niet zo moeilijk. Voor mensen die er tegen opzien is hier een handleiding. En al die verhalen over mensen die van stoepranden afglijden, door auto's worden aangereden of anderszins tegen iets aanbotsen: de ware looplezer onderscheidt zich van de amateurs doordat hij/zij zonder enig besef van de afgelegde afstand en de oversteekplaatsen die gepasseerd zijn onbeschadigd op de plaats van bestemming aankomt.
Zoals ik.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten